Wer k enaanc l i ënt per s pec t i ef
J aar doc ument maat s c happel i j k e v er ant woor di ng 2013
Voorwoord Raad van Bestuur Voor u ligt het Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording 2013 van de Amarant Groep. Met dit Jaardocument legt de Raad van Bestuur in de eerste plaats verantwoording af over de kwaliteit en omvang van de zorg- en dienstverlening aan onze cliënten. Daarnaast wordt inzicht verschaft in de kwaliteit van arbeid, de werkgebieden en de belangrijkste samenwerkingspartners, de wijze waarop de Zorgbrede Governancecode is toegepast en de resultaten op het gebied van het meerjarenbeleid. In alles achten wij de samenwerking met de medezeggenschap essentieel. Zowel de Centrale Cliëntenraad als de Ondernemingsraad doen in dit jaardocument uitgebreid verslag van hun activiteiten in het afgelopen kalenderjaar. Juridische fusie Amarant Groep en NSWAC De Amarant Groep en NSWAC zijn juridisch gefuseerd per 31 december 2013. Met deze fusie maakt NSWAC voortaan deel uit van de Amarant Groep. Met het samengaan van beide organisaties wordt het huidige zorgaanbod aan cliënten met een lichamelijke beperking in de wijk en op het vlak van behandeling versterkt. Daarnaast biedt het bundelen van de krachten mogelijkheden om een meer specialistisch behandelaanbod te ontwikkelen voor mensen met Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH). Einddoel is (behandel)zorg binnen het volledige spectrum: van zelfstandig wonen met ambulante ondersteuning tot observatie en behandeling bij zeer complexe problematiek. Met ingang van de fusiedatum wijzigt de naam van NSWAC in Pauwer. Pauwer staat voor een trotse en krachtige pauw met een knipoog naar het Engelse ‘power’. De cliënten van Pauwer kunnen trots zijn en blijven op wie ze zijn en wat ze bereikt hebben in het leven. De medewerkers van Pauwer mogen trots zijn op hun bijdrage hierin. In het logo is de pauw verwerkt evenals een sterke hand die aangereikt wordt. De Amarant Groep richt zich daarmee op vier doelgroepen en hanteert daarvoor vier verschillende merknamen: 1. Amarant: de zorg aan mensen met een verstandelijke beperking; 2. Idris: de specialistische behandeling aan mensen met een licht verstandelijke beperking in combinatie met psychische/psychiatrische en/of (ernstige) gedragsproblemen; 3. Dr. Leo Kannerhuis Brabant: de behandeling van normaal begaafde kinderen, jongeren en volwassenen met autisme; 4. Pauwer: zorg- en dienstverlening aan mensen met een lichamelijke beperking en NAH. Strategisch Kader Amarant Groep De Amarant Groep positioneert zich met deze merknamen per cliëntdoelgroep en daarbinnen met actuele en werkzame zorgarrangementen waar mensen met een beperking en de maatschappij om vragen. De zorg die we leveren is een antwoord op de zorgvraag in elke bepaalde levensfase. Het cliëntperspectief staat daarom in alle zorgarrangementen centraal met een meetbaar resultaat. Het resultaat is in alle gevallen gericht op: meedoen, zelf doen en kwaliteit van leven. Onze strategische richting (Strategisch Kader 2012-2015 ‘Brandend Vuur’) is daartoe uitgewerkt langs een viertal pijlers: 1. Werken aan cliëntperspectief; 2. Passende zorg en behandeling in elke levensfase; 3. Positioneren: per doelgroep één merknaam; 4. Wijkzorg en rugdekking voor de wijk. Wij willen goed bekend staan bij onze cliënten en hun vertegenwoordigers. Bekend vanwege onze aandacht en warmte, onze resultaten op cliëntperspectief en vanwege onze full service zorgarrangementen passend in elke levensfase. Wij willen innoveren op basis van inzicht in resultaten en bewezen kwaliteitsstandaarden. Wij werken eraan dat onze cliënten, als je het hen vraagt, blijvend voor ons kiezen. Doorkijk nieuwe jaar De hervorming van de AWBZ en een gelijktijdige overheveling van verantwoordelijkheden naar gemeenten (Jeugdwet en Wmo) brengt ingrijpende transitie- én transformatievraagstukken met zich mee. De Amarant Groep zal werk en organisatie moeten aanpassen om zich gereed te maken voor de toekomst (transitie). Er zal in verbinding met elkaar een nieuw evenwicht moeten worden gevonden tussen de inkomsten en uitgaven waarbij we kwalitatief de best ervaren menslievende zorg en dienstverlening voor onze cliënten blijven nastreven. De ‘kosten’ van dit proces (zowel financieel als ten aanzien van inzet van medewerkers) zullen niet gering zijn.
2
in dienst van mensen met een beperking
Medewerkers krijgen een andere rol. Transformatie in onze praktijk staat dan ook voor anders werken, efficiënter werken, werken op uitkomsten en innovatie waarbij het continu leveren van (maatschappelijke) toegevoegde waarde voor de cliënt centraal staat. Transformatie stelt vanuit het waardebegrip vergaande eisen aan het innovatief en daarmee het lerend vermogen van de organisatie en de mens en vraagt een ondernemende organisatie. Bij transformatie gaat het onder andere om andere werkmethoden, andere doelstellingen en andere resultaten. De Amarant Groep heeft zich de afgelopen jaren al zo goed mogelijk voorbereid op basis van het Strategisch Kader ‘Brandend Vuur’. De sturingsprincipes die al enige jaren met goed resultaat worden toegepast, bieden een belangrijke waarborg voor het halen van de financiële taakstelling, maar zullen worden aangepast aan de nieuwe eisen. In aanvulling op het Strategisch Kader is de notitie ‘Overzicht, inzicht, aanpassen en perspectief: Bouwstenen voor een nieuw evenwicht’ geformuleerd. In deze nota wordt een achttal bouwstenen benoemd die samen de basis vormen voor het toekomstgericht maken van de Amarant Groep. Voor de implementatie van deze bouwstenen is een aantal reorganisaties voorzien. De budgetreducties en de steeds nadrukkelijker vraag naar aantoonbaar (maatschappelijk) rendement en afbouw van kosten dwingen de organisatie om te kiezen en te focussen op aantoonbare opbrengsten en meerwaarde. Door terugval van middelen is er niet langer zekerheid op voldoende werk voor het aantal medewerkers dat momenteel in dienst is. Voor de Amarant Groep, die een lange periode van stabiliteit of vaak zelfs groei heeft doorgemaakt, betekent dit een grote omslag. De Amarant Groep wil een goed werkgever zijn, daarom hanteren we werkgelegenheidsbeleid. Dit betekent dat alle inspanningen van de Amarant Groep erop gericht zijn om voor zoveel mogelijk medewerkers werkgelegenheid te behouden en gedwongen ontslagen te voorkomen. Een belangrijk onderdeel hiervan vormt het preventief mobiliteitsprogramma. Tevens staat bij de komende reorganisaties de begeleiding van individuele medewerkers van werk-naar-werk centraal. We willen medewerkers plaatsen in een functie die aansluit bij hun capaciteiten en kwaliteiten, danwel medewerkers zoveel als mogelijk toerusten en in staat stellen een andere functie te verwerven. Deze functies kunnen binnen, maar zonodig ook buiten de organisatie liggen. De uitvoering hiervan ligt bij het onlangs opgerichte mobiliteitsbureau. Bestuurswisseling Amarant Groep Dhr. Borgmeijer heeft in 2012 aangegeven zijn werkzaamheden voor de Amarant Groep te willen beëindigen. De Raad van Toezicht is daarop een selectieprocedure gestart en heeft Dhr. Helder per 1 november 2012 benoemd tot voorzitter van de Raad van Bestuur. Dhr. Bindels is per 1 mei 2013 benoemd tot lid van de Raad van Bestuur. Daarmee is de bestuurswisseling bij de Amarant Groep afgerond. Tot slot Met al deze veranderingen doen we een groot appèl op de professionaliteit en inzet van onze medewerkers. Dat heeft de Amarant Groep de afgelopen jaren veel gebracht en zal de komende jaren nodig zijn om balans te behouden en ons verder door te ontwikkelen. En dat natuurlijk in samenspel met onze cliënten en hun vertegenwoordigers. De Raad van Bestuur dankt dan ook alle medewerkers, vrijwilligers, externe commissieleden en leden van medezeggenschapsorganen en de Raad van Toezicht voor hun bijdrage in het verslagjaar. Ronald Helder en Marc Bindels Raad van Bestuur Amarant Groep
3
in dienst van mensen met een beperking
Inhoudsopgave VOORWOORD RAAD VAN BESTUUR .................................................................................................................... 2 INHOUDSOPGAVE ................................................................................................................................................... 4 1
UITGANGSPUNTEN JAARDOCUMENT ......................................................................................................... 6
2
PROFIEL VAN DE ORGANISATIE .................................................................................................................. 7 2.1 2.2
3
GOVERNANCE ............................................................................................................................................... 10 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
4
ALGEMENE GEGEVENS.............................................................................................................................. 7 STRUCTUUR VAN DE ORGANISATIE ............................................................................................................ 7
NORMEN VOOR GOED BESTUUR .............................................................................................................. 10 RAAD VAN BESTUUR ............................................................................................................................... 10 RAAD VAN TOEZICHT .............................................................................................................................. 11 BEDRIJFSVOERING ................................................................................................................................. 14 CLIËNTENRAAD ...................................................................................................................................... 15 ONDERNEMINGSRAAD............................................................................................................................. 17
BELEID, INSPANNINGEN EN PRESTATIES ................................................................................................ 21 4.1 STRATEGISCH BELEID ............................................................................................................................. 21 4.2 KWALITEIT VAN ZORG ............................................................................................................................. 22 4.2.1 Klachten ........................................................................................................................................... 26 4.3 KWALITEIT VAN ARBEID ........................................................................................................................... 27 4.4 FINANCIEEL BELEID................................................................................................................................. 34 4.5 HUISVESTING EN BEDRIJFSDIENSTEN ...................................................................................................... 38 4.6 TOEKOMSTPARAGRAAF........................................................................................................................... 39 4.7 RISICOPARAGRAAF ................................................................................................................................. 41
5
JAARREKENING ............................................................................................................................................ 42 5.1 BALANS AMARANT GROEP (NA RESULTAATBESTEMMING) ......................................................................... 43 5.2 RESULTATENREKENING AMARANT GROEP ............................................................................................... 44 5.2.1 Resultaatbestemming ...................................................................................................................... 44 5.3 KASSTROOMOVERZICHT AMARANT GROEP .............................................................................................. 45 5.4 ALGEMENE TOELICHTING EN WAARDERING VAN GRONDSLAGEN EN RESULTAATBEPALING ........................... 46 5.4.1 Algemeen......................................................................................................................................... 46 5.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva ....................................................................... 47 5.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling ................................................................................................. 50 5.5 TOELICHTING OP DE BALANS ................................................................................................................... 51 5.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIËLE / FINANCIËLE VASTE ACTIVA..................................................................... 60 5.6.1 WTZi-vergunningplichtige materiële vaste activa ............................................................................ 60 5.6.2 WTZi-meldingsplichtige vaste activa ............................................................................................... 61 5.6.3 WMG-gefinancierde vaste activa .................................................................................................... 62 5.6.4 Kleinschalige Woonvoorzieningen .................................................................................................. 63 5.6.5 Extramuraal zonder WTZi-vergunning, niet-WTZi- en WMG-gefinancierde materiële vaste activa 64 5.6.6 Financiële vaste activa .................................................................................................................... 65 5.7 PROJECTEN IN UITVOERING EN MUTATIES IN HET VERSLAGJAAR ................................................................ 66 5.7.1 Specificatie van in het boekjaar gereedgekomen projecten............................................................ 70 5.8 OVERZICHT LANGLOPENDE LENINGEN ...................................................................................................... 71 5.9 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING ............................................................................................ 74 5.9.1 Toelichting op de resultatenrekening .............................................................................................. 78 5.9.2 Aansluiting totaal resultaat met resultaat segmenten ..................................................................... 80 5.10 BEZOLDIGING BESTUURDERS EN TOEZICHTHOUDERS................................................................................ 81 5.10.1 Honoraria accountant .................................................................................................................. 88 5.11 VASTSTELLING EN GOEDKEURING JAARREKENING .................................................................................... 89 5.11.1 Ondertekening bestuurders en toezichthouders ......................................................................... 89 5.12 OVERIGE GEGEVENS ................................................................................................................................... 90 5.12.1 Transacties met verbonden partijen ............................................................................................ 90 5.12.2 Statutaire regeling resultaatbestemming .................................................................................... 90 5.12.3 Resultaatbestemming ................................................................................................................. 90
4
in dienst van mensen met een beperking
5.12.4 Gebeurtenissen na balansdatum ................................................................................................ 90 5.13 CONTROLEVERKLARING .......................................................................................................................... 91 LIJST VAN AFKORTINGEN EN BEGRIPPEN ....................................................................................................... 93
5
in dienst van mensen met een beperking
1 Uitgangspunten Jaardocument In dit Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording (JMV) 2013 legt de Amarant Groep verantwoording af over de activiteiten, resultaten en ontwikkelingen in de periode 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013. Het Jaardocument is opgesteld conform de Regeling Verslaggeving WTZi. Ook zijn de uitgangspunten van de Zorgbrede Governancecode gehanteerd. Het op deze wijze afleggen van verantwoording op basis van wettelijke verplichtingen en het informeren van stakeholders sluit aan bij de ambities van de Amarant Groep om maximale transparantie te bewerkstelligen met betrekking tot de waarde van de organisatie voor de samenleving en hoe de organisatie daarin presteert. Alle verantwoordings- en informatieverplichtingen waaraan de Amarant Groep moet voldoen zijn in dit Jaardocument samengevoegd in één integrale jaarverantwoording. Op deze wijze legt de Amarant Groep maatschappelijke verantwoording af aan belanghebbenden (bijvoorbeeld cliënten, financiers, toezichthouders) en voldoet tegelijkertijd aan haar (wettelijke) informatieverplichting aan verantwoordingspartijen (waaronder het CBS, het Ministerie van VWS, de IGZ en de NZa). Het maatschappelijk verslag is vanaf het verslagjaar 2012 vervallen en is vervangen door een bestuursverslag. Diverse kwantitatieve gegevens zijn opgenomen in de webapplicatie DigiMV. Het Jaardocument wordt ingediend bij het Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg (CIBG) en wordt geplaatst op de website http://www.jaarverslagenzorg.nl.
6
in dienst van mensen met een beperking
2 Profiel van de organisatie 2.1 Algemene gegevens Op 31 december 2013 heeft de juridische fusie tussen Stichting Amarant Groep en de Nederlandse Stichting voor Woon- en Activiteitencentra voor Lichamelijk Gehandicapten (NSWAC) plaatsgevonden. De Amarant Groep treedt op als de verkrijgende stichting. De Amarant Groep is actief in de provincie Noord-Brabant. Het doel van de Amarant Groep is in de statuten beschreven als: ‘de behandeling, zorg- en dienstverlening en al hetgeen daarmee in de ruimste zin genomen in verband staat voor kinderen, jeugdigen, volwassenen en ouderen met een (lichte) beperking waarbij verschillende financieringsgrondslagen aan de orde kunnen zijn.’
2.2 Structuur van de organisatie Algemeen De Amarant Groep heeft de rechtsvorm van een stichting waarbij geen sprake is van consolidatieverplichtingen. De bestuursstructuur is statutair bepaald en gaat uit van het Raad van Toezicht/Raad van Bestuur-model. De stichting beschikt over een Raad van Bestuur en een Raad van Toezicht. De Raad van Bestuur werkt als een collegiale eenheid en is eindverantwoordelijk voor het beleid van de Amarant Groep. De Raad van Toezicht houdt toezicht op het beleid en de gang van zaken. De stichting kent een Ondernemingsraad (OR) en een Cliëntenraad (CR). De OR en de CR hebben de bevoegdheden die hen door of krachtens de wet zijn toegekend, alsmede de bevoegdheden zoals beschreven in de statuten. Beide organen hebben een eigen taakstelling, werkwijze en verantwoordelijkheid en communiceren rechtstreeks met de Raad van Bestuur. Meer informatie over beide organen kunt u terugvinden in de paragrafen 3.5 en 3.6. De zorg- en dienstverlening van de Amarant Groep wordt bekostigd uit de volgende wetten/subsidies: -
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ); Zorgverzekeringswet (Zvw); Wet op de Jeugdzorg; Rijkssubsidie van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (forensische zorg); Wet Maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
De AWBZ is voor de Amarant Groep de belangrijke inkomstenbron. De productie-afspraken in de AWBZ worden door de Amarant Groep gemaakt met twee CZ-zorgkantoren (regio’s West-Brabant en ZuidoostBrabant) en twee VGZ-zorgkantoren (regio’s Midden-Brabant en Noordoost-Brabant). De productie-afspraken in e de Zvw worden conform het representatiemodel gemaakt met de verzekeraars VGZ (1 penvoerder) en CZ. De Amarant Groep is lid van de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN), de branche-organisatie in de gehandicaptenzorg. De Amarant Groep (Idris) is tevens lid van de Vereniging Orthopedagogische Behandelcentra (VOBC). De Amarant Groep (Dr. Leo Kannerhuis Brabant) is per 1 februari 2013 lid geworden van GGZ Nederland.
7
in dienst van mensen met een beperking
Doelgroepen De Amarant Groep werkt met een viertal doelgroepen/merknamen: -
Amarant
Amarant richt zich op mensen met een matig tot ernstige verstandelijke beperking. De leeftijd varieert van jong tot oud. Soms is er sprake van bijkomende medisch/verpleegkundige problematiek en zintuiglijke en/of lichamelijke beperkingen. De begeleidings- en zorgvraag varieert van matig tot ernstig intensief en is vrijwel altijd levensbreed (wonen, zinvolle dagbesteding, vrije tijd, behandeling). De zorg wordt geboden in de wijk (ambulant, wonen en dagbesteding) of in centra voor specialistische zorg en behandeling. -
Idris voor cliënten met een licht verstandelijke beperking en complexe problematiek.
Idris richt zich op (intensieve) begeleiding en behandeling van kinderen, jongeren en volwassenen met een licht verstandelijke beperking met bijkomende psychische, psychiatrische en/of gedragsproblemen. De begeleiding en behandeling wordt aangeboden vanuit een polikliniek (ambulant), in vormen van dagbehandeling en, als het niet anders kan vanuit specialistische behandelcentra voor kind en jeugd en volwassenen. Deze intensieve begeleiding en behandeling wordt, indien nodig, zo vroeg mogelijk ingezet. Met de cliënt werken we aan het verminderen van gedragsproblematiek, competenter functioneren, het terugkrijgen van regie over het eigen leven en daarmee versterken van de maatschappelijke participatie (school, arbeid, zelfstandig wonen). Daarnaast vormt Idris de rugdekking voor de reguliere langdurige begeleiding en zorg in buurten en wijken. Waar reguliere begeleiding volstaat, wordt deze geboden door Amarant. Samenwerking met de wetenschap richt zich op het ontwikkelen van diagnostiek en vroegtijdige interventies, die intensieve begeleiding en behandeling kan voorkomen. -
Dr. Leo Kannerhuis Brabant voor normaal begaafde cliënten met autisme.
Het Dr. Leo Kannerhuis Brabant is een gespecialiseerd bovenregionaal centrum voor behandeling van normaal begaafde kinderen, jongeren en volwassenen met (een ernstige vorm van) autisme. Vaak is er sprake van bijkomende psychiatrische problematiek. De behandeling wordt geboden via de polikliniek (diagnostiek en ambulante behandeling), de centra voor dagbehandeling en de centra voor behandeling met verblijf. Met de cliënt en zijn omgeving werken aan volledige participatie (school, arbeid, zelfstandig wonen) is één van de kerndoelstellingen in de behandeling. - Pauwer Pauwer biedt specialistische zorg op maat aan kinderen, jongeren en volwassenen met een lichamelijke beperking, een meervoudige beperking of met niet-aangeboren hersenletsel. Pauwer biedt wonen, logeren, dagbesteding, naschoolse opvang en ambulante dienstverlening. Organisatiestructuur Amarant Groep Achterliggend motief voor de gekozen hoofdstructuur is de behoefte om de Amarant Groep dicht en herkenbaar ten opzichte van de samenleving te positioneren en korte communicatie- en besluitlijnen te creëren. De essentie van de structuur is: -
resultaatverantwoordelijke eenheden (RVE’s) in de zorg; clusters van voorzieningen binnen de RVE’s in de zorg; een tweetal RVE’s is voorwaardenscheppend.
Vanuit deze structuur wordt gestuurd op de gebieden: 1. 2. 3. 4. 5.
kwaliteit van zorg; evenwicht in opbrengsten en kosten; kwaliteit van arbeid; kwaliteit van huisvesting; marktontwikkeling en innovatie.
Deze vijf sturingsgebieden zijn opgenomen in de management control cyclus. In hoofdstuk 3.4 wordt de management control cyclus nader toegelicht. De elf RVE’s in de zorg worden geleid door RVE-managers. Deze managers vormen samen met de secretaris Raad van Bestuur/Coördinator HRM, de Manager Kennis, Kwaliteit en Beleid, de Concern Controller en de Directeur Vastgoed en Services, onder voorzitterschap van de Raad van Bestuur, het managementoverleg (MO). In 2012 zijn tevens managementteams per merknaam geïntroduceerd.
8
in dienst van mensen met een beperking
De RVE’s in de zorg zijn onderverdeeld in clusters van voorzieningen, locaties en/of teams. De leidinggevende van een cluster is een clustermanager. Een voorziening, locatie of team bestaat uit persoonlijk begeleiders, begeleiders, assistent begeleiders en/of gastvrouwen en huishoudelijk medewerkers. Naast zorgverlening in de wijk (vijf RVE’s) zijn er binnen de Amarant Groep een drietal centra voor specialistische zorg (inclusief Pauwer), een separate Sector Werk & Dagbesteding, een tweetal RVE’s voor Idris (18- en 18+). Het RVE Dr. Leo Kannerhuis Brabant is in 2013 samengegaan met het RVE Idris 18-. Organogram Amarant Groep 31-12-2013
9
in dienst van mensen met een beperking
3 Governance 3.1 Normen voor goed bestuur De Zorgbrede Governancecode 2010 is een bundeling van breed gedragen algemene opvattingen binnen de zorg over goed bestuur, toezicht en verantwoording. Een belangrijk element van het model is een strikte scheiding tussen de uitvoerende en toezichthoudende functies. Binnen de Amarant Groep is als toezichtmodel deze Zorgbrede Governancecode van kracht. In de code wordt de dialoog met belanghebbenden als fundament voor de zorgorganisatie als maatschappelijke onderneming gepositioneerd. Dit is cruciaal voor de maatschappelijke inbedding van de zorgorganisatie. De verantwoordelijkheid voor kwaliteit en veiligheid is voor de Raad van Bestuur en voor de Raad van Toezicht geëxpliciteerd. Ook zijn deskundigheidseisen op het gebied van zorg vastgelegd. De Amarant Groep kent een tweehoofdige collegiale Raad van Bestuur van wie één de voorzitter is. De Raad van Bestuur wordt ondersteund door de secretaris Raad van Bestuur. De Raad van Toezicht houdt toezicht op de Raad van Bestuur. De Raad van Toezicht van de Amarant Groep bestaat uit minimaal vijf en maximaal zeven leden met dien verstande dat de Raad van Toezicht na de fusie met het OCB tijdelijk uit negen leden heeft bestaan. Vanaf april 2014 bestaat de Raad van Toezicht weer uit zeven leden. Géén van de leden van de Raad van Toezicht heeft op enigerlei wijze een verbinding met de Amarant Groep, anders dan uit hoofde van het lidmaatschap van de Raad. Hiermee beoogt de Amarant Groep waarborging van de onafhankelijkheid van de leden van de Raad van Toezicht. In het kader van de Zorgbrede Governancecode zijn in februari 2006 door Amarant diverse ijkpunten opgesteld. Deze zijn overgenomen door de Amarant Groep. Dit betreft de volgende zaken: -
strategisch beleidskader; kwaliteit van zorg; financieel; samenwerking met derden; evaluatie van de Raad van Toezicht; functioneringsgesprek Raad van Toezicht/Raad van Bestuur.
Volgens een bepaalde frequentie zal de evaluatie van de Raad van Toezicht ter hand worden genomen. Dit betreft de volgende punten: -
evaluatie van het eigen functioneren; evaluatie met betrekking tot het profiel van de Raad van Toezicht; evaluatie met betrekking tot de gehanteerde ijkpunten.
3.2 Raad van Bestuur Algemeen De Raad van Toezicht heeft Dhr. Helder per 1 november 2012 tot voorzitter Raad van Bestuur van de Amarant Groep benoemd. Dhr. Borgmeijer heeft kenbaar gemaakt elders een betrekking te willen aanvaarden, maar heeft zich bereid verklaard aan te blijven als lid Raad van Bestuur tot de start van een nieuwe bestuurder. Inmiddels heeft de Raad van Toezicht Dhr. Bindels per 1 mei 2013 benoemd als lid Raad van Bestuur van de Amarant Groep. Dhr. Koeneman is in het verslagjaar bestuurder a.i. geweest van fusiepartner NSWAC en is op de fusiedatum 31 december 2013 afgetreden. De Raad van Bestuur bestuurt onder toezicht van de Raad van Toezicht van de Amarant Groep en in goed overleg met de binnen de instelling functionerende adviesorganen. De Raad van Bestuur neemt bij de uitvoering van zijn taak de vigerende wet- en regelgeving in acht. De Raad van Bestuur laat zich in de uitvoering van zijn bestuurstaak leiden door de in de statuten geformuleerde doelstelling van de stichting en zij houdt oog op het belang van de organisatie van de stichting in relatie tot haar maatschappelijke functie. Er vindt een taakverdeling plaats op basis van kwaliteiten en deskundigheden van de bestuurders. Waar sprake is van eigen taken, aandachtsgebieden en functies vindt de beleidsvorming in principe plaats door de betrokken bestuurder.
10
in dienst van mensen met een beperking
De Raad van Bestuur is eindverantwoordelijk voor de algemene gang van zaken, voor beleidsvorming en beleidsuitvoering, zowel binnen de stichting als in de relatie tussen de stichting en andere instellingen en organen. Het reglement van de Raad van Bestuur is vastgesteld in september 2005. De Raad van Bestuur legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht in het periodieke overleg tussen beide organen en op momenten waarop de Raad van Toezicht deze verantwoording vraagt. De leden van de Raad van Bestuur zijn gehouden tot een jaarlijks functioneringsgesprek met de Raad van Toezicht. Daarnaast legt de Raad van Bestuur in meer algemene zin verantwoording af in het jaarlijks uit te brengen Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording op algemeen, financieel, kwaliteits- en sociaal terrein. Bezoldiging De individuele bezoldiging van de leden van Raad van Bestuur wordt, conform de Jaarverslaggeving WTZi, vermeld in de jaarrekening (paragraaf 5.10). De vaststelling van de rechtspositie en de regeling van de arbeidsvoorwaarden van de Raad van Bestuur geschieden door de Raad van Toezicht en zijn vastgelegd in een overeenkomst tussen een lid van de Raad van Bestuur en de stichting. In geval van schorsing of ontslag handelt de Raad van Toezicht zoals vastgelegd in deze overeenkomst. De bestuurdersbeloning van Dhr. Helder en Dhr. Bindels is conform de Adviesregeling Arbeidsvoorwaarden van de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisdirecteuren (NVZD). Per 1 januari 2013 is de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht. Dit betekent dat de bezoldiging van bestuurders en hoogste leidinggevenden in de publieke en semipublieke sector wettelijk aan een maximum is gebonden. Echter, omdat er voor 2013 (nog) geen ministeriële regeling van kracht is voor de zorg, hebben de besturen van de NVTZ en de NVZD besloten voor 2013 de Beloningscode Bestuurders Zorg (BBZ) te handhaven als systematiek voor de beloning van de bestuurders in de zorg, met dien verstande dat het WNT-maximum niet mag worden overschreden. Binnen de Amarant Groep is overeengekomen om de bezoldiging van de bestuurder in zijn totaliteit vooralsnog niet uit te laten komen boven de (voormalige) Balkenende-norm (= € 193.000,-). De WNT-norm is € 228.599,-. Nevenfuncties De leden van de Raad van Bestuur mogen in bescheiden mate nevenfuncties vervullen. Dit is vastgelegd in het reglement Raad van Bestuur. Bij het aannemen van nevenfuncties moet het uitgangspunt zijn dat dit geen enkele belemmering mag opleveren voor het optimaal uitoefenen van de bestuurdersfunctie bij de Amarant Groep. Het aannemen van bezoldigde nevenfuncties behoeft instemming van de Raad van Toezicht. De nevenfuncties van de Raad van Bestuur hebben de goedkeuring van de Raad van Toezicht. Voor meer details over de nevenfuncties van de Raad van Bestuur zie paragraaf 5.10.
3.3 Raad van Toezicht Samenstelling Raad van Toezicht De Raad van Toezicht van de Amarant Groep bestaat uit minimaal vijf en maximaal zeven leden met dien verstande dat de Raad van Toezicht op dit moment nog uit acht leden bestaat in het kader van afspraken die voortvloeien uit de fusie met het Orthopedagogisch Centrum Brabant per 1 juli 2012. Afgesproken is om voor wat betreft het rooster van aftreden de normen van de Zorgbrede Governance Code te gaan volgen, dat wil zeggen maximaal twee zittingsperiodes van 4 jaar. Daartoe is een rooster van aftreden opgesteld. In dit kader treedt mevrouw Tacke per 1 april 2014 af als lid van de Raad van Toezicht. Mevrouw Tacke is destijds benoemd op basis van de zogenaamde ‘kwaliteitszetel’ van de Centrale Cliëntenraad. Om meteen een teruggang in het aantal leden van de Raad van Toezicht mogelijk te maken, is de Raad van Toezicht met de CCR overeengekomen de vrijgevallen kwaliteitszetel te laten invullen door de heer Dingenouts. De heer Dingenouts is reeds lid van de Raad van Toezicht en destijds benoemd op de kwaliteitszetel bij het voormalige Orthopedagogisch Centrum Brabant (OCB, nu onderdeel van de Amarant Groep). In overeenstemming met de statuten van de Amarant Groep en conform afspraak in het fusiedocument Amarant - OCB bestaat de Raad van Toezicht vanaf 1 april 2014 daarmee weer uit zeven leden. In het rooster van aftreden is ook overeengekomen dat de heer Kortmann per 1 juli 2014 aftreedt. Hiermee ontstaat een vacature voor de voorzitter van de Raad van Toezicht. Op basis van artikel 7 van de statuten van de Amarant Groep heeft de Raad van Toezicht een vacature vastgesteld. Daartoe is een benoemingsprocedure en een profielschets voor de voorzitter opgesteld.
11
in dienst van mensen met een beperking
Zoals notarieel vastgelegd in het fusiebesluit NSWAC - Amarant Groep is de Raad van Toezicht van de Amarant Groep per 31 december 2013 tijdelijk uitgebreid met de heer Drs. P.P.M. de Roij. Deze zetel is buitenstatutair in die zin dat de zetel uiterlijk eind 2015 ophoudt te bestaan. De zetel wordt dus niet gevoegd in het rooster van aftreden van de Raad van Toezicht van de Amarant Groep. Voor het overige is de positie van de zetelhouder gelijk aan die van de overige leden van de Raad van Toezicht. Voor de samenstelling en de nevenfuncties van de Raad van Toezicht zie paragraaf 5.10. Taken van de Raad van Toezicht De Raad van Toezicht houdt integraal toezicht op het bestuur van de organisatie en bewaakt de legitimiteit ervan. Als basis geldt de Zorgbrede Governancecode, die voorschrijft dat alle leden zonder last of ruggespraak en zonder enig belang bij de Stichting Amarant Groep of personen die daar werkzaam zijn, hun taak van onafhankelijk toezicht uitoefenen. Per lid van de Raad van Toezicht van de Amarant Groep zijn aandachtsgebieden ingesteld. Dit biedt de gelegenheid om onderwerpen te laten voorbereiden door daartoe ingestelde voorbereidingscommissies. De voorbereidingscommissies hebben geen beslissingsbevoegdheid. Er is een financiële auditcommissie en een auditcommissie kwaliteit van zorg ingesteld. De Raad van Toezicht toetst of de Raad van Bestuur bij zijn beleidsvorming en de uitvoering van de bestuurstaken oog houdt op het belang van de organisatie van de Amarant Groep in relatie tot de maatschappelijke functie van de Amarant Groep en een zorgvuldige afweging heeft gemaakt van de belangen van allen die bij de Amarant Groep zijn betrokken. Daarnaast benoemt de Raad van Toezicht de leden van de Raad van Bestuur en de accountant van de instelling. Eveneens keurt de Raad van Toezicht de financiële begroting en de jaarrekening goed en kan besluiten tot wijziging van de statuten. Het huishoudelijk reglement van de Raad van Toezicht is vastgesteld op 30 maart 2004. Evaluatie eigen functioneren De Raad van Toezicht heeft op 30 oktober 2013 zijn eigen functioneren uitgebreid geëvalueerd. Uit de evaluatie is naar voren gekomen dat de Raad van Toezicht over het algemeen tevreden is over zijn functioneren in de achterliggende periode en over de bijdragen die de Raad daarmee heeft geleverd aan de realisatie van de doelen van de Amarant Groep. Ook het samenspel tussen Raad van Toezicht en Raad van Bestuur verloopt naar tevredenheid. In termen van ‘goed-beter-best’ kan en mag het altijd nog beter, gegeven de toekomstige ambities van de Amarant Groep die zijn vastgelegd in het Strategisch Kader ‘Brandend Vuur’ en in de notitie Bouwstenen. De Raad van Toezicht heeft daartoe de volgende afspraken gemaakt: -
Voortaan zal jaarlijks worden bezien wie van de toezichthouders aan welke activiteiten van de NVTZ Academie gaat/gaan deelnemen.
-
In de komende tijd blijven belangrijke aandachtspunten: o het houden van een goede balans tussen afstand en nabijheid; o samenwerking met externe stakeholders waaronder vooral ook gemeenten; o het in goed samenspel (klankbord en sparringpartner) met de Raad van Bestuur en medezeggenschap maken van strategische keuzes.
-
De Raad van Toezicht wil en zal de Raad van Bestuur graag ‘ondersteunen’ bij het bewerkstelligen van ‘goed werkgeverschap’, dat van groot belang is in het voorgenomen transitie- en transformatieproces. Er zal een commissie HRM uit de Raad van Toezicht worden ingesteld die deze ‘klankbordfunctie’ kan invullen.
-
De Raad van Toezicht acht (het toezicht op) ‘medezeggenschap’ een wezenlijk onderdeel van haar taak en vraagt zich af of de communicatie die hij nu heeft met de Ondernemingsraad en de Cliëntenraad voldoende is. Deze vraag zal met beide organen aan de orde worden gesteld;
-
Hoewel er feitelijk al gewerkt wordt op basis van een ‘jaaragenda’ gaat de Raad van Toezicht nadrukkelijk die ‘jaaragenda’ vooraf vaststellen;
-
De Raad van Toezicht heeft besloten om in 2014 de volgende protocollen te laten voorbereiden:
12
in dienst van mensen met een beperking
o o o o
Een protocol voor communicatie ingeval van crises; Een klokkenluidersregeling; Een dialoogregeling voor overleg van de Raad van Toezicht met belanghebbenden; Een informatieprotocol van de bestuurlijke en toezichthoudende verantwoordelijkheid.
Overlegvormen Raad van Toezicht De Raad van Toezicht van de Amarant Groep heeft periodiek overleg met de Raad van Bestuur. Daartoe stelt de voorzitter in overleg met de Raad van Bestuur een agenda op. De Raad van Toezicht van de Amarant Groep onderscheidt de volgende groepen van agendapunten: -
-
periodieke agendapunten, welke ieder in een daartoe bestemde vergadering behandeld worden (bijvoorbeeld de behandeling van de begroting en de jaarrekening, het functioneren van de Raad van Bestuur, de kwaliteit van de zorg); reguliere agendapunten, welke door de Raad van Bestuur voor elke vergadering geagendeerd kunnen worden (bijvoorbeeld overleg met de Ondernemingsraad, overleg met de Centrale Cliëntenraad); incidentele vergaderpunten, welke niet noodzakelijk binnen de jaarcyclus aan de orde komen (fusies en samenwerking, benoeming van bestuurders, onvoorziene zaken); klankbordfunctie voor de Raad van Bestuur.
Bij de behandeling van de jaarrekening is de externe accountant aanwezig voor het verstrekken van een toelichting. Een delegatie van de Raad van Toezicht heeft twee keer per jaar een tripartite overleg met de Ondernemingsraad en de Raad van Bestuur en één keer per jaar met de Centrale Cliëntenraad. De leden van de Raad van Toezicht onderhouden ter deskundigheidsbevordering contacten met degenen die ondersteuning geven aan het werk van de Raad van Toezicht waarbij gedacht kan worden aan het bijwonen van seminars of deelname aan lezingen/bijeenkomsten van de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in Zorginstellingen (NVTZ). Bezoldiging Per 1 januari 2013 is de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht. Dit betekent dat de bezoldiging van bestuurders en hoogste leidinggevenden in de publieke en semipublieke sector wettelijk aan een maximum is gebonden. De beloning van de leden van de Raden van Toezicht mag maximaal 5% of 7,5% (voorzitter) van de WNT-norm zijn. Echter, omdat er voor 2013 (nog) geen ministeriële regeling van kracht is voor de zorg, hebben de besturen van de NVTZ en de NVZD besloten voor 2013 de Beloningscode Bestuurders Zorg (BBZ) te handhaven als systematiek voor de beloning van de bestuurders in de zorg, met dien verstande dat het WNT maximum niet mag worden overschreden. Voor de Amarant Groep geldt dat de voorzitter Raad van Bestuur conform de BBZ is ingedeeld in de categorie H. De voorzitter Raad van Bestuur is na onderling overleg voor 2013 lager binnen deze schaal ingedeeld zodat de (voormalige) Balkenende-norm niet overschreden wordt. Binnen de Amarant Groep is namelijk overeengekomen om de bezoldiging van de bestuurder in zijn totaliteit vooralsnog niet uit te laten komen boven de (voormalige) Balkenende-norm (= € 193.000,-). De WNT-norm is € 228.599,-. Voor de leden van de Raad van Toezicht wordt 5% en voor de voorzitter 7,5% van het salaris van de voorzitter RvB binnen categorie H gehanteerd. Activiteiten in het verslagjaar Onderwerpen die in vergaderingen aan de orde kwamen, waren in 2013: -
Jaarplan 2013; Jaarrekening 2012; Exploitatiebegroting 2014; Investeringsbegroting 2014-2017; Financiële performance van de Amarant Groep; Kwaliteit van arbeid; Kwaliteit van zorg; LTHP/Vastgoedbeleid; Strategische ontwikkelingen met externe partners; Procedure werving en selectie Raad van Bestuur Amarant Groep; Voortgang van de juridische fusie; Benoeming lid Raad van Bestuur;
13
in dienst van mensen met een beperking
-
Medewerkersonderzoek; Kadernotitie ‘Bouwstenen voor de aangepaste richting en inrichting Amarant Groep’; Besluit honorarium Raad van Toezicht Amarant Groep 2013 en verder.
De Raad van Toezicht hechtte in 2013 zijn statutaire goedkeuring aan de: -
Jaarrekening 2012 d.d. 21 mei 2013; Exploitatiebegroting 2014 d.d. 10 december 2013; Investeringsbegroting 2014-2017 d.d. 10 december 2013; Juridische fusie NSWAC - Amarant Groep d.d. 12 november 2013.
3.4 Bedrijfsvoering Algemeen Bij de Amarant Groep is de besturingssystematiek gebaseerd op de principes van integraal management. De organisatie is resultaatgestuurd. Het lijnmanagement is integraal verantwoordelijk voor de resultaten en de inzet van de daarvoor benodigde mensen en middelen. De stafdiensten zijn ondersteunend, adviserend (gevraagd en ongevraagd) en serviceverlenend aan het lijnmanagement van de verschillende organisatieonderdelen. Er is sprake van een klant-leverancier-relatie. Management control cyclus De concrete planning, uitvoering, evaluatie en bijstelling van het beleid krijgt binnen de Amarant Groep gestalte door middel van de management control cyclus. Deze cyclus is gebaseerd op de Deming-cirkel (Plan, Do, Check, Act) en vormt het instrument voor het plannen, uitvoeren, toetsen en bijstellen van beleidsdoelstellingen. De management control cyclus is als het ware de jaarlijkse agenda van de organisatie waarin systematisch de besluitvormings- en evaluatiemomenten worden vastgelegd. De management control cyclus evalueert voortdurend de beoogde versus de behaalde resultaten en vergroot de stuurbaarheid van de organisatie en optimaliseert de gekozen richting en gekozen activiteiten ter realisatie van de beoogde resultaten. Integraal management Integraal management houdt in dat het management van alle organisatie-onderdelen binnen door de Raad van Bestuur vastgestelde kaders managementverantwoordelijkheid heeft voor diverse thema’s. Wel met een praktische vertaling en met duidelijke keuzes. Het betreft de vijf volgende resultaatgebieden: -
kwaliteit van zorg; evenwicht in opbrengsten en kosten; kwaliteit van arbeid; kwaliteit van huisvesting; marktontwikkeling en innovatie.
Om integraal management mogelijk te maken zijn de bijbehorende bevoegdheden toegekend aan het management. De Raad van Bestuur rekent het integrale management af op de volle breedte van de operationele verantwoordelijkheid en blijft daarbij op een gepaste afstand van de operatie. Integraal management betekent verder dat de managers een eigen verantwoordelijkheid hebben voor zowel de uitvoering van het beleid als het bepalen van de inzet van middelen om een bepaald doel te bereiken. Dat betekent de erkenning van de eindverantwoordelijkheid van het management voor een bedrijfsonderdeel. Het betekent niet: minder betrokken. De functie van de Raad van Bestuur in dit proces zal toetsend, coachend en beoordelend zijn. Het management heeft eigen verantwoordelijkheid om ‘de weg naar het resultaat’ zelf inhoud te geven. Uitwerking Management Control Cyclus Het meerjarenbeleidsplan wordt uitgewerkt in jaarplannen op Amarant Groep-niveau, RVE-niveau en cluster/team/afdelingsniveau. De jaarplannen beperken zich tot het (compact) beschrijven van de primaire targets vertaald in overeengekomen eindtermen (resultaatgebieden). De jaarplannen worden financieel vertaald tijdens de jaarlijkse begrotingscyclus (mei-december). Via de exploitatiebegroting worden uitgaven getoetst. Daarnaast vindt op basis van de begroting een transparante allocatie van middelen plaats op basis van de parameters in de externe financiering. De begroting is het cijfermatig referentiepunt om de gemaakte jaarplannen en afspraken (managementcontracten) te kunnen toetsen en te evalueren.
14
in dienst van mensen met een beperking
Contractmanagement wordt beschouwd als een belangrijk instrument dat een belangrijke bijdrage kan leveren aan de besturing en beheersing van de organisatie. Tussen de Raad van Bestuur en het management van de RVE’s is een formele afspraak gemaakt waarin de te bereiken resultaten zijn vastgelegd op de vijf bovengenoemde resultaatgebieden. Om te komen tot een beoordeling of de beoogde resultaten van de jaarplannen ook zijn/worden behaald en om de uitvoering of planning eventueel bij te stellen wordt gewerkt met managementinformatie. Per maand wordt een financiële rapportage verstrekt. Per kwartaal wordt managementinformatie gegenereerd op de vier overige resultaatgebieden. Conform de planning van de management control cylcus worden per kwartaal gegevens op deze gebieden verzameld, gebundeld, geanalyseerd, gerapporteerd en besproken met het management. Daarnaast is een jaarafsluiting ingevoerd inclusief een forecast voor het opvolgende jaar.
3.5 Cliëntenraad Ontwikkelingen wetgeving De Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ) is een wet die zich richt op de rechten van de cliënt. De doelstelling van de WMCZ is het bevorderen van de medezeggenschap van cliënten in de zorgsector. De WMCZ is in 1996 van kracht geworden en moet bewerkstelligen dat er voldoende rekening wordt gehouden met de wensen en de behoeften van cliënten. Daartoe stelt de WMCZ een geïnstitutionaliseerde cliëntenvertegenwoordiging (de cliëntenraad) verplicht, die zich ontfermt over de belangenbehartiging van de cliënten in de zorginstelling. Momenteel is op landelijk niveau de nieuwe Wet Cliëntrechten Zorg (WCZ) nog in ontwikkeling. In het wetsvoorstel wordt een aantal verschillende wetten waaronder de WMCZ in één kader samengebracht. Centrale Cliëntenraad Deze paragraaf geeft een weerslag van de activiteiten van de Centrale Cliëntenraad (CCR) in 2013. Binnen de Amarant Groep wordt veel waarde gehecht aan cliëntenparticipatie. De CCR kan terugkijken op een jaar waarin inspanningen zijn verricht om binnen de medezeggenschapstructuur zoveel mogelijk het belang van de cliënten te vertegenwoordigen. Algemeen Medezeggenschap betekent dat cliënten en/of vertegenwoordigers op diverse niveaus binnen een zorginstelling, als collectief, gevraagd én ongevraagd invloed kunnen uitoefenen op voorgenomen besluiten die van invloed zijn op de positie van cliënten en de kwaliteit van zorg. De medezeggenschapstructuur (cluster-, RVE- en Amarant Groep-niveau) volgt zoveel mogelijk de organisatiestructuur van de Amarant Groep. -
Clusterniveau: lokale cliëntenraden (LCR) Dit betreft medezeggenschap die zich vooral richt op de plaats waar de zorg- en dienstverlening concreet vorm krijgt. Hier worden locatiegebonden onderwerpen besproken. Een LCR kan één (of meer) woon- of dagbestedinglocatie(s) omvatten. Een LCR bestaat in principe uit een commissie (cliënten) en een onderdeelcommissie (vertegenwoordigers), maar gezien de diverse dynamiek op locaties functioneren er binnen de organisatie ook diverse mengvormen.
-
Districtsniveau: districtscliëntenraden (DCR/SCR) Ieder RVE heeft een districts- of sectorcliëntenraad (DCR/SCR) bestaande uit een commissie (vertegenwoordigers vanuit de voorzieningen die deel uitmaken van het RVE) en een onderdeelcommissie (cliënten). De RVE-manager en de DCR/SCR bespreken algemene, locatieoverstijgende onderwerpen binnen de grenzen van het desbetreffende RVE.
-
Centraal niveau: één centrale cliëntenraad (CCR) De CCR is samengesteld uit vertegenwoordigers vanuit de DCR/SCR (elf personen). Elke DCR/SCR vaardigt één vertegenwoordiger af naar de CCR. De CCR is daarmee samengesteld uit vertegenwoordigers van het Dr. Leo Kannerhuis Brabant, Idris en Amarant Wijkzorg en Amarant Specialistische zorg. Pauwer zal hierop aansluiten. De Raad van Bestuur en de CCR bespreken instellingsbrede onderwerpen, met name beleidsmatige en strategische zaken, die voor alle cliënten van de Amarant Groep van toepassing zijn.
De Amarant Groep heeft in 2013 voorbereidingen getroffen voor een aanpassing van de interne organisatie om meer toegerust te zijn op de aangekondigde stelselwijzigingen en bezuinigingen. Herinrichting van de organisatie maakt daarmee ook het vraagstuk m.b.t. de toekomstige inrichting van de medezeggenschap
15
in dienst van mensen met een beperking
actueel. De Raad van Bestuur en de CCR hebben gezamenlijk het initiatief genomen om, onder de noemer ‘Taskforce’, een actieve betrokkenheid van de CCR te waarborgen bij het actuele reorganisatieproces. Daarnaast heeft de ‘Taskforce’ de opdracht een visie te ontwikkelen op de toekomstige inrichting van de medezeggenschap, inclusief het versterken van nieuwe, minder geïnstitutionaliseerde vormen van cliëntparticipatie en medezeggenschap. In de loop van 2014 zal dit concreet vorm gaan krijgen. De samenwerking tussen de CCR en de Raad van Bestuur verliep ook in 2013 in een ontspannen en constructieve sfeer. De CCR wordt in een vroegtijdig stadium betrokken bij de ontwikkeling van beleid, waardoor er sprake is van een aanzienlijke invloed en op diverse beleidsterreinen zelfs van co-makership. Vergaderingen Centrale Cliëntenraad (CCR) De CCR is in 2013 in totaal elf keer in vergadering bij elkaar geweest, het betreft: 1. Overlegvergaderingen met de Raad van Bestuur. In 2013 zijn er vijf overlegvergaderingen geweest met de Raad van Bestuur. De agenda voor het gezamenlijk overleg wordt in goed overleg door de Raad van Bestuur en de voorzitter CCR bepaald. 2. CCR-vergaderingen. In 2013 heeft de CCR vier keer in eigen kring vergaderd. 3. Overleg met de Raad van Toezicht. Op 24 januari heeft er een overleg plaatsgevonden met een delegatie van de Raad van Toezicht. Samen met de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur is er op 27 juni een werkbezoek gebracht aan het RVE Wijkzorg Brabant Oost en Zuid waar onder andere woonvormen, een maatjesproject en een ouderinitiatief zijn bezocht. 4. Overleg CCR-OR-Raad van Bestuur-Raad van Toezicht Het jaarlijks overleg met de OR, Raad van Bestuur en Raad van Toezicht vond plaats op 12 november. 5
Themabespreking Op 9 november heeft de CCR samen met de Raad van Bestuur een medezeggenschapsdag gehouden voor alle betrokkenen bij de medezeggenschap binnen de Amarant Groep met de thema’s stelselwijzigingen en bezuinigingen. Dit heeft voor een deel van de cliënten een aanzienlijke impact. Naast het verstrekken van informatie over de komende stelselwijzigingen biedt de medezeggenschapsdag veel ruimte om ervaringen uit te wisselen.
De CCR kent een aantal vaste commissies: kwaliteit, communicatie, Wmo en de commissie FEC (financieeleconomisch/vastgoed) die elk diverse keren per jaar in commissieverband vergaderen. Eén van de leden van de CCR neemt namens de CCR deel aan het overleg van de Gouda-groep, het landelijk overlegorgaan van voorzitters van cliëntenraden van (grote) zorgaanbieders in de sector gehandicaptenzorg. Enkele belangrijke onderwerpen in 2013 -
Jaarplan 2013 De CCR heeft het jaarplan 2013 van de Amarant Groep besproken met de Raad van Bestuur en kon zich vinden in de benadering dat de focus in eerste instantie gericht blijft op cliënten die nu in zorg zijn. Voor de CCR is een belangrijk punt van aandacht op welke wijze er met minder middelen toch kwalitatief goede zorg kan worden geleverd. De focus ligt voor de CCR op ‘meer kwaliteit met minder middelen’. De CCR pleit ervoor om ‘best practices’ te benoemen en de uitwisseling ervan binnen de organisatie te bevorderen.
-
Strategisch Kader De CCR heeft een aanvullende notitie op het strategisch kader ontvangen en besproken met de Raad van Bestuur. Bij de dimensies groei, inhoud en omvang is voor de Amarant Groep de inhoud leidend. In de notitie is de visie op groei genuanceerd uitgewerkt in relatie tot een aantal belangrijke ontwikkelingen. Met groei wordt hier niet zozeer bedoeld het volume, maar groei in de zin van maatschappelijk zichtbaar blijven en herkenbaarheid in de samenleving.
-
Fusie met NSWAC De CCR heeft positief advies uitgebracht over een te houden onderzoek naar samenwerkingsmogelijkheden tussen de Amarant Groep en NSWAC, een organisatie voor LG-zorg en mensen met NAH. In het verlengde daarvan is de keuze gemaakt om een fusie aan te gaan tussen beide organisaties met ingang van 31 december 2013. De CCR heeft steeds een positieve grondhouding gehad ten aanzien van deze plannen.
16
in dienst van mensen met een beperking
-
Herinrichting organisatorische en leidinggevende structuur Dr. Leo Kannerhuis Brabant De CCR heeft een adviesaanvraag ontvangen aangaande de positionering van het Dr. Leo Kannerhuis Brabant binnen Idris 18-. De CCR heeft oog voor de overwegingen die hebben geleid tot dit besluit en brengt hierover een positief advies onder de voorwaarde dat recht moet worden gedaan aan de (zorg voor) de onderscheiden doelgroepen cliënten en dat voor de diverse cliëntengroepen een herkenbare vorm van cliëntmedezeggenschap in stand blijft.
-
Notitie Bouwstenen Onder de noemer ‘Bouwstenen’ geeft de Raad van Bestuur van de Amarant Groep vorm aan een intern reorganisatieproces. De CCR is al in een vroegtijdig stadium geïnformeerd over de reorganisatieplannen en was daarmee in de gelegenheid om, vooruitlopend op het formele adviestraject, hierover met de Raad van Bestuur van gedachten te wisselen. De CCR onderschrijft de plannen en pleit ervoor om in de reorganisatie steeds goed te focussen op doelen die voor de cliënten van belang zijn. In 2014 zal de verdere concretisering van de reorganisatie vorm krijgen.
-
Brandveiligheid in nachtsituaties De CCR heeft zich enkele keren gebogen over de problematiek van veiligheid in nachtsituaties op woonvoorzieningen. Dit naar aanleiding van een onderzoek dat in 2012 is gehouden in opdracht van het Ministerie van VROM. Aandachtspunten voor de CCR zijn hierbij de ontruimingsinstructies, de aanwezigheid van een nachtdienst en de actualiteit van BHV-plannen.
-
Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg Binnen de sector VG zijn door partijen afspraken gemaakt over een kwaliteitskader. Onderdeel van het kwaliteitskader is ook een tevredenheidsmeting onder cliënten en cliëntvertegenwoordigers. Binnen de CCR is gesproken over het proces te komen tot een keuze voor een meetinstrument. De concrete invulling van de systematiek zal in 2014 plaatsvinden in samenspraak met de betrokken DCR/SCR.
-
Pilot Integrale Zorg De CCR is enkele keren met de Raad van Bestuur in gesprek geweest over de het verloop van de pilot integrale zorg. Het betreft samenhangende woonzorg en dagbesteding op basis van een 7 x 24 uur principe. De eerste rapportages zijn positief en veel pilot-doelstellingen m.b.t. kwaliteit van zorg en kwaliteit van arbeid lijken te worden gerealiseerd. De CCR juicht de ontwikkelingen m.b.t. integrale zorg toe, maar is alert en kritisch op het behoud van de uren voor dagbesteding van de cliënt.
-
Thematisch onderzoek Inspectie Gezondheidszorg inzake vrijheidsbeperking. Vanwege een vacature is met de CCR de invulling van de functie cliëntenvertrouwenspersoon binnen de diverse onderdelen van de Amarant Groep besproken. In overleg is er besloten om tijdelijk te voorzien in de vacature in afwachting van nieuw te verwachten wetgeving in het kader van de transities en de vast te stellen Wet Zorg en Dwang. Op basis van actuele wetgeving zal er in de loop van 2015 gekozen worden voor een nieuwe invulling van de functie cliëntenvertrouwenspersoon binnen de Amarant Groep.
-
Visiedocument: aan de slag met (minder) vrijheidsbeperkingen Binnen de organisatie is, vooruitlopend op de nieuwe Wet Zorg en Dwang, een visiedocument ontwikkeld, Dit visiedocument geeft weer wat de visie van Amarant Groep is op (het verminderen van) vrijheidsbeperking, de visie op zelfstandigheid en privacy van cliënten en hoe we hier binnen de organisatie mee om willen gaan. Het is een dynamisch document dat aan veranderingen onderhevig is, afhankelijk van nieuwe regelgeving en nieuwe inzichten. Bij de ontwikkeling van deze visie is enkele keren overleg geweest met de CCR.
-
Begroting 2014 In vervolg op de bespreking van de kaderbrief heeft de CCR zijn goedkeuring gegeven aan de begroting over 2014. De CCR heeft bij de begrotingsbesprekingen aangegeven graag (inhoudelijk en strategisch) geïnformeerd te willen worden over de wijze waarop de onderhandelingen met de zorgkantoren plaatsvinden.
3.6 Ondernemingsraad Op grond van de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) moet de onderneming een ondernemingsraad (OR) instellen als er ten minste 50 personen werkzaam zijn. De WOR regelt de medezeggenschap van werknemers in ondernemingen in Nederland. Medezeggenschap betrekt werknemers bij de totstandkoming van besluiten in
17
in dienst van mensen met een beperking
de onderneming. Via medezeggenschap kunnen de werknemers invloed uitoefenen op het beleid en de gang van zaken in de onderneming waarin zij werken. Anderzijds krijgt de leiding van de onderneming via medezeggenschap belangrijke informatie vanaf de werkvloer. Daar kan de leiding haar voordeel mee doen, bijvoorbeeld bij het bepalen van het te voeren beleid en bij besluitvorming. Rechten en faciliteiten ondernemingsraad De WOR kent de OR diverse rechten en faciliteiten toe. Dit is om een goede invulling van de medezeggenschap te bevorderen. De ondernemer is, onder meer, gehouden tot: -
het voeren van overleg met de OR; het verstrekken van informatie aan de OR; het tijdig vragen van advies aan de OR ten aanzien van voorgenomen besluiten over belangrijke financieel-economische of bedrijfsorganisatorische aangelegenheden; het tijdig vragen om instemming van de OR ten aanzien van voorgenomen besluiten op het gebied van het sociale beleid van de onderneming in ruime zin; Het verlenen van bepaalde faciliteiten, zoals bijvoorbeeld vergaderen tijdens werktijd, en scholing.
Overleg tussen ondernemer en ondernemingsraad De OR en de ondernemer overleggen geregeld met elkaar. Daarbij heeft de OR een tweeledige taak. Enerzijds is de OR overlegpartner van de ondernemer. Hij denkt mee met de ondernemer en is sparringpartner bij besluitvorming. Anderzijds is de OR vertegenwoordiger van de werknemers. Hij brengt wensen en meningen van het personeel naar voren ten aanzien van de verschillende onderdelen van het ondernemingsbeleid. In sommige gevallen kan de OR als belangenbehartiger optreden. De OR en de ondernemer overleggen met elkaar om de onderneming in al haar facetten goed te laten functioneren. De ervaring leert dat bij een goed functionerend overleg tussen ondernemer en OR de ondernemer profijt heeft van de informatie die op deze manier verkregen wordt en veelal betere besluiten kan nemen. Ondernemingsraad van de Amarant Groep De medezeggenschapstructuur volgt zoveel mogelijk de organisatiestructuur van de Amarant Groep. De OR van de Amarant Groep vertegenwoordigt ruim 5.500 mensen die werkzaam zijn bij Amarant, Idris, het Dr. Leo Kannerhuis Brabant en Pauwer. De OR spreekt met de Raad van Bestuur over het Amarant Groep-breed instellingsbeleid op financieel-economisch, bedrijfsorganisatorisch en sociaal gebied. Daarbij laat hij zich adviseren door drie uit OR- en OC-leden samengestelde commissies.
Commissie Sociaal Beleid
Commissie Arbo
Financieel Economische Commissie
Daarnaast zijn er: 12 onderdeelcommissies
.
Eén voor elk RVE in de zorg en één voor de ondersteunende afdelingen (hieronder vallen het Bestuursbureau en Huisvesting & Bedrijfsdiensten). De OC’s overleggen met de RVE-manager en praten, denken en beslissen mee over zaken die spelen in het eigen RVE, cluster of afdeling. Het jaar 2013 was een bijzonder jaar. De organisatie was volop in beweging en doordrongen van de noodzaak om zaken anders te organiseren. De OR heeft geprobeerd in zorgvuldigheid goede en heldere afspraken te maken met de Raad van Bestuur. Dit was niet altijd eenvoudig want het ging om forse vraagstukken aangaande de kwaliteit van arbeid en werkgelegenheid. Ondanks deze dynamiek is de verstandhouding tussen de OR en Raad van Bestuur gelukkig goed. Er wordt open met elkaar gecommuniceerd en er is respect voor elkaars mening. Dat is belangrijk want ten slotte willen we vanuit diverse verantwoordelijkheden dat het de organisatie en daarbij de medewerkers en cliënten goed gaat. Op 21 oktober 2013 heeft de OR positief geadviseerd over een juridische fusie met NSWAC. Per 31 december 2013 is de NSWAC onderdeel van de Amarant Groep en veranderde de naam van NSWAC in Pauwer. Dit betekende ook een verandering voor de medezeggenschap. De OR van NSWAC werd omgevormd tot OC Pauwer en de Ondernemingsraad van de Amarant Groep werd uitgebreid met één zetel voor RVE Pauwer.
18
in dienst van mensen met een beperking
OR-bureau Amarant De OR en OC’s worden ondersteund vanuit het OR-bureau. Het OR-bureau kent een ambtelijk secretaris en een aantal medewerkers OR-bureau. Aantal vergaderingen OR-vergaderingen Overlegvergaderingen met de Raad van Bestuur Overlegvergaderingen met de Raad van Toezicht Informeel overleg met Raad van Toezicht, Raad van Bestuur, Centrale Cliëntenraad en Raad van Bestuur Vergaderingen themacommissies Vergaderingen onderdeelcommissies Overlegvergaderingen onderdeelcommissies met manager RVE
22 13 2 1 17 10 9
OR & Scholing In 2013 werd gebruik gemaakt van de diensten van de advies- en trainingsbureaus De Beuk & SBI. Op 28 februari 2013 was er een collectieve scholingsdag voor de OR & OC’s in het teken van de grote veranderingen in de zorg en de beïnvloedingsruimte van de medezeggenschap. Een enkele OC heeft begin 2013 nog een training op maat gevolgd maar vanwege het verkiezingsjaar is bescheiden gebruik gemaakt van deze mogelijkheid. Nieuw gekozen OC-leden krijgen altijd een introductiecursus om hen klaar te stomen voor de taak die hen wacht. Op 12 en 13 november 2013 was er in deze scholing aandacht voor: de taken en mogelijkheden van OR/OC, de visie op medezeggenschap, het samenspel tussen OR en OC’s, effectief vergaderen en overleggen, inzet van de eigen kwaliteiten. Op 12 december 2013 is er ’s-middags een collectieve scholingsmiddag geweest. Het onderwerp van de middag was ‘Transitie en Transformatie’. Vanuit HRM is informatie gegeven over de vraagstukken waarmee de organisatie de komende tijd te maken zal krijgen. Vervolgens zijn deze ontwikkelingen onder begeleiding van trainers van De Beuk vertaald naar de RVE/OC-praktijk. Verkiezingen In oktober 2013 waren er verkiezingen voor de OR en OC’s. Er werd enthousiast gereageerd op de oproep om kandidaten. Het belang van een stevige medezeggenschap werd erkend. In maar liefst 7 RVE’s konden de medewerkers stemmen omdat er meer kandidaten waren dan zetels. Gevolg is dat meer dan de helft van de medezeggenschap werd vernieuwd. Eind oktober werden de nieuwe OR en OC’s feestelijk geïnstalleerd in een bijeenkomst waarbij ook de Raad van Bestuur en RVE-managers aanwezig waren. Communicatie met de achterban Op verzoek van de OR heeft K. Vesters in het kader van haar afstuderen aan de Fontys Hogeschool Communicatie onderzoek gedaan. De centrale vraag van haar onderzoek was: hoe kan communicatie bijdragen aan de zichtbaarheid en bereikbaarheid en werking van de medezeggenschap zodat medewerkers van de Amarant Groep zich meer betrokken voelen. Hiertoe heeft zij onder andere groepsgesprekken gehouden met leden van de medezeggenschap, managers en medewerkers uit diverse RVE’s. Het onderzoek bevat diverse aanknopingspunten die goed kunnen dienen als handvat voor de medezeggenschap en die een plaats zullen krijgen in het scholingsprogramma 2014 van de nieuwe OR en OC’s. Enkele besproken onderwerpen -
Juridische fusie met NSWAC Het is lastig om met betrekking tot toekomstige ontwikkelingen een vast omlijnd perspectief te schetsen. De Amarant Groep is net als alle andere partners in de zorg afhankelijk van minder financiële middelen en politieke ontwikkelingen. De OR is echter samen met de Raad van Bestuur van mening dat een afwachtend beleid geen optie is als de Amarant Groep bij al die nieuwe ontwikkelingen een substantiële rol wil blijven spelen. De OR heeft mede daarom positief geadviseerd over de fusie. Financieel gezien waren er wel aandachtspunten, maar geen onoverkomelijke bezwaren. De OR heeft wel geadviseerd om voor de ontwikkeling LG/NAH een evenwichtig groeiscenario te ontwikkelen, dus geen risico’s te nemen. Verder is er een afspraak gemaakt over mogelijk onbedoelde verdringing van Amarant Groep personeel ten gevolge van deze fusie. Tot slot is met de Raad van Bestuur afgesproken dat de werking van het huidig sociaal plan geëerbiedigd wordt indien er op 1 juni 2014 nog geen nieuw
19
in dienst van mensen met een beperking
sociaal plan is vastgesteld. Dat was voor de OR een belangrijke voorwaarde om bij organisatiewijzigingen en/of uitbreiding van de stichting ook aantoonbaar de beoogde zorgvuldigheid ten opzichte van alle werknemers in acht te nemen. -
Spoorboekje Reorganisatie & afspiegeling De OR heeft in november 2013 een spoorboekje Reorganisatie & afspiegeling ontvangen. Het boekje is bedoeld als handleiding voor leidinggevenden om - als het nodig is - het Sociaal plan bij de aanstaande reorganisaties binnen de Amarant Groep goed te kunnen toepassen. De OR was gevraagd te adviseren op de uitgangspunten ten aanzien van bedrijfsvestiging, uitwisselbare functies en peildatum. De OR heeft extra vergaderd en overleg gehad met deskundigen om nog snel duidelijkheid te kunnen bieden aan medewerkers die te maken krijgen met bezuinigingen en boventalligheid. In december 2013 heeft de OR advies uitgebracht.
-
Flexibele schil De OR heeft ingestemd met het voorstel van de Raad van Bestuur om de flexibele schil op Amarant Groep niveau maximaal op 20% te stellen. Deze afspraak maakt deel uit van de hierboven genoemde regeling ‘arbeidscontracten voor bepaalde tijd’ die voor drie jaar is aangegaan. Gezien de gevolgen van de stelselwijzigingen en bezuinigingen werd 20% reëel geacht. Onder de flexibele schil worden begrepen medewerkers met een arbeidscontract voor bepaalde tijd en medewerkers met een oproepovereenkomst (0-urencontract).
-
Arbeidscontracten voor bepaalde tijd Een medewerker met een contract voor bepaalde tijd is voor de Ondernemingsraad evengoed een medewerker die op basis van zijn/haar kwaliteiten kansen en mogelijkheden moet krijgen. In de CAO staat dat arbeidscontracten als regel voor onbepaalde tijd worden afgegeven. Op onderdelen afwijken van deze regeling kan als de OR daarmee instemt. De OR en Raad van Bestuur hebben gezamenlijk een achttal uitzonderingen op de hoofdregel in de CAO geformuleerd op basis waarvan contracten voor bepaalde tijd mogen worden afgegeven.
-
Zorg 2.0 Het project 2.0 geeft aan hoe de Amarant Groep met het Dr. Leo Kannerhuis Nederland, Pluryn en ARQ ondersteund door ICT-bedrijf Ordina, wil werken aan e-health (toepassing van nieuwe ICT-techniek) en bevordering van het zelfzorgmanagement van cliënten. De OR had in eerste instantie op basis van het met de medezeggenschap gelopen proces en de vele onduidelijkheden negatief geadviseerd over dit project. Nadat de Raad van Bestuur had zorg gedragen voor aanvullende informatie, heeft de OR met de nodige kanttekeningen alsnog ingestemd met de start van fase 2 van het project. Later in het jaar heeft de OR ingestemd met de oprichting van coöperatie Quli om de samenwerking juridisch goed vast te leggen.
-
Regeling gebruik bedrijfsauto’s/black box Geruime tijd zijn de OR en Raad van Bestuur in overleg geweest over het voornemen van de Raad van Bestuur om alle bedrijfsauto’s van de Amarant Groep uit te rusten met een zogenaamd black box systeem. De OR heeft hierover juridisch advies ingewonnen. Alleen die personeelsgegevens die absoluut nodig zijn om een doel te bereiken mogen worden verwerkt en opgeslagen. Het minimum is daarom ook meteen het maximum. Naar de mening van de OR is de Raad van Bestuur er onvoldoende in geslaagd de noodzaak aan te tonen van het verzamelen van gegevens op individueel niveau ten behoeve van de belastingdienst. Reden voor de OR om geen instemming te geven aan invoering van deze regeling.
20
in dienst van mensen met een beperking
4 Beleid, inspanningen en prestaties 4.1 Strategisch beleid Missie Bijzonder, omdat de Amarant Groep een betrokken organisatie is met een concrete ambitie. De Amarant Groep wenst dat mensen met een (licht) verstandelijke beperking, een lichamelijke beperking en/of autisme volwaardig kunnen meedoen in de maatschappij. Bijzonder, omdat de Amarant Groep bijzondere en ingewikkelde zorg- en begeleidingsvragen ziet als een uitdaging. Amarant Groep wil bijzonder presteren om het gewone mogelijk te maken. Heel gewoon, omdat de Amarant Groep weet en ervaart dat mensen met een beperking net als ieder ander heel gewoon in het leven staan. De Amarant Groep wil dat mensen met een beperking hun ‘recht’ op geluk gewoon kunnen verzilveren. De Amarant Groep draagt uit dat mensen met een beperking gewoon recht hebben op een plaats in de samenleving. Dichtbij, omdat de Amarant Groep zorg biedt aan huis, of dichtbij huis, in de straat, buurt of wijk waar mensen met een beperking wonen. Samen met ouders, familieleden, begeleiders en andere organisaties wil Amarant Groep zorg delen. Respect voor elkaar, welzijn en veiligheid vindt de Amarant Groep daarbij belangrijk. Zo levert de Amarant Groep een bijdrage aan de kwaliteit van leven van kinderen, jongeren en volwassenen met een (licht) verstandelijke beperking, een lichamelijke beperking en/of autisme in heel Noord-Brabant. Strategisch Kader De hervorming van de AWBZ en een gelijktijdige overheveling van verantwoordelijkheden naar gemeenten brengt ingrijpende transitie- én transformatievraagstukken met zich mee. De richting van de Amarant Groep blijft in sterke mate gebaseerd op het Strategisch Kader 2012-2015 ‘Brandend vuur, Werken aan cliëntperspectief’ en de huidige sturingsfilosofie. Het Strategisch Kader sluit goed aan op de (inhoudelijke) transformatievraagstukken die de stelselwijzigingen met zich meebrengen. De strategische richting is uitgewerkt langs een viertal pijlers: 1. Werken aan cliëntperspectief, het vuur brandend houden. 2. Passende zorg en behandeling in elke levensfase. 3. Positioneren: per doelgroep één merknaam. 4. In de wijk, wijkgericht en rugdekking voor de wijk. Aanvullingen/aanscherpingen zijn echter nodig om goed aan te sluiten op hetgeen zich aftekent ten aanzien van de overheveling van verantwoordelijkheden naar gemeenten. Het proces wordt sterk beïnvloed door de eisen die de vele nieuwe opdrachtgevers gaan stellen en de financiële taakstellingen die op de Amarant Groep afkomen. Meer werken op toetsbare uitkomsten tegen lagere opbrengsten. In aanvulling op het Strategisch Kader is dan ook de notitie ‘Overzicht, inzicht, aanpassen en perspectief: Bouwstenen voor een nieuw evenwicht’ geformuleerd. In het Strategisch Kader is opgenomen dat de Amarant Groep zich in Noord-Brabant gaat profileren en positioneren met zorgarrangementen per doelgroep. Een zorgarrangement vormt een full service oplossing voor de zorgvraag van de cliënt in een bepaalde levensfase. Elk zorgarrangement start met een visie op het type zorg voor de betreffende levensfase. Een zorgarrangement doet uitspraken over inhoud, methodiek en organisatie van de zorg, alsmede beoogde resultaten. Voor 2013/2014 hebben de RVE’s van Amarant de opdracht om gezamenlijk geformuleerde zorgarrangementen vast te stellen. In deze opdracht is geïntegreerd de wijze waarop de invoering van zelfsturende teams binnen Amarant vorm krijgt. Aansluiting bij het Wmo-gedachtengoed waaronder het versterken van zelfredzaamheid, de inzet van het sociaal netwerk en de samenwerking met vrijwilligers, is hierbij van belang. Dit proces verloopt moeizamer dan gedacht. Het denken vanuit de bestaande ordening en procesgerichtheid levert de nodige te overwinnen denkobstructies op. Er zal met meer kracht worden gewerkt aan de transformatie via zorgarrangementen en de maatschappelijke meerwaarde hiervan ook effectief zichtbaar maken. De komende jaren zet de Amarant Groep in op de volgende innovaties:
21
in dienst van mensen met een beperking
-
Familiezorg voor mensen met een verstandelijke beperking. Doel is meer inzet en betrokkenheid van familieleden en vrijwilligers bij zorg met verblijf, dagbesteding en vrije tijd; Ontwikkelen en implementeren van een vereenvoudigd en actiegericht persoonlijk plan (VPP) en in het verlengde daarvan de digitale versie, het APP. Ambulante zorg thuis voor gezinnen met een (ernstig) verstandelijk beperkt kind. Doel is zorg op maat bieden zodat het kind thuis kan blijven wonen en het gezin niet overbelast raakt. Ambulantisering middels function assertive community treatment (FACT) voor de doelgroep mensen met een licht verstandelijk beperking. FACT is een wetenschappelijk beproefde methodiek die middels een team van deskundigen cliënten in de thuissituatie behandelt en begeleidt op meerdere levensgebieden. Het doel is om cliënten uit de klinische setting te houden en in staat te stellen hun leven zelfstandig, eventueel met lichtere vormen van begeleiding, te leiden. Arbeidsleercentra voor licht verstandelijk beperkte mensen en normaal begaafde mensen met autisme. Het einddoel is toeleiding naar werk of dagbesteding; Wijkzorg voor thuiswonende/zelfstandig wonende mensen met een verstandelijke beperking. Doel is begeleidingsaanbod via gemeenten (Wmo) inzetbaar houden; Zorg 2.0 / e-health voor licht verstandelijk beperkte mensen en normaal begaafde mensen met autisme. In 2013 is het project Quli gestart. De Amarant Groep werkt in dit project samen met het Dr. Leo Kannerhuis te Doorwerth, Pluryn, ARQ en ICT-bedrijf Ordina. Quli is een open gezondheidszorgplatform dat gebruikers zelfredzaam maakt, preventieve hulpmiddelen (apps/digitale coaches) biedt en hen in staat stelt om zelf de regie over hun zorg en welzijn te voeren. Doel is begeleiding op afstand waardoor maatschappelijk meedoen en zelfmanagement meer kans van slagen heeft. Hierdoor kunnen de begeleidingskosten dalen.
-
-
4.2 Kwaliteit van zorg Hoofddoelen kwaliteitsbeleid Amarant Groep Als het gaat om kwaliteit streeft de Amarant Groep naar: -
een zo hoog mogelijke kwaliteit en naar veilige en verantwoorde zorg- en dienstverlening die een bijdrage levert aan de kwaliteit van bestaan van haar cliënten; tevreden cliënten en vertegenwoordigers; tevreden medewerkers, vrijwilligers en mantelzorgers die hun werk op een veilige en aangename manier kunnen verrichten; een financieel gezonde organisatie.
-
Wat betreft specifieke vraagstukken worden verbindingen gelegd met de wetenschap (gezondsheidsrecht) en wordt samengewerkt met organisaties zoals Vilans en het Kenniscentrum LVG. Betrokkenheid cliëntenraad bij kwaliteitsbeleid De CCR van de Amarant Groep wordt structureel betrokken bij vraagstukken met betrekking tot kwaliteit van zorg- en dienstverlening. Naast bespreking van onderwerpen in de voltallige CCR vindt frequent overleg plaats met de speciaal daarvoor ingerichte commissie kwaliteit van de CCR. Twee voorbeelden van betrokkenheid van de CCR bij verbetertrajecten in 2013 zijn: -
de ontwikkeling van integrale zorg binnen onderdelen van de organisatie, welke leidt tot een meer optimale afstemming tussen dagbesteding en woonvoorzieningen; de wijze waarop cliëntengroepen binnen de Amarant Groep gebruik kunnen maken van cliëntenvertrouwenspersonen.
Managementrapportage In 2013 is een ontwikkelde (aangescherpte) uniforme set van managementrapportage in gebruik genomen. Het dashboard Kwaliteit van Zorg is opgebouwd uit een aantal kernindicatoren op het gebied van zorgplan, vrijheidsbeperkingen, calamiteiten, incidenten, klachten en klantervaringen. Ieder RVE heeft in 2013 ieder kwartaal een dergelijke rapportage inclusief analyse opgeleverd. Op organisatieniveau is halfjaarlijks een dergelijke rapportage opgeleverd. Kwaliteitsmanagementsysteem Om de gestelde doelen op het gebied van kwaliteit van zorg te bereiken is een structurele beheersing van de bedrijfsprocessen noodzakelijk, zowel van het primair proces als de ondersteunende processen. Daartoe werkt
22
in dienst van mensen met een beperking
de Amarant Groep met een kwaliteitsmanagement-systeem gebaseerd op de HKZ-normen. Vanuit de optiek van bovenstaande hoofddoelen heeft de Amarant Groep een kwaliteitssysteem ontwikkeld en geïmplementeerd waarmee de kwaliteit van het primaire proces en van de ondersteunende processen structureel en systematisch worden getoetst, beheerst en verbeterd. De Amarant Groep is gecertificeerd voor drie HKZ-normen te weten: -
-
HKZ-Gehandicaptenzorg: dit certificaat is geldig voor de gehele organisatie (multisite) en omvat alle vormen van dienstverlening die de Amarant Groep biedt voor VG: wonen, dagbesteding, behandeling, verpleging, ambulante dienstverlening (volledige scope). HKZ-Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ): in 2013 heeft het Dr. Leo Kannerhuis Brabant, als onderdeel van de Amarant Groep, dit certificaat behaald. HKZ-Jeugdzorg (JZ): Idris 18-, onderdeel van de Amarant Groep, beschikt voor de producten Observatiediagnostiek en Hulp aan Huis over dit certificaat.
Per 31-12-2013 is het voormalig NSWAC onder de naam Pauwer onderdeel van de Amarant Groep geworden. In 2014 worden de kwaliteitssystemen van de Amarant Groep en het voormalig NSWAC geïntegreerd, inclusief de methodiek van interne audits. In deze methodiek zal daarbij een accentverschuiving plaatsvinden van normerend naar waarderend auditen. Vanaf 2015 zal Pauwer meegaan in de periodieke externe certificeringsaudits van de Amarant Groep. Kwaliteitskader De Amarant Groep is deelnemer aan het nieuwe Kwaliteitskader in de gehandicaptenzorg. Het doel van dit vernieuwde kwaliteitskader is om te komen tot een zinvolle en bij de sector passende wijze van gegevensverzameling met betrekking tot de kwaliteit van zorg. Dit moet organisaties zicht geven op de kwaliteit van zorg en ondersteuning in de sector, op ervaringen van cliënten hiermee en het moet leer- en verbeterinformatie opleveren. Centrale uitgangspunten van het nieuwe kwaliteitskader zijn: -
het vertrekpunt vormt de individuele cliënt met zijn zorg- en ondersteuningsplan; verantwoorden in het verlengde van verbeteren; eenvoud.
Zorgorganisaties zijn zelf verantwoordelijk voor het aanleveren van de juiste gegevens. Uitgangspunt hierbij is het principe van high trust, high penalty: Er is veel vertrouwen in het juist aanleveren van gegevens door de zorgaanbieder, maar met stevige ingrepen bij slechte scores, het onjuist aanleveren van gegevens of het niet realiseren van afgesproken verbeteracties. Het kwaliteitskader kent 3 pijlers: -
pijler 1: kerngegevens kwaliteit op organisatieniveau; pijler 2A: kerngegevens kwaliteit op cliëntniveau; pijler 2B: cliëntervaringsgegevens; pijler 3: gegevens over de relatie tussen cliënt en professional.
Peiler 1: vragenlijst organisatieniveau Werd er in 2012 ten opzichte van het voorgaande jaar al een verbeterde score op 6 domeinen van peiler 1 gerealiseerd, in 2013 is de laatste oranje score ook verbeterd, waarmee de Amarant Groep nu op alle domeinen groen scoort. De laatste verbetering ligt op het domein van Zorgafspraken en Ondersteuningsplan. De gerealiseerde verbetering heeft betrekking op de jaarlijkse evaluatie van het zorgplan. In 2012 scoorde de Amarant Groep nog tussen de 75-95% als het gaat om het aantal zorgplannen dat aantoonbaar binnen een jaar was geëvalueerd. Uit de gegevens van peiler 2A over 2013 blijkt dat dit percentage nu 96,8 bedraagt. Peiler 2A: vragenlijst cliëntniveau In 2013 is voor alle cliënten met een ZZP-indicatie en met een extramurale indicatie Behandeling Groep een vragenlijst ingevuld. Op 9 van de 11 domeinen die in 2012 ook zijn uitgevraagd is een verbeterde score behaald. Op 2 domeinen is een lichte daling te zien. In onderstaande tabel zijn de scores van de Amarant Groep in 2012 en 2013 te zien. De scores betreffen de percentages van de maximaal te behalen score op het domein.
23
in dienst van mensen met een beperking
Domein
2012
2013
1. Zorgafspraken en ondersteuningsplan
94,6 %
99,0 %
2. Medicatie
81,1 %
92,6 %
3. Afzondering
84,6 %
90,6 %
4. Fixatie
84,7 %
82,5 %
5. Gedwongen medicatie
78,9 %
83,3 %
6. Dwangvoeding
66,7 %
100 %
7. Melden van valincidenten
89,7 %
90,7 %
8. Melden van agressie
95,1 %
96,1 %
9. Melden van verslavingsincidenten
66,2 %
62,5 %
10. Melden (vermoeden) seksueel misbruik slachtoffer
67,5 %
87,9 %
11. Melden (vermoeden) seksueel misbruik pleger
81,8 %
84,4 %
*
60,3 %
12. Risicotaxatie seksueel misbruik
Uit analyse van bovenstaande scores en van de onderliggende vragen per domein zijn de volgende verbetermogelijkheden vastgesteld voor 2014: -
-
-
hoewel een betere score dan in 2012 is behaald, is nog niet bij alle cliënten waarbij de cliënt en de begeleiding een gedeelde verantwoordelijkheid hebben in medicatiebeheer en -verstrekking deze verantwoordelijkheidsverdeling door middel van afspraken in het zorgplan vastgelegd; bij toegepaste afzonderingen en fixaties is in respectievelijk 6 % en 9 % van de gevallen de effectiviteit van de maatregel nog niet geëvalueerd en is in respectievelijk 10% en 23% van de situaties niet met de cliënt over alternatieven besproken; met de aanschaf van de module grensoverschrijdend gedrag in het digitaal meldingssysteem wordt een verbeterde meldingsdiscipline verwacht aangaande vermoeden seksueel misbruik.
* Domein 12 betreft een domein dat in 2013 voor het eerst is uitgevraagd. Uit analyse blijkt dat verkeerde interpretatie van de vragen van dit domein hebben geleid tot een onbetrouwbare score voor de Amarant Groep. Deze misinterpretatie en onbetrouwbare score is een landelijk fenomeen. Peiler 2B: cliëntervaringsonderzoek In 2014 zal een cliëntervaringsonderzoek worden uitgevoerd binnen de Amarant Groep. In 2013 is daartoe een analyse gemaakt op de geschiktheid van de beschikbare instrumenten in de waaier van peiler 2B van het Kwaliteitskader voor de diverse onderdelen/doelgroepen van de Amarant Groep. Na advies aan Raad van Bestuur zal in overleg met cliëntenraden besluitvorming over instrumentkeuze plaatsvinden, waarna uitvoering zal starten. Overige aandachtspunten In het verslagjaar kunnen wat betreft kwaliteit van zorg aandacht de volgende zaken/aandachtspunten genoemd worden. Zorgplanmethodiek In 2013 is de uitrol van de vernieuwde zorgplanmethodiek (VPP) naar alle RVE’s voltooid. Ook is het digitale zorgplan (APP) doorontwikkeld en is hiermee binnen 2 RVE’s een pilot gestart. Implementatie van het APP vindt in 2014 fasegewijs plaats. In 2013 is tevens een concept-modelondersteuningsplan in relatie tot de transitie Wmo ontwikkeld. Vrijheidsbeperkingen Het jaar 2013 heeft in het teken gestaan van verdere implementatie van de nieuwe beleidslijn (visie, procesbeschrijvingen inclusief een getrapt model van verantwoordelijkheidsverdeling en instrumentarium) rondom vrijheidsbeperkingen die anticipeert op de Wet Zorg en Dwang: gericht op preventie en terugdringen van vrijheidsbeperkingen. Zo is er is voor alle onderdelen van de Amarant Groep een verplichte scholingsdag georganiseerd voor alle managers en behandelaren en is een organisatiebreed Servicepunt Zorg en Dwang ingesteld dat naast een helpdeskfunctie ook een taak heeft in kennisdeling, instrumentariumontwikkeling, administratieve logistiek rond dit thema.
24
in dienst van mensen met een beperking
Familiezorg Binnen de Amarant Groep wordt groot belang gehecht aan versterking van de eigen regie van cliënten. Eén van projecten ter versterking van de eigen kracht is het project Familiezorg voor met name de wijkzorgcliënten. Familiezorg is een uitwerking van sociale netwerkstrategie. Het doel van Familiezorg is het samenwerken met familieleden en het sociale netwerk van de cliënt om de zorg te delen. Een verhoging van het participatieniveau van familieleden wordt bereikt door open communicatie tussen de verschillende partijen van de zorgtriade, namelijk cliënt, familie en begeleiders. Doelstelling is door een nauwere samenwerking met de cliënt en zijn netwerk alleen maar zorg te leveren die meer op maat is en noodzakelijk is. In gevallen, waar er nog geen sprake is van intensieve betrokkenheid van het netwerk van de cliënt zal de extra inzet in de samenwerking ertoe leiden dat familieleden zich meer betrokken voelen en op deze wijze de inzet van de zorgprofessional terug te dringen, waardoor lagere zorgkosten per cliënt zullen ontstaan. Mede in het licht van de overheveling naar de Wmo, waarbij aanzienlijk wordt bezuinigd is deze vermindering van zorgkosten van groot belang. Het project levert hierin een belangrijke bijdrage. Het project Familiezorg is in 2013 uitgerold binnen een gedeelte van de wijkzorgdistricten en in 2014 zal verdere uitrol plaatsvinden binnen de overige wijkzorgdistricten. Wraparound-benadering Binnen complexe gezinnen wordt de wraparound-benadering toegepast. In deze benadering staat de eigen kracht van het gezin centraal. De hulp is zoveel mogelijk om het gezin heen geformeerd, zodat gezinnen niet steeds worden doorverwezen. Doel is dat gezinnen weer greep krijgen op hun eigen leven (empowerment) en zelf de verantwoordelijkheid nemen voor het veranderingsproces. In de begeleiding wordt zo veel mogelijk gebruik gemaakt van het netwerk van het gezin. Zelfredzaamheidsmatrix Er wordt gewerkt met de zelfredzaamheidsmatrix, waarbij dienstverleners de redzaamheid van een cliënt objectief kunnen beoordelen. Op basis hiervan kan het groeipotentieel worden bepaald en kan worden bekeken op welke wijze een cliënt zoveel mogelijk regie over het eigen leven kan behouden. Ervaringsdeskundigen Tot slot zal de Amarant Groep in 2014 een tweetal cliënten opleiden als ervaringsdeskundige, in samenwerking met Fontys Hogescholen. Deze cliënten zullen in de loop van 2014 werkzaam zijn als ervaringsdeskundige binnen de Amarant Groep en overige cliënten ondersteunen bij vraagstukken. Transitie behandeling Het projectplan Transitie Behandeling is in 2013 verder uitgerold. Onder andere de invoering van een interne verwijsstructuur, systematische registratie van behandeling en definiëring van eindresultaten van behandeling zijn gerealiseerd. Zorgarrangementen In navolging van de ontwikkeling van zorgarrangementen AWBZ in 2012 zijn in 2013 de volgende zorgarrangementen in het kader van de stelselwijzigingen Wmo en Jeugdzorg voor Amarant Wijkzorg ontwikkeld: - ambulante ondersteuning; - wonen in de wijk; - kind en gezin; - werk en dagbesteding. In 2014 worden voor de arrangementen portfolio’s opgesteld met daarin een beschrijving van de aan de arrangementen gekoppelde interventies. Professioneel statuut Er is een professioneel statuut vastgesteld waarin de taak- en verantwoordelijkheidsdeling hoofdbehandelaar, medebehandelaar en consulent behandelaar is vastgelegd.
van
Onderzoek/wetenschap Voor het verbeteren van de kwaliteit van zorgprogramma’s en methodische werkwijzen is het wenselijk relaties met de wetenschap aan te gaan en vormen van ‘wetenschappelijke’ werkplaatsen te creëren, waar praktijk en wetenschap elkaar ontmoeten. Het creëren van een onderzoeksklimaat stimuleert en prikkelt om na te denken, te reflecteren op de eigen beroepspraktijk en het beroepsmatig handelen. Het geeft direct en indirect een impuls aan de kwaliteit van zorg. In de afgelopen periode zijn twee grootschalige onderzoektrajecten met de Erasmus Universiteit (specifiek voor ouderenzorg) en de Katholieke Universiteit Nijmegen (specifiek LVB met gedragsprobleem) afgerond: -
Depression and Anxiety in older adults with intellectual disabilities, Heidi Hermans, 2012;
25
in dienst van mensen met een beperking
-
Physical activity and fitness in older adult with intellectual disabilities, Thessa Hilgenkamp; 2012; Considered Care of Complex Clients, Wietske van Oorsouw, 2013.
Op de volgende thema’s zijn de volgende samenwerkingsverbanden/projecten zijn in 2013 gestart of gecontinueerd: - Academische werkplaatsen Jeugd en Ervaringsleren i.s.m. Tranzo, Universiteit van Tilburg; - Goud II i.s.m. Erasmus MC Rotterdam (lichttherapie en ganganalyse); - Werkplaats Kind, gezin en samenleving in samenwerking met Avans Hoge School (lectoraat); - (F)ACT en LVB in samenwerking met het Trimbos-instituut; - Onderzoek palliatieve zorg in samenwerking met de Erasmus Universiteit; - Onderzoek trauma en hechting bij jeugd in samenwerking met Bureau Jeugdzorg; - LVG FIT. Daarnaast werken vanaf 2013 alle voorzieningen met ernstig meervoudig beperkte (EMB) cliënten binnen Amarant volgens de methode van het Opvoedingsprogramma Vlaskamp. Scholing meldcode Kindermishandeling Afgelopen jaar zijn alle begeleiders, managers en behandelaren van Idris 18- geschoold op dit thema waarbij gebruik is gemaakt van een digitaal programma rondom de meldcode. Huiselijk geweld Een stappenplan is opgesteld omtrent hoe om te gaan bij huiselijk geweld van zelfstandig wonende cliënten met een lichte verstandelijke beperking. Scholing vindt in 2014 plaats.
4.2.1 Klachten De Amarant Groep hanteert een klachtenregeling die voldoet aan de eisen van de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector (WKCZ) en de Wet Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ). Binnen de Amarant Groep ligt de verantwoordelijkheid voor de behandeling van (latente) klachten of het bespreken van gevoelens van onvrede primair binnen de lijnorganisatie. Voor cliënten of vertegenwoordigers die het moeilijk vinden om hun klacht of onvrede bespreekbaar te maken functioneren er binnen de Amarant Groep enkele cliëntenvertrouwenspersonen. Deze bieden cliënten/vertegenwoordigers een laagdrempelige mogelijkheid om onvrede en klachten ten aanzien van de dienstverlening binnen de organisatie kenbaar te maken, en adviseren of ondersteunen indien gewenst bij het indienen van een formele klacht bij de klachtencommissie. De Amarant Groep is aangesloten bij een Regionale Klachtencommissie, waarbij nog acht regionale zorgaanbieders zijn aangesloten. De klachtencommissie is door de zorgaanbieders ingesteld en bestaat uit zeven leden (en hun plaatsvervangers). In een zitting van de klachtencommissie zit een ouder- c.q. cliëntvertegenwoordiger, een vertegenwoordiging uit het management, een gedragsdeskundige en een vertegenwoordiger uit de zorg. De voorzitter van de commissie is jurist. Hij is onafhankelijk, dat wil zeggen niet werkzaam bij of voor één van de aangesloten zorgaanbieders. Aan de behandeling van een klacht wordt niet deelgenomen door een persoon tegen wiens besluit of gedraging de klacht is gericht, of door een persoon die op een andere manier bij de klacht betrokken is. De klachtencommissie wordt terzijde gestaan door een ambtelijk secretaris en een juridisch adviseur. Met de klachtenprocedure beoogt de Amarant Groep dat op een zorgvuldige wijze aandacht wordt besteed aan klachten met als doel het zo mogelijk wegnemen van de oorzaak van de klacht en het voorkomen van (soortgelijke) klachten in de toekomst. De klachtenregeling is opgenomen in de algemene zorg- en dienstverleningsvoorwaarden van de zorg- en dienstverleningsovereenkomst. Alle nieuwe cliënten die in zorg komen ontvangen daarnaast door middel van een folder informatie over de klachtenprocedure. Nadat een klacht is ingediend wordt eerst bekeken of het een klacht is die valt onder de WKCZ of de BOPZ. Vervolgens wordt de klacht in behandeling genomen door de commissie, die, al naar gelang de inhoud van de klacht, fungeert als commissie BOPZ dan wel commissie WKCZ. Voorafgaand aan de zitting wordt de zorgaanbieder geïnformeerd over de klacht en wordt om een schriftelijke reactie gevraagd. Klager krijgt deze reactie toegestuurd. Ter zitting vindt onderzoek plaats en kunnen klager en beklaagde op elkaar reageren. Hoor en wederhoor wordt toegepast. De commissie doet een uitspraak over de klacht binnen de termijnen die de wet stelt. Bij een klacht ex WKCZ is deze uitspraak een advies, bij een klacht ex wet BOPZ is deze uitspraak bindend. De klachtencommissie kan naast de uitspraak tevens aanbevelingen aan de Raad van Bestuur van de betreffende zorginstelling doen. De
26
in dienst van mensen met een beperking
zorgaanbieder heeft vervolgens een maand de tijd om te reageren op de uitspraak. Klager, beklaagde en klachtencommissie worden door de zorgaanbieder hierover geïnformeerd. In 2013 zijn er bij de regionale klachtencommissie 18 klachten ingediend door cliënten van de Amarant Groep. Van de 18 klachten zijn er 6 niet in behandeling genomen doordat ze niet ontvankelijk werden verklaard of doordat de klacht alsnog door interne bemiddeling is opgelost. Van de 12 in behandeling genomen klachten zijn er 7 (gedeeltelijk) gegrond verklaard en zijn 3 klachten ongegrond verklaard. De overige 2 klachten zijn nog in behandeling. Ten aanzien van alle gegrond verklaarde klachten(onderdelen) zijn effectieve maatregelen genomen om de klachten weg te nemen.
4.3 Kwaliteit van arbeid Inleiding Er verandert veel voor de organisatie en dus ook voor de medewerkers van de Amarant Groep. We moeten werk en organisatie aanpassen om ons gereed te maken voor de toekomst. Er zal in verbinding met elkaar een nieuw evenwicht moeten worden gevonden tussen de inkomsten en uitgaven waarbij we kwalitatief de best ervaren menslievende zorg en dienstverlening voor de cliënten blijven nastreven (transitie). De ‘kosten’ van dit proces - zowel financieel als ten aanzien van inzet van medewerkers - zullen niet gering zijn. Medewerkers krijgen een andere rol (transformatie). We moeten anders werken, efficiënter, gericht op uitkomsten en innovatie waarbij het continu leveren van (maatschappelijke) toegevoegde waarde voor de cliënt centraal staat. Door terugval van middelen is er niet langer zekerheid op voldoende werk voor het aantal medewerkers dat momenteel in dienst is. Voor de Amarant Groep, die een lange periode van stabiliteit of vaak zelfs groei heeft doorgemaakt, betekent dit een grote omslag. De Amarant Groep wil een goede werkgever zijn, daarom hanteren we een werkgelegenheidsbeleid. Dit betekent dat alle inspanningen van de Amarant Groep erop gericht zijn om voor zoveel mogelijk medewerkers werkgelegenheid te behouden en gedwongen ontslagen te voorkomen. Een belangrijk onderdeel hiervan vormt het preventief mobiliteitsprogramma. Tevens staat bij de komende reorganisaties de begeleiding van individuele medewerkers van werk-naar-werk centraal. We willen medewerkers plaatsen in een functie die aansluit bij hun capaciteiten en kwaliteiten, dan wel medewerkers zoveel als mogelijk toerusten en in staat stellen een andere functie te verwerven. Deze functies kunnen binnen, maar zo nodig ook buiten de organisatie liggen. De uitvoering hiervan ligt bij het onlangs opgerichte mobiliteitsbureau. Bovenstaande leidt ertoe dat er noodzaak is ontstaan voor een nieuw Sociaal Plan, waarin ruimte bestaat voor gedwongen mobiliteit (zowel intern als extern) en waarvan de mogelijkheid tot beëindiging van het dienstverband deel uitmaakt. Op dit moment zijn we hierover in gesprek met de vakbonden. In een nieuw op te stellen sociaal plan beogen we samen met de werknemersorganisaties de voorwaarden neer te leggen om op een zorgvuldige en verantwoorde manier met de gevolgen van de transitie- en transformatievraagstukken om te gaan. Naast de HR-vraagstukken die voortvloeien uit de transitie- en transformatievraagstukken is ook aan het project Duurzame Inzetbaarheid een hoge prioriteit toegewezen. Beide onderwerpen worden nader toegelicht in dit hoofdstuk. Daarnaast komen diverse reguliere onderwerpen aan de orde. Transitie- en transformatie vraagstukken Reorganisatieplannen In aanvulling op het strategisch kader is in november 2013 de notitie ‘Overzicht, inzicht, aanpassen en perspectief: Bouwstenen voor een nieuw evenwicht’ geformuleerd. In deze nota worden bouwstenen benoemd die samen de basis vormen voor het toekomstgericht maken van de Amarant Groep. Voor de implementatie van deze bouwstenen is een aantal reorganisaties voorzien. Deze notitie is besproken met de medezeggenschapsorganen binnen de Amarant Groep. De bouwstenen hebben een inhoudelijke doelstelling: meer ruimte en eigen initiatief van de professional. Met veel meer ondersteuning door het management en een centrale plaats voor waardecreatie bij het ontwikkelen van krachtige teams. Op financieel terrein wordt in de nota ‘Naar Een Nieuw Evenwicht’ aan de hand van de
27
in dienst van mensen met een beperking
bouwstenen een nieuwe balans omschreven tussen inkomsten en uitgaven. Daarbij blijft kwalitatief de best ervaren en menslievende zorg voor cliënten het uitgangspunt. De RVE-managers en de Directeur Huisvesting & Bedrijfsdiensten hebben op basis van de bouwstenennotitie (reorganisatieplan) uit 2013 de opdracht gekregen van de Raad van Bestuur om een en ander nader te concretiseren en verder uit te werken. Het streven is om op 1 september 2014 te starten met de nieuwe RVE’s. Mobiliteitsbureau Een gezonde organisatie is tegenwoordig een flexibele en ondernemende organisatie. Flexibiliteit en ondernemingskracht is te bereiken door medewerkers actief en mobiel te houden, en door talent te laten groeien. Alleen met een wendbaar personeelsbestand kan de Amarant Groep effectief inspelen op de bezuinigingen en stelselwijzigingen. Dit vraagt van medewerkers dat zij in beweging komen en zich ontwikkelen. Daar helpen ook de leergangen die de Amarant Academie heeft ontwikkeld bij. Een antwoord op de krimp in werkgelegenheid is onder andere het stimuleren van mobiliteit binnen RVE’s, tussen RVE’s en ook buiten de grenzen van de Amarant Groep. Tevens zal de Amarant Groep in de toekomst voortdurend de maatschappelijk toegevoegde waarde van haar dienstverlening moeten aantonen met minder middelen. Dat vraagt om kritisch te kijken naar waar mensen het beste tot hun recht komen en kan leiden tot doorstroom van medewerkers. Ondanks de verwachte werkgelegenheidskrimp op korte termijn, wordt op basis van arbeidsmarktprognoses (Transvorm, 2013) nog steeds een krappe arbeidsmarkt verwacht in de zorg. De Amarant Groep wil haar goede medewerkers daarom graag behouden. Interne ontwikkel- en doorstroommogelijkheden zijn een krachtig instrument om medewerkers aan de organisatie te binden. Kortom, hoe meer de Amarant Groep investeert in loopbaanontwikkeling en mobiliteit, des te groter de overlevingskans in onzekere tijden. Om loopbaanontwikkeling en mobiliteit te faciliteren heeft de Amarant Groep een mobiliteitsbureau opgericht. Het doel van het mobiliteitsbureau is het faciliteren van (RVE-overstijgende) mobiliteit. Het gaat daarbij zowel om vrijwillige als gedwongen mobiliteit. In het geval van vrijwillige mobiliteit gaat het om preventieve mobiliteit (bijvoorbeeld dreigende boventalligheid of bedreiging van de duurzame inzetbaarheid) en medewerkers met een loopbaanvraag. In het geval van gedwongen mobiliteit gaat het om medewerkers die gedwongen herplaatst moeten worden. Dit zijn zowel reïntegratiekandidaten (medewerkers die om een medische reden herplaatst moeten worden) als herplaatsingskandidaten (medewerkers die vanwege een organisatorische reden herplaatst moeten worden). Scholing van medewerkers In 2013 is gestart met de leergang medewerker Wijkzorg. Deze leergang (SOEC-gecertificeerd) is ontwikkeld voor begeleiders en persoonlijk begeleiders die werkzaam zijn binnen de Wijkzorg. De leergang is modulair opgebouwd en bestaat uit theoretische en praktische onderdelen. Rode draad in de leergang is het belang van samenwerken in de wijk, burgerparticipatie en regie nemen. In februari 2014 start de Leergang Werk & Dagbesteding in de wijk (aanvraag certificering SOEC loopt). De Amarant Academie is begin 2014 ook gestart met een driedaagse training voor clustermanagers wijkzorg (ambulante zorg) en clustermanagers werk en dagbesteding. In de training staan de implicaties van de stelselwijziging op de functie van de clustermanager centraal. Het gaat hierbij om: -
samenwerken met externe partners; resultaatgericht werken en samenwerken met interne partners; teamgericht managen, coachen naar krachtige medewerkers en krachtige teams.
Na de training kent de clustermanager zijn/haar persoonlijke en professionele uitdagingen op genoemde onderwerpen. Ook voor leidinggevenden van ondersteunende diensten wil de Amarant Academie een op maat gemaakte variant ontwikkelen. Duurzame inzetbaarheid Ondanks de bezuinigingen en de noodzakelijke maatregelen daartoe, wil de Amarant Groep óók een aantrekkelijk werkgever zijn en blijven. Duurzame inzetbaarheid van de medewerker staat daarom hoog op de agenda. We willen werken met competente en bovenal bevlogen medewerkers die iets willen bereiken met de cliënt. Medewerkers die in alle levensfasen lekker in hun vel zitten en uit zichzelf graag in beweging zijn en blijven, vormen een toegevoegde waarde voor zichzelf en de organisatie.
28
in dienst van mensen met een beperking
In 2013 heeft een aantal pilots plaatsgevonden in de RVE’s, begeleid door bureau 365 (inmiddels ArboNed). Eind 2013 is besloten om de verdere implementatie weer zelfstandig op te pakken en de opgedane kennis in de organisatie te borgen. Er is een visiedocument opgesteld over Duurzame inzetbaarheid (mei 2013). In deze visie wordt Duurzame inzetbaarheid geformuleerd als ‘het vermogen van de medewerker om nu en in de toekomst toegevoegde waarde te leveren voor de organisatie, en daarbij zelf ook meerwaarde te behalen. Er worden drie elementen van duurzame inzetbaarheid onderscheden: - willen werken; - kunnen werken; - de juiste werkomgeving (= in staat gesteld worden om te werken).
Figuur: de basisingrediënten van duurzame inzetbaarheid Duurzame inzetbaarheid wordt in de praktijk ingevuld door een samenspel tussen leidinggevende en medewerker, waar nodig en wenselijk aangevuld vanuit de ondersteunende diensten (met name door de BGZ en de P&O consulenten): - er is een verzuimprotocol; - de afdeling BGZ biedt een aanbod aan producten/diensten voor managers en medewerkers; - aanpak langdurig verzuim: binnen de BGZ is een intensieve samenwerking met verschillende betrokkenen bij langdurige verzuimdossiers opgezet. In het afgelopen jaar zijn stappen gezet om het onderwerp Duurzame Inzetbaarheid te positioneren binnen de organisatie. Rondom het verzuimbeleid en de werkwijze bij verzuim in de praktijk is de basis op orde gebracht. Hoewel op de inhoud flinke stappen gezet zijn om invulling te geven aan wat Duurzame Inzetbaarheid betekent voor de Amarant Groep, is het nu tijd om écht de slag te gaan maken van Verzuim naar Duurzame Inzetbaarheid. De eerder opgestelde visie op Duurzame Inzetbaarheid wordt in 2014 nader geconcretiseerd naar een beleidskader Duurzame Inzetbaarheid. Daarin wordt helder geschetst wat de visie is (wat willen we bereiken?) en wat dit betekent voor de rollen van de medewerker, leidinggevende, BGZ en de afdeling P&O (wie doet wat wanneer). In dit beleid krijgt ook levensfasebewust personeelsbeleid een heldere plek. Onderdeel van dit beleid is dat Duurzame Inzetbaarheid - gezien de vele raakvlakken met andere onderwerpen -een vaste paragraaf wordt in (gezondheids-, opleidings-, HRM-, kwaliteitszorg-)beleidsstukken. Zodat bij de uitwerking van nieuwe regelingen in het vervolg altijd wordt nagedacht in hoeverre de regelingen in lijn zijn met de ambities rondom Duurzame Inzetbaarheid. Leidinggevenden geven, ondersteund door de afdelingen BGZ & P&O, in de dagelijkse praktijk vorm aan Duurzame Inzetbaarheid. In gezamenlijkheid worden, onder meer als gevolg van de pilots, gerichte activiteiten ontplooid voor medewerkers en/of teams om de duurzame inzetbaarheid te vergroten. Denk bijvoorbeeld aan themabijeenkomsten rondom onderwerpen die in verschillende teams/RVE’s een rol spelen, voor zowel leidinggevenden als medewerkers. Door al deze activiteiten krijgt het gedachtegoed van Duurzame Inzetbaarheid meer en meer vorm. Om Duurzame Inzetbaarheid breder tot leven te laten komen in de organisatie wordt in 2014 een communicatieplan opgesteld en uitgevoerd. Bijvoorbeeld betere informatieverstrekking op de intranetsite, artikelen in de Spotlight en een toolkit waar managers en medewerkers online kunnen ‘zoeken’ in het aanbod van BGZ. Het verzuimprotocol (de vertaling van dit beleidskader naar juridische afspraken) dateert uit 2007 en is nog gebaseerd op de gedachte ‘verzuimreductie’. Dit document zal herschreven worden vanuit het gedachtegoed van duurzame inzetbaarheid. In het kader van levensfasebewust personeelsbeleid worden activiteiten voor specifieke activiteiten opgezet (denk aan Verzilver je Goud). De komende tijd wordt een slag gemaakt om deze activiteiten over te dragen naar het reguliere aanbod van de Amarant Academie.
29
in dienst van mensen met een beperking
Het grootste deel van de inzet die op dit moment plaats vindt rondom het thema Duurzame inzetbaarheid, focust op ‘inzetbaarheid’. Dat is, voorkomen van verzuim en uitval als gevolg van klachten. Als je op de lange termijn wil zorgen dat medewerkers energiek en toegewijd aan het werk zijn, zijn er nog aanvullende activiteiten nodig. Hier gaat het om zaken als: - leidinggevenden die in de dagelijkse praktijk zo kunnen aansturen dat medewerkers energie en toegewijd zijn; - een organisatie die zo is ingericht en functioneert dat de medewerker ook daadwerkelijk in staat is om energiek en toegewijd te werken. De uitwerking en uitvoering van de notitie Bouwstenen (zie hoofdstuk 4.3 Inleiding) heeft op allerlei fronten impact op bovenstaande en daarmee op Duurzame Inzetbaarheid. Deze ontwikkelingen bieden zowel kansen als (tijdelijke) bedreigingen voor de duurzame inzetbaarheid van de medewerker. Daarom wordt in de uitwerking van de notitie Bouwstenen een link gelegd naar het project Duurzame Inzetbaarheid en wordt er geen volledig losstaand project gestart rondom Duurzame Inzetbaarheid. De verdere implementatie van het project Duurzame Inzetbaarheid wordt gekoppeld aan onderwerpen uit het Bouwstenen-traject zoals het ontwikkelen van krachtige teams. Daarnaast worden medewerkers en management met hun opdracht verbonden aan (de ondersteuning van) zorgarrangementen. De ‘waarde’ die de medewerker toevoegt komt meer en meer centraal te staan. Dit gaat alleen slagen wanneer de medewerker ook daadwerkelijk in staat is om toegevoegde waarde te kunnen leveren. Hij moet over de juiste competenties bezitten om het werk te kunnen uitvoeren (= kunnen werken).
Overige HR-onderwerpen Medewerkeronderzoek Van 21 augustus tot en met 13 september 2013 heeft het medewerkeronderzoek plaatsgevonden. De vragenlijst van Effectory is door 47% van de medewerkers ingevuld. De algemene tevredenheid over het werken bij de Amarant Groep is door medewerkers gemiddeld gewaardeerd met een 7.3. De tevredenheid is ten opzichte van het vorige medewerkeronderzoek (2010) met 0,3 gestegen. De overige resultaten worden beknopt in onderstaande grafiek weergegeven:
Op bijna alle onderwerpen is hoger gescoord dan de vorige keer. Uit het onderzoek is gebleken dat de Amarant Groep erg bevlogen en betrokken medewerkers heeft. Ten opzichte van de vorige meting is dit cijfer aanzienlijk gestegen. Het geeft aan dat medewerkers zich verbonden voelen met de organisatie en zich gemotiveerd inzetten om het beste uit zichzelf en het werk te halen.
30
in dienst van mensen met een beperking
Ook zijn medewerkers positief over de service- en klantgerichtheid richting cliënten en collega’s en de mogelijkheid om zelf initiatief te nemen. Uit het onderzoek is echter ook gebleken dat zo’n 30% van de medewerkers de werkdruk als te hoog ervaart. Een belangrijk aandachtspunt is tevens dat medewerkers van mening zijn dat de zelfstandigheid en effectiviteit van het eigen team nog verbeterd kan worden. Deze behoefte sluit goed aan bij de huidige visie en ontwikkeling naar krachtige teams. Het medewerkeronderzoek heeft ontzettend veel informatie opgeleverd over hoe medewerkers het werken bij de Amarant Groep ervaren. Per RVE zijn medewerkers uitgebreid geïnformeerd over de resultaten per cluster of afdeling. In de jaarplannen van 2014 zijn trots- en verbeterpunten per cluster of afdeling benoemd. Managementinformatie In 2012 is het huidige proces van managementinformatie verbeterd en de rol van consulenten (personeel en kwaliteit) vergroot. In 2013 is er inmiddels een nieuwe managementrapportage geïmplementeerd. Procesverbeteringen HR en voorbereiding digitalisering HR In 2013 zijn bijna alle HR-processen omtrent in-, door- en uitstroom van personeel geharmoniseerd, geoptimaliseerd en beschreven volgens de Sensus-methode. Hiermee is de basis gelegd om procesmatig te komen tot een snelle distributie van juiste, volledige en eenduidige personele brongegevens. De veranderende context van stelselwijzigingen en bezuinigingen waarin de Amarant Groep opereert, stelt andere eisen aan de organisatie, het management, de teams, de werkwijzen en de manier waarop we verantwoording afleggen. Dit betekent dat tevens van ondersteunende afdelingen een verandering van werkwijze en attitude wordt gevraagd: - een efficiënte (‘lean’) manier van werken met zo min mogelijk bureaucratie; - met het perspectief van de (interne) klant centraal. De Amarant Groep heeft het huidige personeelsinformatiesysteem Beaufort vooral ingericht vanuit de P&O professional: als expertsysteem. Door de hierboven geschetste context waarbinnen de ondersteunende afdelingen efficiënt(er) en klantgericht(er) moeten gaan werken en door de steeds verdergaande automatisering, is het noodzakelijk het personeelsinformatiesysteem opnieuw in te richten en bruikbaar te maken voor meerdere ondersteunende afdelingen. Daarnaast wil de Amarant Groep haar personeelsgegevens en -processen digitaliseren. In eerste instantie doen we dit voor de interne klant: de leidinggevende en de medewerker. Door digitalisering kan de klant bijvoorbeeld gemakkelijk actuele gegevens inzien en zelf wijzigen. In tweede instantie levert dit aanzienlijke voordelen voor de organisatie op: tijdwinst, kostenbesparing en kwaliteitsverbetering. Een belangrijke voorwaarde voor het digitaliseren van personeelsgegevens en -processen is dat deze gegevens en processen correct, actueel en toekomstbestendig zijn. Het opnieuw inrichten van het personeelsinformatiesysteem gebeurt integraal in het overkoepelende project Amarant Medewerker Informatie Systeem (AMIS). De doelstelling van het overkoepelende project AMIS is: - het geschikt maken van medewerkergegevens voor de gehele organisatie; - zodat benodigde informatie eenduidig, zonder voorbewerking en volledig geautomatiseerd tussen relevante organisatieonderdelen uitgewisseld kan worden; en - de Amarant Groep met ingang van 1 januari 2015 de beschikking heeft en blijft houden over volledige, correcte en actuele medewerkersgegevens. Overige activiteiten Amarant Academie Zie ook ‘scholing van medewerkers’ eerder in dit hoofdstuk. - in het kader van palliatieve zorg is de Amarant Academie gevraagd door het Integraal Kankerinstituut Nederland samen een ‘train-de-trainer’ programma en ‘e-learning’- product te ontwikkelen; - de Amarant Academie participeert in de zogenaamde Zorg Academie Midden-Brabant; - de Amarant Academie is mede initiator van de vrijwilligersacademie Midden-Brabant en gaat medio 2014 eenzelfde vrijwilligersacademie ondersteunen in Breda; - in 2013 hebben meer dan 3.800 unieke medewerkers zich aangemeld voor één of meerdere dagen bijen nascholing, maatwerk en of Leergangen; - Amarant Academie leverde in 2013 ook diensten aan collega- instellingen, zoals onder andere Kompaan de Bocht, Diamant Groep, Daelzicht, Gemini, Zorgbureau Sence, SDW en Pluryn; - Amarant Academie heeft in 2013 een starterskit e-learning aangeschaft waarmee per 2014 e-learning zelf ontwikkeld en ontsloten kan worden via het Academieportaal.
31
in dienst van mensen met een beperking
Vrijwilligers Nadat in 2012 het vrijwilligersbeleid is vernieuwd in voorbereiding op de transities van de AWBZ, Wmo en jeugdzorg is in 2013 het vernieuwde beleid geïmplementeerd in de diverse RVE's. Tevens is promotiemateriaal ontwikkeld en is onderzocht in hoeverre gezamenlijk met andere instellingen het aanbod van opleidingen aan vrijwilligers kan worden gerealiseerd via de vrijwilligersacademie. In 2013 waren er 1.324 vrijwilligers verbonden aan de Amarant Groep ten opzichte van 1.195 in 2012. Voor 2014 staat met name de verdere implementatie en de inrichting van het vrijwilligerswerk op de agenda. Vertrouwenspersonen Op basis van de beleidsregeling ‘Beleid seksuele intimidatie, agressie en geweld‘ kunnen medewerkers een beroep doen op vertrouwenspersonen. Zij zijn aangesteld door de Raad van Bestuur. De Amarant Groep kent twee interne vertrouwenspersonen en één externe vertrouwenspersoon. Zij werken niet districtsgebonden. De medewerker is vrij in zijn keuze wie van de drie vertrouwenspersonen hij of zij wil benaderen. De namen en telefoonnummers van de vertrouwenspersonen zijn te vinden op het Intranet van de Amarant Groep. Overzicht contacten 2013 De vertrouwenspersonen registreren hun contacten geanonimiseerd. Overzicht contacten 2013 (*de cijfers van 2012 staan tussenhaakjes vermeld) Aantal werkveld contacten
69(74)*)
Man/ vrouw
Directe zorg
Overig
54(67)
15(7)
Positie tussen betrokkene
man
vrouw
Medewerker versus medewerker
15(6) 54 (68)
1 (4)
Medewerker versus leidinggevende
68 (70)
Aard van het probleem Seksuele intimidatie 0(0)
Agressie geweld 3(3)
en Pesten
Communicatie en bejegening
8(5)
47 (34)
Arbeidsverhouding en samenwerking 43 (62)
Overig
6(10)
De aard van het probleem was in meerdere casussen samengesteld van aard. Hoewel het aantal medewerkers van de Amarant Groep door de fusie met het OCB is gestegen met enkele honderden medewerkers, daalde in 2013 het aantal contacten met de vertrouwenspersonen. Uit de registratie blijkt dat ‘communicatie en bejegening’ en ‘arbeidsverhouding en samenwerking’ de belangrijkste redenen voor medewerkers zijn geweest om contact te zoeken met een vertrouwenspersoon. Op deze onderdelen constateren de vertrouwenspersonen dat zij toegevoegde waarde hebben voor de medewerkers en de organisatie omdat door hun ondersteuning de communicatie en samenwerking genormaliseerd worden of naar oplossingen wordt toegewerkt. De inhoud van de contacten met medewerkers bestond uit: - eenmalig gesprek; - een ondersteuningstraject met een ordenend, adviserend en emotioneel ondersteund karakter; - doorverwijzing naar derden: bedrijfsarts, eigen leidinggevende, districtsmanager personeelsfunctionaris, huisarts, juridisch adviseur of anders; In die situaties waar daar aanleiding voor is, attenderen de vertrouwenspersonen de medewerker op de mogelijkheid om een klacht in te dienen bij de klachtencommissie. Door een van de vertrouwenspersonen werd gewenste scholing gevolgd. In het overleg met de bestuurssecretaris werd input geleverd voor de regeling vertrouwenspersonen. De praktijk laat zien dat medewerkers een beroep doen op de vertrouwenspersonen bij verstoringen in de
32
in dienst van mensen met een beperking
arbeidsverhoudingen. In de regeling die door de Raad van Bestuur is vastgesteld, is nu opgenomen dat de vertrouwenspersoon optreedt als aanspreekpunt voor medewerkers die een melding of klacht hebben over ongewenst gedrag of te maken hebben met verstoringen in de arbeidsverhoudingen. Mede naar aanleiding van deze beleidsregel werd middels een artikel in de Spotlight van december de rol en taak van vertrouwenspersonen onder de aandacht van alle medewerkers gebracht. Reïntegratie In 2013 is het aantal aanmeldingen bij de reïntegratiemedewerkers iets afgenomen. De intensiteit en de duur van de trajecten zijn toegenomen, de re-integratiemedewerkers worden eerder in het ziekteproces betrokken. De eisen waaraan een re-integratietraject moet voldoen zijn nog strikter geworden vandaar dat de reintegratiemedewerker mee kijkt vanaf 42 weken in een langdurig verzuimtraject. Elke persoon waarvan aan het eind van het eerste ziektejaar niet duidelijk is of de terugkeer naar het eigen werk en de eigen werkplek binnen de twee jaar gaat lukken, zal een intensief traject in spoor 1 en 2 moeten krijgen. Indien dit niet op tijd gebeurt, neemt het UWV de WIA- aanvraag niet in behandeling en krijgt de werkgever een loonsanctie. Ook de complexiteit van de reïntegratietrajecten neemt toe en de inspanningen na een WIA-toets zijn toegenomen. Er is meer afstemming nodig tussen alle betrokken partijen, zoals bedrijfsarts, gezondheidscoördinator, HRM, leidinggevende, UWV, wachtlijstbemiddeling, revalidatiecentra en advocaten. De reïntegratiemedewerkers zijn binnen dit proces de spil en geven. Ook zien we een toename in het preventief advies geven in kortdurende verzuimtrajecten. In 2013 hebben 126 (zieke) medewerkers een traject doorlopen bij één van de reïntegratiemedewerksters. De intensiteit van het traject varieert sterk. WIA/ERD Het eigen risicodragerschap betekent, dat medewerkers die een WGA-uitkering krijgen, gedurende tien jaar door de Amarant Groep worden gevolgd. De verzekeraars waar de Amarant Groep mee te maken heeft, hebben de tussenpersoon (Robidus) ingeschakeld om de Amarant Groep hierin te ondersteunen. Met regelmaat (één keer per kwartaal) vindt overleg plaats met Robidus om de (ex-)medewerkers op deze lijst te bespreken. Onderwerpen in dit gesprek zijn minimaal: de mogelijkheden tot herbeoordelingen en interventies, sanctiemaatregelen als een (ex)medewerker meermalen niet heeft gereageerd op een actie vanuit Robidus. Ook dit jaar is een tiental medewerkers in de WGA ingestroomd. Arbo-beleid Binnen het grootste gedeelte van de voorzieningen binnen de Amarant Groep zijn Arbo-contactpersonen aangesteld. Deze contactpersonen worden gezien als de spil binnen de teams als het gaat om arbeidsomstandigheden. Binnen de meeste RVE’s is een Arbo-werkgroep geformeerd. Doelstelling van deze Arbo-werkgroepen is, een vertaalslag van protocollen en beleid naar voorzieningen niveau te maken, voortgangsbewaking van de uitwerking RI&E. Hiernaast worden de Arbo-contactpersonen (door middel van themabijeenkomsten) tweemaal per jaar voorzien van informatie, door de Arbo-coördinatoren. Door maatschappelijke veranderingen, vraagstukken en eisen, zal de Amarant Groep gaan veranderen. Dat betekent ook dat het arbozorgsysteem zal veranderen. Het is belangrijk om de totale organisatie, implementatie en uitvoering van het arbobeleid bij de organisatie te laten aansluiten. Het komende jaar zal in dat licht bekeken worden hoe het arbobeleid het beste kan aansluiten bij de organisatie om de kwaliteit van het Arbo-bewustzijn en goede arbeidsomstandigheden net zo hoog te laten zijn als in 2013. De fusie met NSWAC zal het komende jaar tijd en ruimte vragen om deze organisatie te laten aansluiten bij het Arbozorgsysteem van de Amarant Groep. Risico Inventarisatie en evaluatie (RI&E) Voor de RI&E wordt gebruik gemaakt van de Zorg-RI&E. Met behulp van dit instrument wordt specifieker (maatwerk) uitvoer gegeven aan de RI&E. Diverse ontwikkelingen (doelgroepenbeleid, Wmo, etc.) binnen de verschillende RVE’s vragen om op maat gemaakte vragen, die gesteld worden tijdens een RI&E-afname. De vragenlijst wordt nu specifiek (op maat gemaakt) per RVE opgesteld aan de hand van de belangrijkste arbeidsrisico’s die binnen desbetreffende RVE of ondersteunende afdeling bekend zijn. Hierdoor krijgt de Amarant Groep meer gelegenheid om dieper in te gaan op de risico’s, waar medewerkers aan worden blootgesteld tijdens het werk. Ook het RI&E proces zal moeten gaan aansluiten bij de veranderende organisatie.
33
in dienst van mensen met een beperking
Bedrijfsongevallen In juni 2013 is een module Arbo in het meldingsysteem Re-Act geïmplementeerd. Daarmee kunnen bedrijfsongevallen digitaal gemeld worden. Er is een duidelijke toename van meldingen die als bedrijfsongevallen kunnen worden aangemerkt. Het digitaal melden is duidelijk een goed instrument om een beter beeld te krijgen en een hoger bewustzijn onder de medewerkers. Gedurende het lopende jaar is het mogelijk om op basis van meldingen aan te geven wat belangrijke arbeidsrisico’s zijn en daar verbeteracties op uit te zetten. In 2013 zijn twee bedrijfsongevallen gemeld aan de Arbeidsinspectie. Beide meldingen zijn afgehandeld en hebben niet geleid tot een eis of waarschuwing. Nazorgteam In 2013 is het nazorgteam van de Amarant Groep naar aanleiding van 53 incidenten ingezet, ongeveer hetzelfde als in 2012. Gemiddeld waren er een tot twee gesprekken nodig om de medewerker te begeleiden bij het verwerken van de traumatische of schokkende ervaring. Vier casussen zijn via de bedrijfsarts doorverwezen naar verdere hulpverlening. Het merendeel 66% van de casussen betrof (persoonlijk) begeleiders die met fysieke agressie (68%) te maken hadden gehad dit is een toename van 25%. Door RVE 5, 11 en 1 is het meest een beroep op nazorg gedaan. Voor 2014 staat rouw en verlies verwerking op de agenda van het nazorgteam ondersteund door de afdeling BGZ en de Amarant Academie.
4.4 Financieel beleid Algemeen De voorliggende jaarrekening 2013 van de totale Amarant Groep vertoont een gezamenlijk positief resultaat van € 1,0 miljoen (0,4 % van de omzet). Dit is opgebouwd uit € 1,1 miljoen (Amarant Groep) en € -/- 0,1 miljoen (voormalig NSWAC). In 2012 bedroeg het exploitatieresultaat van de Amarant Groep en oud-NSWAC gezamenlijk € 4,2 miljoen positief (1,6 % van de omzet). Belangrijkste verklaring voor de daling in het resultaat betreft het treffen van een reorganisatievoorziening van € 11,0 miljoen. Zonder deze mutatie zou het resultaat hoger zijn uitgevallen dan in 2012. Reorganisatievoorziening De financiële impact van de overheidsmaatregelen tot en met 2017 is berekend en zal een forse impact op de bedrijfsvoering van de Amarant Groep hebben. Krimp van de personele formatie is hierbij onvermijdelijk. De Amarant Groep heeft haar personeel (middels een nieuwsbrief, een spotlight special en informatiebijeenkomsten) voorgelicht over de uitdagingen waar de organisatie de komende jaren voor staat en de strategische planvorming hieromtrent. Het vastgestelde ‘spoorboekje’ inzake de reorganisatie is ter advisering voorgelegd bij de Ondernemingsraad. Inmiddels is mede met het oog op de (nabije) toekomst dit sociaal plan per 1 juni 2014 opgezegd en is het traject opgestart om met de vakbonden te komen tot een nieuw, evenwichtig sociaal plan dat enerzijds invulling geeft aan goed werkgeverschap en anderzijds past binnen de dynamiek en veranderende context van de komende jaren. Het bestuur van de Amarant Groep heeft op basis van deze ontwikkelingen besloten om een voorziening op te nemen in de jaarrekening 2013. Dit is in lijn met de verplichting die voort vloeit uit de van toepassing zijnde verslaggevingsvereisten (RJ 252.413). Deze voorziening bestaat naast de kosten van afvloeiing van personeel tevens uit extra kosten inzake het mobiliteitsbureau/omscholingsbudget en extra inzet vanuit HRM. In de onderstaande subparagrafen wordt met Amarant Groep de organisatie inclusief NSWAC bedoeld. Resultaat RVE’s Het gepresenteerde resultaat over 2013 wordt naast een aantal incidentele oorzaken met name veroorzaakt door een goede sturing binnen de resultaatverantwoordelijke eenheden. Er is in 2013 door de RVE’s een positief resultaat gerealiseerd van € 2,0 miljoen. Over het jaar 2013 valt slechts binnen een drietal RVE’s een negatief resultaat waar te nemen. Voor deze negatieve resultaten zijn duidelijke oorzaken te benoemen. Het jaarresultaat van RVE 10 (Dr. Leo Kannerhuis Brabant) komt uit op € 140.000,- negatief. Dit is inclusief de aanloopkosten (€ 90.000,-) van een gezamenlijk project met het Tilburgse bedrijf Cardan. Met behulp van het bedrijf Cardan wordt gezocht naar een arbeidsmarkt en mogelijke opleidingen voor cliënten die vallen in de doelgroep autisme en licht verstandelijk beperkten. Daarnaast is een oorzaak van het negatieve resultaat het feit dat ten opzichte van de gemaakte productieafspraken een overproductie is gerealiseerd.
34
in dienst van mensen met een beperking
Idris 18+ (RVE 5) en Idris 18- (RVE 11) laten een exploitatieresultaat van € 70.000,- negatief respectievelijk € 20.000,- negatief zien. In het begin van het jaar was de verwachting dat het resultaat van deze RVE’s mede als gevolg van het hoge ziekteverzuim, de lage productiviteit binnen de poli’s en de lagere bedbezetting (Idris 18-) lager zou uitvallen. Door een sterke verbetering van de productie binnen FACT en AST is het resultaat de laatste maanden aanzienlijk verbeterd. Ook het positieve resultaat van de Amarant Academie (onderdeel van Idris 18-) en een eenmalige innovatiesubsidie jeugdzorg ad € 77.000,- hebben het resultaat aanzienlijk doen verbeteren. Omzet (in mln €) Opbrengsten Omzet waarvan wettelijk budget
2013 € 271,50 € 256,00
2012 € 266,60 € 251,80
Verschil € 4,90 € 4,20
% 1,8 % 1,7 %
De omzet van de Amarant Groep is gestegen met 1,8 %. De groei is verminderd t.o.v. vorig jaar, omdat de zorgkantoren niet of nauwelijks nog groei financieren. Per saldo is in 2013 een zeer beperkte overproductie gerealiseerd ten opzichte van de gemaakte afspraken. In 2013 is het project Spijkerstraat 5 op het Daniël de Brouwerpark van start gegaan (€ 0,4 miljoen). Daarnaast is het de locatie Enschotsestraat te Tilburg (scheiden wonen en zorg voor cliënten normaal begaafd met autisme) geopend. In 2014 zullen projecten op het gebied van scheiden wonen en zorg te Putte en Zundert van start gaan en zal de vervangende nieuwbouw op de locatie de Leijakker worden opgeleverd. Onderdeel van het budget betreft de vergoeding voor de meerkosten van de CAO Gehandicaptenzorg (OVA 2013 2,64 %) en indexering van de materiële kosten (2,88 %). Daarnaast is in 2013 het budget toegenomen door verblijfsprojecten die in de loop van 2012 zijn gestart dat deze projecten in 2013 het gehele jaar geopend zijn (dit effect bedraagt € 3,3 miljoen meer budget). In 2013 is er door de landelijke overheid fors bezuinigd op het budget vervoerkosten. De normtarieven zijn fors neerwaarts bijgesteld en de nacalculatie van 75 % van de meerkosten (ten opzichte van de norm) is afgeschaft (€ -/- 2,1 miljoen). Daarnaast zijn de kwaliteitsimpulsmiddelen in 2013 voor de sector gehandicaptenzorg komen te vervallen. Hierdoor is het budget met € 5,1 miljoen gedaald ten opzichte van 2012. Naast deze landelijke maatregelen hebben de zorgkantoren aanvullend er voor gekozen de afspraken voor kindtoeslagen binnen woonvoorzieningen fors te verlagen (-/- € 1,0 miljoen). Binnen de overige opbrengsten valt een stijging waar te nemen. Deze stijging wordt veroorzaakt door het toekennen van een overheidssubsidie inzake de ontwikkeling van doelgroepspecifieke leergangen binnen de Amarant Academie. Deze leergangen zijn recentelijk landelijk erkend. Daarnaast is sprake van een geringe stijging van PGB-opbrengsten. Personeelskosten (in mln €) Personeelskosten FTE's Personeelskosten
2013 3.655 € 193,10
2012 3.575 € 175,90
Verschil 80 € 17,20
% 2,2 % 9,8 %
De personeelskosten zijn in 2013 € 17,20 miljoen hoger dan in 2012 (9,8 %). De belangrijkste verklaring betreft de dotatie aan de reorganisatievoorziening van € 11 miljoen. Daarnaast is het gemiddeld aantal FTE’s van de Amarant Groep in 2013 met 80 FTE gestegen van 3.575 FTE naar 3.655 FTE. Daarnaast zijn de gemiddelde brutoloonkosten per medewerker toegenomen door de meerkosten van de CAO Gehandicaptenzorg in 2013. In 2013 is per 1 juli 2013 een salarisverhoging toegekend aan het personeel van 2,0 %, voorts is de eindejaarsuitkering verhoogd met 0,25 % tot 6,75 %. Door deze mutaties op basis van de CAO valt tevens een stijging waar te nemen in de sociale lasten en pensioenpremies. Naast een stijging in de vaste personeelsformatie valt een daling van € 1,7 miljoen waar te nemen voor de kosten van personeel niet in loondienst. De extra ondersteuning bij verbetering van de automatiseringsgraad van de Amarant Groep is in 2013 afgebouwd, omdat diverse projecten grotendeels afgerond zijn. Dit betreft onder andere de implementatie van het geautomatiseerde persoonlijk plan (APP), digitalisering van de facturenstroom en samenvoeging van applicaties ten gevolge van de fusie tussen Amarant en het OCB. Daarnaast is de inzet van ingehuurd zorgpersoneel (met name voor de zwaardere doelgroepen) in 2013 teruggebracht. In plaats hiervan is een interne flexpool gerealiseerd.
35
in dienst van mensen met een beperking
Afschrijvingskosten (in mln €) Afschrijvingskosten Afschrijvingskosten
2013 € 14,70
2012 € 21,80
Verschil -/-€ 7,10
% -/-32,6 %
De afschrijvingskosten zijn in 2013 € 7,1 miljoen lager dan in 2012. In het jaar 2012 is een impairmenttoets uitgevoerd waardoor in 2012 extra afschrijvingen ad € 6,4 miljoen zijn meegenomen voor het toekomstbestendig maken van de vastgoed-portefeuille. Door deze eenmalige afwaardering zijn voor 2013 en de volgende jaren de afschrijvingskosten structureel lager. Daarnaast is door de beperking van de groeiruimte van de zorgkantoren het aantal bouwinitiatieven gedaald hetgeen tevens leidt tot lagere afschrijvingskosten. Overige bedrijfskosten (in mln €) Overige bedrijfskosten 2013 Overige bedrijfskosten € 59,20
2012 € 61,20
Verschil -/-€ 2,00
% -/-3,2 %
De bedrijfskosten laten een lichte daling zien van € 2,0 miljoen (3,2 %). Dit wordt met name veroorzaakt door lagere dotaties aan voorzieningen. Tevens zijn de voedingskosten en hotelmatige kosten licht gedaald. Dit wordt met name veroorzaakt door lagere vervoerskosten (zie toelichting bij omzet hierboven). Binnen de Amarant Groep zijn hierop acties uitgezet in het kader van efficiency. De algemene kosten zijn licht gestegen, dit wordt veroorzaakt door een stijging van de kosten software door deelname van de Amarant Groep aan het Quli-platform. De telefoonkosten laten een daling zien; dit wordt met name veroorzaakt door het afsluiten van een nieuw contract met een telecom-aanbieder. De gestegen kosten van gas (koude winter) worden grotendeels gecompenseerd door een eenmalige teruggave inzake energiebelasting. Binnen de huurlasten wordt de stijging veroorzaakt, doordat een aantal nieuwe zorglocaties is betrokken die worden gehuurd van woningbouwcoöperaties. Tegenover deze extra huur staan ook extra opbrengsten om deze huisvesting te bekostigen. Financiële baten en lasten (in mln €) Financiële baten en lasten 2013 Financiële baten en lasten € 3,50
2012 € 3,50
Verschil 0,0
% 0,0 %
De rentekosten zijn 2013 gelijk aan die van 2012. Belangrijkste verklaring is de lagere kosten voor kortlopende schulden. Door de positieve bedrijfsresultaten is sprake van een positieve kasstroom, waardoor minder middelen kortlopend hoeven te worden gefinancierd. Voor de langlopende leningen geldt dat actief wordt ingespeeld op rente-ontwikkelingen en reeds vooraf wordt onderhandeld met kredietverstrekkers over toekomstige leningen. Solvabiliteit van de Amarant Groep Door externe partijen (met name banken/waarborgfonds) wordt veel belang gehecht aan een goede solvabiliteit en weerstandsvermogen. Externe partijen zijn steeds voorzichtiger in het beschikbaar stellen van financiële middelen. Het weerstandsvermogen van de Amarant Groep bevindt zich momenteel boven de grens van 15 tot 20% die door het Waarborgfonds wordt gesteld. In onderstaande tabel is het verloop van het weerstandsvermogen weergegeven. Het weerstandsvermogen is hierbij berekend door het Eigen Vermogen (inclusief bestemmingsreserves) te delen op de omzet van de Amarant Groep. Ondanks een stijging van de omzet is het weerstandsvermogen toch gestabiliseerd op het niveau 2012. De solvabiliteit geeft aan in hoeverre een instelling in staat is om op lange termijn aan haar verplichtingen te voldoen. Aldus wordt de solvabiliteit ook wel gezien als de ratio die de omvang van de buffer aangeeft voor het opvangen van financiële risico’s. Naarmate die risico’s toenemen zal ook de buffer moeten groeien. De Amarant Groep heeft een solide vermogenspositie. Een goede vermogenspositie en resultaatontwikkeling is een prima basis om in te spelen op de veelheid aan veranderingen die de komende jaren invloed zullen hebben op de gehandicaptensector en dus op het beleid van de Amarant Groep.
Weerstandsvermogen Solvabiliteit
2011 20,4% 26,1%
2012 20,6 % 27,5 %
2013 20,6 % 25,9 %
De feitelijke solvabiliteit van de Amarant Groep ligt nog iets hoger, aangezien ook voor een bedrag van € 32,5 miljoen aan voorzieningen is getroffen voor toekomstige verplichtingen. Ook in de komende jaren zal de
36
in dienst van mensen met een beperking
Amarant Groep sturen op een stabiele resultaatontwikkeling en solvabiliteit om zo de toekomstige maatregelen vanuit de overheid het hoofd te kunnen bieden.
37
in dienst van mensen met een beperking
4.5 Huisvesting en Bedrijfsdiensten Algemeen Huisvesting en Bedrijfsdiensten is binnen de Amarant Groep een apart RVE. De activiteiten zijn enerzijds gericht op huisvesting (ontwikkeling, (ver)bouw, onderhoud, huur, verhuur, beheer) en anderzijds richten de bedrijfsdiensten zich op ondersteuning van het primaire proces. De belangrijkste kernactiviteiten hierbij zijn ICT, financiële administratie, productie en declaratie, inkoop en informatiebeleid. Beleid huisvesting Beleidsmatig is in 2013 een aantal belangrijke zaken te onderscheiden. In het kader van de (komende) bezuinigingen en veranderingen zijn per zorgregio huisvestingsmasterplannen opgesteld. Het doel van deze plannen is om door middel van een gericht huisvestingsbeleid en uitvoeringsplan zorg te dragen dat naar de toekomst toe zowel de zorg- als vastgoedexploitatie positief blijft. De uitwerking van de masterplannen heeft tot gevolg dat ‘op maat’ van de regio woon- en dagbestedingsvoorzieningen worden afgestoten of gerealiseerd. Tevens zijn bij nieuwe investeringen de externe ontwikkelingen en het vastgestelde strategisch beleid per zorgregio leidend. De komende jaren zullen de ingezette bewegingen leiden tot het afstoten van (te) kleine woon- en dagbestedingsgebouwen, het afbouwen van het aantal steunpunten per regio, optimaal gebruiken van kantoorruimten op basis van vastgesteld beleid en het realiseren van met name nieuwe middelgrote woon/zorgcomplexen. Als gevolg van de landelijke bezuinigingen en de ontwikkelingen met betrekking tot Wmo, Jeugdwet en langdurig intensieve zorg, is de ontwikkeling van bepaalde projecten stop gezet waarbij de stopzetting van de voorgenomen ontwikkeling van 48 plaatsen in Sint Willebrord er wel het meest uitspringt. Om een goed huisvestingsbeleid voor de komende jaren te borgen en zowel in- als extern de positie van Amarant op het terrein van zorg en huisvesting helder weg te zetten, is er in 2013 een drietal beleidsnotities verschenen die leidraad zijn voor de uitvoering van de toekomstige huisvesting. De nota Strategische Huisvesting geeft de koers en richting aan van de Amarant Groep de komende jaren. Belangrijke items zijn: - Huisvesting sluit aan op het zorgbeleid van de organisatie. - Huisvesting creëren voor cliënten zonder een verblijfsindicatie zal beperkt worden ontwikkeld. In de nota Scheiden Wonen en Zorg zijn de kaders nader uitgewerkt onder welke voorwaarden de Amarant Groep ook ‘stenen stapelt’ voor cliënten die zelfstandig moeten huren. Samenvattend zijn dat twee groepen, namelijk: - Ouderinitiatieven - Cliënten die minimaal een zorgbudget ter beschikking hebben van € 5.000,-. De nota Financiering Huisvesting is een vervolgnota op het vastgestelde beleid financiering vastgoed. De Amarant Groep blijft ook naar de toekomst toe werken met gescheiden geldstromen voor kosten huisvesting en zorg. Doordat de inkomsten de komende jaren zullen afnemen en er diverse financieringsvormen komen, zullen de inkomsten van huisvesting onder druk komen en dient de financiering aan te sluiten op de externe ontwikkelingen. Dit betekent dat er een differentiatie komt op de huisvestingsafslag per product en/of bedrijfsonderdeel. Daarnaast wordt toegewerkt naar een systeem dat op alle producten en diensten, die geen vaste externe vergoeding kennen, een afslagmethode komt. Huisvesting in de toekomst Het toekomstperspectief is dat de capaciteit verblijf (inclusief) huisvesting zal afnemen, hetgeen impliceert een grotere vraag naar huisvesting op basis van scheiden en wonen. De Amarant Groep vindt dat een zorgorganisatie op beperkte schaal huisvesting voor deze doelgroep moet organiseren. Woonstichtingen zijn de eerste aangewezen partners. Een ander beeld wat het gevolg is van het landelijk beleid is een toename van cliënten op de wachtlijst, die een herindicatie hebben voor zorg of zorg met wonen. Het is een uitdaging om naast het bestaande aanbod ook nieuwe diensten en arrangementen op het gebied van huisvesting te ontwikkelen. Gezien de doelgroepen die de Amarant Groep bedient, vraagt dit om een verdere differentiatie van kwantiteit, kwaliteit en verbijzondering per project.
38
in dienst van mensen met een beperking
ICT De afdeling ICT is in 2013 gestart met de (verdere) ingebruikname van de nieuw opgeleverde technische infrastructuur en de twee externe datacentra. Dit heeft in 2013 niet alleen geleid tot een betere (gegevens)beveiliging maar geldt tevens als basis om op korte termijn te komen tot het volledig locatieonafhankelijk werken binnen de organisatie op zowel de (zorg)locaties als daarbuiten (en onderweg). Verder is eind 2013 gestart met de ‘uitrol’ van het project ICT-ondersteuning ambulante medewerkers. Dit project betekent voor de ambulante medewerkers dat zij op locatie van de cliënt zorgafspraken kunnen registreren en gebruik kunnen maken van agenda en e-mailinformatie. Parallel daaraan is vanuit ICT veel tijd besteed aan training/coaching en scholing op zowel technisch als sociaal vlak en heeft 2013 in het teken gestaan van het verder samenvoegen van de diverse service-afdelingen in Rijen. Daarnaast is het dienstenportfolio van de afdeling ICT in 2013 uitgebreid met (mobiele) telefonie, tablet(beheer) en de levering en services van kopieerapparatuur. In 2014 zal men de ingezette bewegingen met nieuwe (ICT-)projecten continueren en zich verder toeleggen op de borging van de (bron)data en de doorontwikkeling van de medewerkers. Toekomstige ontwikkelingen Naast Huisvesting en ICT ligt de focus op klantgericht werken en support bieden aan de primaire processen. Support bieden met een breed palet aan producten en diensten. De afdeling Inkoop streeft naar het behalen van inkoopvoordelen en bonussen, en het uitwerken van een inkoopcatalogus. De financiële afdelingen richt zich op het op een klantgerichte wijze afhandelen van facturen en op de optimalisatie van financiële processen. Bij de afdeling Woondiensten is door de uitrol van de Servicedesk eind 2013 een belangrijke stap gezet naar niet alleen een betere toegankelijkheid van de ondersteunende afdelingen maar ook de mogelijkheid om middels een track & trace systeem het proces te volgen waardoor er controle blijft bestaan op een zo snel mogelijke afhandeling van de gevraagde dienstverlening. Naar 2014 toe zijn de belangrijkste uitdagingen dat de ingezette processen van integrale klantgerichte werkwijze wordt doorontwikkeld en afgestemd op de vraag en behoefte van de desbetreffende bedrijfsonderdelen. De Servicedesk is slechts een middel bij dat totale proces. De focus in 2014 ligt op behoud van kwaliteit en dienstverlening. Dit kan o.a. door kennis, producten en vaardigheden ook op een gerichte wijze aan te bieden aan de markt (Shared Service Center). Huisvesting en Bedrijfsdiensten beschikt over een scala van kwaliteit, producten en diensten waarmee de Amarant Groep verbindingen kan maken met (collega)organisaties binnen de regionale netwerken. Het samenwerken is naast het maken van verbinding ook een mogelijkheid om nieuwe geldstromen te creëren die het mogelijk maken de huidige kwaliteit van kennis te behouden en door te ontwikkelen voor de Amarant Groep.
4.6 Toekomstparagraaf De verwachting is dat vanaf 2014 de zorgsector zal worden geconfronteerd met diverse bezuinigingen en veranderingen in de financiering. Zodra meer duidelijkheid ontstaat over de bezuinigingsvoorstellen dan wel veranderingen in financiering, zal de Raad van Bestuur in overleg met de RVE-managers, en medezeggenschapspartners direct een plan van aanpak maken. Verder zal de Raad van Bestuur zelf, via de VGN en samen met de CCR en de Gouda-groep voortdurend zichtbaar maken dat er genoeg is bezuinigd in de gehandicaptenzorg. De belangrijkste externe ontwikkelingen voor de korte en de middellange termijn worden hieronder geschetst. Op 25 april 2013 is door het Ministerie van VWS de hoofdlijnenbrief Langdurige Zorg gepubliceerd. In deze brief worden de kaders uit het Regeerakkoord ‘Bruggen Slaan’ uit het najaar van 2012 nader uitgewerkt en wordt tevens weergegeven welke wijzigingen ten opzichte van het regeerakkoord zijn aangebracht. Het Ministerie van VWS heeft een drietal motieven om het stelsel langdurige zorg te herzien. De belangrijkste reden is de financiële houdbaarheid van de langdurige zorg. In de afgelopen jaren bedroeg de gemiddelde stijging 4,3%, drie keer zo hoog als de economische groei. Bij ongewijzigd beleid zouden de kosten doorstijgen van € 27,5 miljard in 2012 naar +/- € 30 miljard in 2017. Door de afgekondigde maatregelen blijven de kosten van de langdurige zorg in 2017 op het niveau van 2012. Na het doorvoeren van de maatregelen uit het regeerakkoord ontstaat een stelsel van langdurige zorg waarbij: - uitgegaan wordt van wat mensen nog wel kunnen in plaats van wat ze niet kunnen;
39
in dienst van mensen met een beperking
-
-
ondersteuning eerst wordt gezocht binnen het sociale netwerk en de zorg dichtbij wordt georganiseerd; mensen waarbij het sociale netwerk niet toereikend is een beroep kunnen doen op ondersteuning (gefinancierd door gemeenten en verzekeraars), hierbij is sprake van een voorziening en dus geen verzekerd recht; voor de meest kwetsbare mensen blijft een verzekerd recht op zorg bestaan binnen een nieuwe kernAWBZ (Wet Langdurige Zorg).
Inhoudelijke hoofdpunten regeerakkoord en hoofdlijnenbrief Langdurige Zorg: - De kern-AWBZ blijft gezien de zware problematiek een verzekerd recht. - Alle bestaande/huidige verblijfscliënten blijven vallen onder de kern-AWBZ ook bij herindicatie. Dit geldt naar alle waarschijnlijkheid ook voor cliënten met een ZZP die het ZZP niet verzilveren (vaak ouderinitiatieven). - Voor nieuwe verblijfscliënten in de ZZP’s 1VG, 2VG, 1LG, 3LG en ongeveer de helft van 3VG geldt dat zij per 01-01-2015 overgaan naar de Wmo; de hogere ZZP’s blijven in de WLZ. - Op 18 juni 2013 heeft de Tweede Kamer een motie aangenomen inzake behoud in de kern-AWBZ van de functie behandeling groep (deze functie wordt geleverd door de kinderdagcentra van Amarant en de naschoolse dagcentra van Idris). Dit betreft thuiswonende kinderen die levenslang zijn aangewezen op zorg. In november 2013 heeft de Staatssecretaris deze motie overgenomen, maar de precieze criteria voor toegang tot de WLZ zijn op dit moment nog niet duidelijk vastgelegd. - Alle extramurale zorg boven de 18 jaar gaat per 01-01-2015 naar de Wmo (inclusief het logeren). - Alle extramurale zorg onder de 18 jaar gaat per 01-01-2015 naar de Jeugdwet. - Er gaan geen VG-verblijfscliënten naar de Jeugdwet, met uitzondering van de LVG ZZP’s tot 18 jaar van Idris. - De langdurige intramurale GGZ boven de 18 jaar (klinische behandeling) wordt per 01-01-2015 overgeheveld naar de Zvw. De RIBW-zorg boven de 18 jaar (GGZ-C) wordt per 01-01-2015 overgeheveld naar de Wmo. Overzicht maatregelen regeerakkoord en hoofdlijnenbrief langdurige zorg: - In ruil voor de verzachting van scheiden van wonen en zorg wordt een generieke korting ingevoerd binnen de langdurige zorg. Deze korting loopt op van +/- 0,8% in 2014 naar 1,25% in 2017. - In het regeerakkoord zouden nieuwe cliënten geen recht meer hebben op dagbesteding. Deze maatregel is teruggedraaid. Hier staat echter wel tegenover dat de contracteerruimtes van de zorgkantoren worden verlaagd met € 330 miljoen. Dit komt overeen met een eenmalige generieke korting in 2014 van +/- 1,65% over alle bestaande cliënten. Zorgkantoren hebben echter de vrijheid gekregen om zelf te bepalen, op welke manier men de 1,65% tariefskorting doorvertaalt naar de aanbieder. Zorgkantoren hebben gekozen om de korting te verwerken in de beschikbare middelen 2014 voor de extramurale zorg in de vorm van een korting van 6%. - Geen vergoeding voor de incidentele loonontwikkeling (ILO) voor de jaren 2014 tot en met 2017. Dit betekent dat nog wel de reguliere OVA zal worden vergoed, maar niet langer de incidentele zaken zoals anciënniteitseffecten of promoties. In de CAO Gehandicaptenzorg zullen hierover afspraken gemaakt moeten worden tussen bonden en werkgevers om deze incidentele loonontwikkeling ook in de CAO te beperken. In de jaren 2011 en 2012 bedroeg de ILO 0,50%. Voor 2014 bedraagt de ILO 0,50% en voor 2015 0,75%. Voor 2016 wordt door het CPB een ILO van 0,25% geraamd. - Voor de overgang naar de Jeugdwet geldt een ingroeitraject per jaar vanaf 2015 (korting 2015: 4%, 2016: 10%, 2017: 15%). - Voor de overgang naar de Wmo (vanaf 2015) geldt een korting op het budget van 25%. Dit kortingspercentage is exclusief de uitvoeringskosten van de gemeenten (naar verwachting circa 5 %). - In de hulp bij het huishouden (HbH) die reeds onder de Wmo valt) zou 75% van het budget komen te vervallen. Op verzoek van de thuiszorg is deze korting verlaagd naar 40%. Voor de Amarant Groep heeft deze bijstelling slechts een zeer beperkt effect aangezien de omvang van hulp bij het huishouden momenteel slechts € 0,25 miljoen bedraagt. - In het regeerakkoord is een besparing van € 500 miljoen ingerekend binnen de WLZ in 2017. In de hoofdlijnenbrief wordt aangegeven dat dit overeenkomt met een korting van 5% ten opzichte van de huidige budgetten. Aangegeven wordt dat deze taakstelling zal worden gerealiseerd door regionale verschillen in indicatiestelling te verminderen, uniformering van de inkoopprijzen van zorgkantoren en terugdringen van het zorggebruik en administratieve lasten. Samengevat kan worden gesteld dat de komende jaren forse bezuinigingen worden doorgevoerd (ongeveer 10 % van de omzet). Het huidige sturingsmodel van de Amarant Groep is in het verleden in staat gebleken om op nieuwe ontwikkelingen tijdig bij te sturen. De implementatie van de notitie Bouwstenen moet nauwlettend gevolgd worden in 2014. Daartoe zal, voor eind 2014, geïntegreerde management rapportage op de gebieden transformatie en bedrijfsvoering worden ontwikkeld die tegemoet komt aan de informatiebehoefte van de RVEmanagers.
40
in dienst van mensen met een beperking
4.7 Risicoparagraaf Inleiding De stelselwijzigingen maken dat de Amarant Groep zich intensief beraadt op de verdere ontwikkeling van het aanbod. Centrale vraag hierbij is wat huidige en toekomstige cliënten verwachten van de organisatie en op welke wijze dit betaalbaar kan worden gerealiseerd. Dit is de belangrijkste uitdaging waar de verschillende onderdelen van de Amarant Groep voor staan. Momenteel wordt al met gemeenten en diverse andere zorgaanbieders onderzocht waar een eventuele samenwerking kan leiden tot efficiëntere en betere zorg. Positionering, marktontwikkeling en ondernemerschap krijgen andere invullingen in het kader van de Wmo, waar samenwerking en concurrentie meer dan ooit samengaan. Duidelijk is wel dat de Amarant Groep ook in de toekomst in wil zetten op kwalitatief hoogwaardige zorg voor de cliënten die zorg, ondersteuning en begeleiding bij de Amarant Groep afnemen. De notitie Bouwstenen brengt de vraagstukken omtrent transitie en transformatie in beeld en beschrijft de bouwstenen om te komen tot een nieuw evenwicht waarbij de Amarant Groep ‘toekomstproof’ wordt gemaakt. Het is dan ook een kadernota. Dialoog en discussie kunnen aanvullingen en/of aanpassingen opleveren. In 2014 zal de Amarant Groep - uit het oogpunt van risicobeheersing - stappen zetten en zich op belangrijke punten voorbereiden op de uitbreiding van de Wmo en de stelselwijziging Jeugd. Dit betreft onder andere: -
het sturen op en faciliteren van krachtige teams; vergroten van de span of support; Amarant-brede uitrol starten van het digitale persoonlijk plan (APP 2.0); ontwikkelen van marketingbeleid en inbedding binnen de organisatiestructuur; verbeteren en meer bedrijfsmatig aansturen van de behandeling.
Financieel Door de toenemende dynamiek in de zorgsector wordt door de Amarant Groep gestuurd op externe kansen en risico’s. De risico’s worden geïnventariseerd en doorvertaald naar de financiële gevolgen voor de interne bedrijfsvoering. Telkens wordt bepaald of direct acties uitgezet moeten worden. Periodiek wordt gerapporteerd aan de Raad van Bestuur over de verwachte risico’s en de financiële gevolgen voor de bedrijfsvoering. De Raad van Bestuur meldt periodiek aan de Raad van Toezicht de risico’s die verbonden zijn aan de activiteiten van de organisatie en de financiering van de organisatie. De totale taakstelling voor de Amarant Groep voor 2014 is meegenomen in de exploitatiebegroting 2014. Op basis van nieuwe informatie over de stelselwijzigingen wordt periodiek een geactualiseerde impactanalyse opgesteld. Er zal de komende periode beweeglijkheid blijven bestaan in de financiële effecten. Er wordt namelijk nog volop gelobbyd door belanghebbende partijen. Diverse maatregelen zijn nog steeds niet in detail uitgewerkt of verkeren nog steeds in de onderzoeksfase. Consequentie hiervan is dat maatregelen kunnen worden ingetrokken of worden verzacht. Alternatieve maatregelen komen ervoor in de plaats. De notitie Bouwstenen zal in 2014 worden doorgerekend om de financiële effecten van de reorganisatieprocessen in kaart te brengen. Op basis daarvan kan een meerjarenplan opgesteld worden die de basis is voor de implementatie van het reorganisatieplan, het realiseren van besparingen en de reductie van overheadkosten. De Amarant Groep moet in de voorbereiding op de aanbestedingsprocedures in 2014 en de te maken productie- en prijsafspraken inzicht hebben in de kostprijzen van haar producten. Het uiteindelijke doel is om te komen tot een betrouwbare kostprijsberekening voor de Amarant Groep als basis voor de onderhandelingen met de gemeenten. Op basis van de kostprijs kan de uiteindelijke verkoopprijs worden bepaald. De kostprijs is niet altijd bepalend voor de verkoopprijs, maar is wel noodzakelijk om te bepalen of de verkoopprijs de gemaakte kosten dekt. De zorgsector dynamiseert. Hierbij is het van belang dat de diverse producten (o.a. rapportages) van de planning- en control cyclus tijdig beschikbaar komen. Op dit moment worden maatregelen genomen om informatiemanagement door te ontwikkelen. Zo wordt het bronbeheer (de data in de diverse applicaties) aangescherpt en worden plannen ontwikkeld om te komen tot één applicatie voor de cliënten- en productieadministratie (thans drie applicaties). Voorts is de wens om de kwaliteit van de managementinformatie (nog) verder te verhogen met behulp van een business intelligence tool. In 2014 zal hiervoor een programma van eisen worden opgesteld en hiertoe een aanbestedingstraject starten.
41
in dienst van mensen met een beperking
5 Jaarrekening
5.1
Balans (na resultaatbestemming) Amarant Groep
5.2
Resultatenrekening Amarant Groep
5.3
Kasstroomoverzicht Amarant Groep
5.4
Algemene toelichting en waardering van grondslagen en resultaatbepaling
5.5
Toelichting op de balans Amarant Groep
5.6
Verloopoverzicht materiële en financiële vaste activa Amarant Groep
5.7
Projecten in uitvoering en mutaties in het verslagjaar Amarant Groep
5.8
Overzicht langlopende leningen
5.9
Toelichting op de resultatenrekening
5.10 Bezoldiging bestuurders en toezichthouders 5.11 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening 5.12 Overige gegevens 5.13 Controleverklaring
42
in dienst van mensen met een beperking
5.1 Balans Amarant Groep (na resultaatbestemming) Ref. ACTIVA
31 december 2013 €
31 december 2012 €
Vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
1. 2.
Totaal vaste activa
184.383.518 1.273.812
176.687.809 1.592.244
185.657.330
178.280.053
1 1.433.556 5.868.926 1.537.671 21.578.620
1 1.157.897 3.139.759 3.585.328 13.707.559
30.418.774
21.590.544
216.076.104
199.870.597
304.553 54.620.367 950.590
304.553 53.651.765 950.590
Vlottende activa Voorraden Onderhanden werk uit hoofde van DBC's Vorderingen en overlopende activa Vorderingen uit hoofde van financieringstekort Liquide middelen
3. 4. 5. 6. 7.
Totaal vlottende activa Totaal activa
PASSIVA
Eigen vermogen Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen Totaal eigen vermogen
8.
55.875.510
54.906.908
Voorzieningen
9.
32.460.118
18.646.362
Langlopende schulden
10.
83.838.318
66.863.416
Schulden uit hoofde van financieringsoverschot Kortlopende schulden en overlopende passiva
6. 11.
0 43.902.158
0 59.453.911
216.076.104
199.870.597
Totaal passiva
43
in dienst van mensen met een beperking
5.2 Resultatenrekening Amarant Groep Ref.
2013 €
BEDRIJFSOPBRENGSTEN
2012 €
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten (uit AWBZ/Zvw-zorg, exclusief subsidies)
13.
255.993.503
251.778.142
Niet-gebudgetteerde zorgprestaties (inclusief Wmo-huishoudelijke hulp)
14.
5.796.503
5.573.320
Subsidies (exclusief Wmo-huishoudelijke hulp, inclusief overige Wmo-prestaties)
15.
2.456.169
1.789.072
Overige bedrijfsopbrengsten
16.
7.233.404
7.478.940
271.479.579
266.619.474
Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN Personeelskosten
17.
193.113.530
175.933.109
Afschrijvingen op materiële / financiële vaste activa
18.
14.698.137
14.858.610
Bijzondere waardeverminderingen impairment
18.
0
6.924.224
Overige bedrijfskosten
19.
59.177.106
61.169.381
Som der bedrijfslasten
266.988.773
258.885.324
BEDRIJFSRESULTAAT
4.490.806
7.734.150
-3.522.204
-3.527.424
968.602
4.206.726
-
-
968.602
4.206.726
Financiële baten en lasten
20.
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten
21.
RESULTAAT BOEKJAAR
5.2.1 Resultaatbestemming Het resultaat is als volgt bestemd: 2013 € Toevoeging/onttrekking: Reserve aanvaardbare kosten Bestemmingsreserve egalisatie afschrijvingen Bestemmingsreserve kleinschalige woonvormen Bestemmingsreserve doelgroepenbeleid/kwaliteit van zorg Bestemmingsreserve frictie historische naar reële budgetten Bestemmingsreserve marktontwikkeling en innovatie Algemene reserve Totaal bestemming
1.960.231 959.150 -725.529 -606.750 -618.500 968.602
44
2012 € 2.124.119 954.650 338.352 218.750 560.500 10.354 4.206.726
in dienst van mensen met een beperking
5.3 Kasstroomoverzicht Amarant Groep 2013 €
€
2012 €
€
Kasstroom uit operationele activiteiten Bedrijfsresultaat Aanpassingen voor: - afschrijvingen - mutaties voorzieningen
4.490.806
14.698.137 13.813.757
7.734.150
21.782.593 4.600.468 28.511.894
Veranderingen in vlottende middelen: - voorraden - mutatie onderhanden werk DBC - vorderingen - vorderingen/schulden uit hoofde van financieringstekort respectievelijk -overschot - kortlopende schulden (excl. schulden aan kredietinstellingen)
0 -275.659 -2.746.040 2.047.658
1 257.902 2.290.706 5.074.685
-232.189
5.371.753
Kasstroom uit bedrijfsoperaties Buitengewoon resultaat
12.995.047
31.796.470
47.112.257 -
-
-
31.796.470
47.112.257
-30.419.393 5.435.990 -6.391
-23.483.319 1.407.905 16.873 -
Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen interest Betaalde interest Nieuw opgenomen leningen Aflossing langlopende schulden
-1.206.230
-
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen materiële vaste activa Desinvesteringen materiële vaste activa Ontvangen aflossingen Overige investeringen in financiële vaste activa
26.383.061
-22.058.541
-3.522.204 23.172.253 -20.335.860
Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten Mutatie geldmiddelen
-24.989.794
-3.527.424 3.913.854 -10.475.395 -685.811
-10.088.965
9.052.117
12.033.498
Bij de opstelling van het kasstroomoverzicht is gebruik gemaakt van de indirecte methode.
45
in dienst van mensen met een beperking
5.4 Algemene toelichting en waardering van grondslagen en resultaatbepaling 5.4.1 Algemeen Algemene gegevens Naam rechtspersoon Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Nummer Kamer van Koophandel Aansluitnummers NZa
: : : : : :
E-mailadres Website Kernactiviteiten
: : :
Stichting Amarant Groep Bredaseweg 412 5037 LH Tilburg 013-4624030 41096992 300-168, 300-170, 300-171, 300-608, 300-609, 300-1164, 300-1165, 300-1651, 450-1096
[email protected] http://www.amarantgroep.nl Behandeling, zorg- en dienstverlening en al hetgeen daarmee in de ruimste zin genomen in verband staat voor kinderen, jeugdigen, volwassenen en ouderen met een (lichte) beperking waarbij verschillende financieringsgrondslagen aan de orde kunnen zijn.
Groepsverhoudingen De Amarant Groep is op 31 december 2013 uitgebreid door een juridische fusie tussen Amarant Groep te Tilburg en de Nederlandse Stichting voor Woon- en Activiteiten Centra (NSWAC) te Breda. In hoofdstuk 2.1 Algemene gegevens is een beschrijving van de activiteiten opgenomen. Grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de Regeling Verslaggeving WTZi en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. Vergelijking met voorgaand jaar In de vergelijkende cijfers is voormalig NSWAC meegenomen. De grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar. Met uitzondering van het volgende: Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten: De opbrengst Forensische zorg is verplaatst van subsidies naar Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten. In 2012 bedroeg deze opbrengst € 340.203. Materiële vaste activa: Desinvestering en investering van gereedgekomen projecten zijn geëlimineerd. Verbonden rechtspersonen Het voormalige NSWAC is verbonden met Steunstichting Kleinschalige Voorzieningen Lichamelijk Gehandicapten (SVLG). Deze stichting heeft als doel het verlenen van financiële ondersteuning aan instellingen werkzaam op het gebied van zorg voor lichamelijk gehandicapten. Bepaalde kosten die niet van overheidswege worden vergoed aan NSWAC, worden door de steunstichting vergoed. Tevens geldt een garantstelling voor projecten t.b.v. de woonvoorzieningen waarvoor SVLG aan NSWAC de afschrijvingslast vergoed als NSWAC een negatief resultaat behaald. Het risico voor NSWAC is hierbij gering. Op grond van artikel 7, lid 5 en 6, van de Regeling Verslaggeving WTZi zijn de volgende stichtingen buiten de jaarrekening gebleven: Stichting Vrienden van Amarant te Tilburg; Stichting Beheer Cliëntengelden Amarant te Tilburg; Stichting Boerderij de Hanekam te Tilburg. Segmentatie Binnen de jaarrekening is een segmentering aangebracht tussen AWBZ/Zvw-middelen en middelen vanuit de Provincie. Financiële instrumenten Algemeen De Amarant Groep maakt in de bedrijfsuitoefening geen gebruik van derivaten.
46
in dienst van mensen met een beperking
Renterisico en kasstroomrisico Het renterisico is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van opgenomen en uitgegeven leningen. Bij deze leningen is sprake van een vast rentepercentage over de rentevastperiode. De leningen worden zoveel mogelijk aangehouden tot het einde van de looptijd.
5.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva Activa en passiva Activa en passiva worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. De actuele waarde wordt gehanteerd voor activa waarbij de verwachting is dat deze op korte termijn zullen worden afgestoten. Toelichtingen op posten in de balans, resultatenrekening en kasstroomoverzicht zijn in de jaarrekening genummerd. Gebruik van schattingen De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings-, vervaardigingsprijs of goedgekeurde kosten verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere waardeverminderingen. De jaarlijkse afschrijving van de materiële vaste activa worden berekend op basis van een vast percentage van die kosten conform deels de desbetreffende beleidsregels, deels over de geschatte economische levensduur van het vast actief. Binnen de Amarant Groep zijn de hieronder opgenomen afschrijvingstermijnen per activasoort (de componentenbenadering) gehanteerd:
Activa Grond Grond KSW Terreinvoorzieningen Terreinvoorzieningen KSW Permanente gebouwen Permanente gebouwen KSW Permanente gebouwen dagbesteding Verbouwingen Verbouwingen KSW Installaties Installaties KSW Instandhouding Trekkingsrechten Instandhouding KSW Aanloopkosten Aanloopkosten KSW Bouwrente Bouwrente KSW Inventaris Automatiseringsapparatuur Vervoermiddelen
Economische levensduur Afschrijving in: Restwaarde 0 jaar 100% 0 jaar 100% 20 jaar 0% 20 jaar 0% 40 jaar 0% 30 jaar 50% 30 jaar 50% 20 jaar 0% 10 jaar 0% 15 jaar 0% 15 jaar 0% 10 jaar 0% 10 jaar 0% 10 jaar 0% 40 jaar 0% 1 jaar 0% 40 jaar 0% 1 jaar 0% 7 jaar 0% 3 jaar 0% 5 jaar 0%
De gehanteerde afschrijvingspercentages voor de toepassing van de economische levensduur zijn vermeld in de desbetreffende bijlage. Voor voormalig NSWAC geldt dat zij in de jaarrekening 2013 de economische afschrijvingstermijnen hebben geharmoniseerd met de termijnen van de Amarant Groep. Dit heeft geleid tot een éénmalige afschrijvingslast van € 297.355 voor materiële vaste activa en € 225.811 voor inventarissen en computerapparatuur. De materiële vaste activa, die behoren tot de niet-WTZi/WMG-gefinancierde vaste activa, worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, respectievelijk de verwachte directe opbrengstwaarde indien besloten is tot verkoop en de verwachtte boekwaarde groter is dan de directe opbrengstwaarde. De kleinschalige gebouwen die worden verkocht, zijn gewaardeerd tegen de directe opbrengstwaarde. De bouwprojecten worden opgenomen tegen de boekwaarde van het onderhanden werk.
47
in dienst van mensen met een beperking
Voor een nadere specificatie van het verloop van de WTZi-vergunningsplichtige vaste activa, de WTZi-meldingsplichtige vaste activa, de WMG-gefinancierde vaste activa en de kleinschalige woonvoorzieningen (KSW) per activagroep wordt verwezen naar 5.6 mutatieoverzicht materiële/financiële vaste activa. In toelichting 5.7 Projecten in uitvoering zijn overzichten opgenomen voor de onderhanden en gereedgekomen projecten. Bijzondere waardeverminderingen Vaste activa dienen te worden beoordeeld op bijzondere waardeverminderingen met een duurzaam karakter. Dit doet zich voor bij wijzigingen in omstandigheden die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugverdiend zal worden. De terugverdienmogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald door de boekwaarde van een actief te vergelijken met de geschatte contante waarde van de toekomstige netto-kasstromen die het actief naar verwachting zal genereren, of de bij verkoop te realiseren directe opbrengstwaarde indien deze lager is. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde (=de hoogste van enerzijds de geschatte contante waarde van de toekomstige kasstromen en anderzijds de directe opbrengstwaarde), worden bijzondere waardeverminderingen verantwoord voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. Voor het vastgoed van de Amarant Groep zijn in 2011 de bekostigingsregels aangepast. Volledige nacalculatie van kapitaallasten van goedgekeurde investeringen is vervangen door prestatiebekostiging. Hierbij geldt een overgangstermijn van 6 jaar (tot en met 2017) waarin deze overgang gefaseerd wordt doorgevoerd. Als gevolg van deze wijziging in de bekostiging, in samenhang met de beleidsvoornemens van het kabinet inzake de hervorming van de langdurige zorg, is geconcludeerd dat sprake is van indicaties die kunnen duiden op mogelijke duurzame waardevermindering. Als gevolg hiervan dient de Amarant Groep overeenkomstig RJ121 te toetsen of de boekwaarde nog kan worden gerealiseerd uit de toekomstige opbrengsten. De Amarant Groep heeft de directe opbrengstwaarde bij verkoop, en de contante waarde van de toekomstige kasstromen van dit zorgvastgoed benaderd op het niveau van de kasstroomgenererende eenheden (RVE’s), en vergeleken met de boekwaarde van dit vastgoed en de overige met bedrijfsvoering samenhangende activa per 31 december 2013. Belangrijke veronderstellingen die zijn gehanteerd bij de benadering van de contante waarde van de toekomstige kasstromen zijn: Als kasstroomgenererende eenheid zijn de huidige RVE’s van de Amarant Groep aangehouden. Per RVE is de bedrijfswaarde afgezet tegen de huidige boekwaarde. De levensduur van panden op centrumlocaties wordt gesteld op 40 jaar en de levensduur van gebouwen in de wijk op 30 jaar. Gebouwen in de wijk worden afgeschreven tot een restwaarde van 50 % van de WOZ. Eens per 3 jaar worden de restwaarden herrekend aan de dan geldende WOZ. Op centrumlocaties is een herinvestering van 35 % van € 1.900,- per BVO na 20 jaar bovenop de jaarlijkse instandhouding meegenomen. De bezettingsgraad is gebaseerd op de werkelijke bezetting van december 2013, verminderd met een mogelijke extra leegstand van 1 %. Huidige samenstelling van de cliëntenpopulatie. Uit de meerjarenbegroting afgeleide kasstromen voor de jaren 2012 tot en met 2017, en genormaliseerde trendmatige kasstromen vanaf 2018 tot aan einde levensduur. Bij de berekening hiervan is rekening gehouden met de effecten van de overgangsregeling 2012-2017. Vervangingsinvesteringen tot een niveau welke noodzakelijk worden geacht om het betreffende vastgoed tot aan het einde van de levensduur in gebruik te houden zijn in de berekening meegenomen. Een disconteringsvoet van 5 % bij Amarant. De maatregelen uit het regeerakkoord zijn meegenomen in de berekening. Voor de ZZP’s 1VG, 1LG, 2VG, 3LG en de helft van ZZP 3VG is gerekend met een maximale huur van € 590,-. Voor extramurale dagbesteding en begeleiding in de thuissituatie is gerekend met een korting van 30 %. Voor de zorgverlening binnen de Jeugdwet is gerekend met een korting oplopend naar 20 %. Directe opbrengstwaarden zijn ontleend aan taxaties door onafhankelijke externe taxateurs, uitgaande van verkoop in lege staat en kosten koper. Het verschil tussen de boekwaarde per 31 december 2013 en de contante waarde van de toekomstige kasstromen bedraagt € 38,1 miljoen positief. Voor de verlieslatende huurcontracten is in de jaarrekening 2013 een voorziening opgenomen. Financiële vaste activa Onder de financiële activa zijn de activa opgenomen, waarvoor vanuit de NZa goedkeuring is verleend om deze conform de compensatieregeling vaste activa in 6 jaar tot nihil te mogen afschrijven onder gelijktijdige toekenning van een vergoeding in de aanvaardbare kosten. Voorraden De voorraden aanwezig binnen de Amarant Groep zijn gewaardeerd op een symbolisch bedrag van € 1.
48
in dienst van mensen met een beperking
Onderhanden projecten uit hoofde van DBC’s De onderhanden projecten uit hoofde van DBC's worden gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, zijnde de kostprijs van de reeds bestede verrichtingen, of tegen de opbrengstwaarde van de DBC indien deze lager is. De productie van de onderhanden projecten is bepaald door de openstaande verrichtingen te koppelen aan de DBC's die ultimo boekjaar openstonden. Vorderingen Vorderingen worden opgenomen voor de nominale waarde. Een voorziening wordt getroffen op de vorderingen op grond van verwachte oninbaarheid. De voorziening dubieuze debiteuren is volgens de statische methode bepaald. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekeningcourantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. De liquide middelen zijn vrij opeisbaar met uitzondering van de deposito’s van voormalig NSWAC. Eigen vermogen Het eigen vermogen is het overblijvend bedrag in de activa van de Amarant Groep na aftrek van al haar vreemd vermogen. Onder het kapitaal wordt opgenomen het bij oprichting of later ingebrachte kapitaal. Onder het collectief gefinancierd vermogen worden de reserves opgenomen die voortkomen uit de subsidie- en/of zorggebonden dan wel collectief gefinancierde activiteiten. Het collectief gefinancierd gebonden vermogen kan slechts worden besteed voor zorgactiviteiten. De bestemmingsreserves zijn een gedeelte van het eigen vermogen waaraan door het bestuur een beperktere bestedingsmogelijkheid is gegeven. Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen is vrij besteedbaar en komt voor uit nietcollectief gefinancierde activiteiten. Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen. De volgende voorzieningen zijn gevormd: De voorziening groot onderhoud wordt gevormd voor de bekostiging van achterstallig onderhoud. Jaarlijks wordt het achterstallig onderhoud bepaald en opgenomen in de voorziening groot onderhoud. Bij uitvoering van de werkzaamheden worden de middelen uit de voorziening onttrokken. De verplichting is gewaardeerd tegen nominale waarde. De voorziening langdurig zieken is bepaald op basis van de verplichtingen die betrekking hebben op medewerkers die langdurig ziek zijn. De doorbetalingsverplichting bedraagt in het eerste jaar van ziekte 100 % en in het tweede jaar 70 %. Van deze medewerkers kan in redelijkheid worden aan genomen dat ze te zijner tijd de WIA zullen instromen. De verplichting is gewaardeerd tegen nominale waarde. De voorziening uitgestelde beloningen wordt gevormd voor toekomstige verplichtingen als gevolg van jubileumuitkeringen en OBU-/ pensioenuitkeringen. Het betreft uitkeringen ten behoeve van 12,5-jarige jubilarissen, 25-jarige jubilarissen en 40jarige jubilarissen en medewerkers die (vervroegd) uit dienst gaan door het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd, die conform CAO Gehandicaptenzorg recht hebben op een uitkering. Bij het bepalen van de verplichting is rekening gehouden met de blijfkansen van medewerkers in het huidige medewerkersbestand. De verplichting is gewaardeerd tegen contante waarde. De voorziening PBL (Persoonlijk Budget Levensfase) is bepaald op basis van de openstaande PBL-uren per einde verslagjaar plus de uren van het overgangsrecht voor de groep medewerkers van 45 tot en met 49 jaar. Het betreft de verplichting op loondoorbetaling bij opname van de extra verlofuren. De verplichting is gewaardeerd tegen contante waarde. Bij voormalig NSWAC is ook het overgangsrecht voor medewerkers van 50 jaar en ouder in de voorziening opgenomen. De voorziening verlieslatende contracten is bepaald op basis van de huurcontracten waarbij de verwachte opbrengsten uit de NHC-financiering en verhuur aan cliënten (ZZP’s 1VG, 1LG, 2VG, 3LG en de helft van ZZP 3VG) lager zijn dan de toekomstige huisvestingslasten. De verplichting is gewaardeerd tegen contante waarde gebaseerd op de resterende termijn van het huurcontract. De voorziening meerzorg is gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verblijfscliënten kan op bepaalde voorwaarden extra budget worden verkregen als er sprake is van meerzorg. Jaarlijks wordt door een externe instantie (CCE) getoetst of aan alle voorwaarden wordt voldaan. Veelal zijn de resultaten van deze toetsing pas bekend in de loop van het boekjaar. Om te garanderen dat de cliënten reeds aan het begin van het jaar de gewenste zorg kunnen ontvangen is uit voorzichtigheid een voorziening gevormd. Mocht een aanvraag voor een cliënt worden afgewezen door het CCE, dan kan de voorziening worden gehanteerd om een gelijke afbouw van zorgverlening te kunnen financieren. De voorziening voor reorganisatiekosten betreft de kosten die direct samenhangen met in gang gezette reorganisaties voor de komende jaren. De vorming van de reorganisatievoorziening heeft plaats gevonden aan de hand van een gedetailleerd
49
in dienst van mensen met een beperking
plan voor de reorganisatie. De medezeggenschapsorganen zijn geïnformeerd over deze reorganisatie. De verplichting is gewaardeerd tegen nominale waarde.
5.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling Algemeen Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en de lasten over het verslagjaar, met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. De baten zijn, voor wat betreft het wettelijk budget aanvaardbare kosten of daarmee gelijk te stellen middelen, berekend aan de hand van de voorschriften van de NZa. De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben, uitgaande van historische kosten. Verliezen worden verantwoord als deze voorzienbaar zijn; baten worden verantwoord als deze gerealiseerd zijn. Baten (waaronder nagekomen budgetaanpassingen) en lasten uit voorgaande jaren die in dit boekjaar zijn geconstateerd, worden aan dit boekjaar toegerekend. Pensioenen Stichting Amarant Groep heeft voor haar medewerkers een toegezegd-pensioenregeling. Hiervoor in aanmerking komende medewerkers hebben op de pensioengerechtigde leeftijd recht op een pensioen dat is gebaseerd op het gemiddeld verdiende loon berekend over de jaren dat de werknemer pensioen heeft opgebouwd bij de Amarant Groep. De verplichtingen, welke voortvloeien uit deze rechten van haar personeel, zijn ondergebracht bij het bedrijfstakpensioenfonds Zorg en Welzijn. Stichting Amarant Groep betaalt hiervoor premies waarvan de helft door de werkgever wordt betaald en de helft door de werknemer. De pensioenrechten worden jaarlijks geïndexeerd, indien en voor zover de dekkingsgraad van het pensioenfonds (het vermogen van het pensioenfonds gedeeld door haar financiële verplichtingen) dit toelaat. Naar de stand van ultimo december 2013 is de dekkingsgraad van het pensioenfonds 109% (bron: http://www.pfzw.nl). In 2014 dient het pensioenfonds een dekkingsgraad te hebben van ten minste 105%. Het pensioenfonds verwacht hier aan te voldoen. De Amarant Groep heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij het pensioenfonds, anders dan het effect van hogere toekomstige premies. De Amarant Groep heeft daarom alleen de verschuldigde premies tot en met het einde van het boekjaar in de jaarrekening verantwoord. Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen (WNT) Voor de uitvoering van de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen in de semipublieke sector heeft de Amarant Groep zich gehouden aan de beleidsregel toepassing WNT. Momenteel is er nog onzekerheid vanwege het nog aannemen van de aanpassingen WNT door de Eerste Kamer. De Amarant Groep heeft de beleidsregels toepassing WNT als normenkader bij het opmaken van de jaarrekening gehanteerd. De aanpassingswet WNT, die onderdeel is van dit normenkader, is nog niet door de Eerste Kamer aangenomen, hetgeen kan leiden tot aanpassingen van de verstrekte informatie uit hoofde van de aanpassingswet WNT. De Amarant Groep heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid die het besluit d.d. 12 maart 2014 van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties geeft inzake de volledige openbaarmaking van interimfunctionarissen die geen topfunctie vervullen. Op basis van dit besluit kán en hoeft de Amarant Groep niet volledig te voldoen aan de verplichting voor openbaarmaking van deze functionarissen zoals voorgeschreven in artikel 4.2 lid 2c van de aanpassingswet WNT. Inhaalindex 2013 RJ655 Alinea 208 vraagt van zorginstellingen bij de vaststelling van het wettelijk budget voor aanvaardbare kosten rekening te houden met de definitieve indexering van de diverse componenten van het wettelijk budget voor aanvaardbare kosten (hierna: na-indexering) mits voldaan is aan de voorwaarden van RJ 270 De winst-en-verliesrekening. Deze na-indexering is binnen de huidige tariefstructuur niet eenduidig te documenteren, gegeven het feit dat voor de identificatie en de calculatie geen eenduidige en objectieve uitgangspunten beschikbaar zijn. Voor een berekening van de omvang van de na-indexering zijn dan ook geen heldere en objectieve uitgangspunten beschikbaar. Daardoor is de omvang van de post niet voldoende betrouwbaar vast te stellen. Stichting Amarant Groep heeft daarom de na-indexering niet verwerkt in de jaarrekening 2013. Overige De rechten en verplichtingen uit hoofde van meerjarige financiële contracten, zoals huurcontracten, operationele leasecontracten e.d. worden niet in de balans geactiveerd en gepassiveerd. De lasten, die hieruit voortvloeien, worden onder bedrijfslasten verantwoord. Als buitengewone baten en lasten worden baten en lasten opgenomen, die niet uit de gewone bedrijfsuitoefening voortvloeien. Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit liquide middelen onder aftrek van de kortlopende schulden aan kredietinstellingen. Ontvangen interest en betaalde interest worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Amarant Groep maakt geen gebruik van financiële leasing.
50
in dienst van mensen met een beperking
5.5 Toelichting op de balans 1. Materiële vaste activa
2013 €
2012 €
Bedrijfsgebouwen en terreinen Machines en installaties Andere vaste bedrijfsmiddelen, technische en administratieve uitrusting Materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa
147.819.221 14.798.120 10.221.833 11.544.344
138.967.315 13.966.263 11.096.286 12.657.945
Totaal materiële vaste activa
184.383.518
176.687.809
Het verloop van de materiële activa in het verslagjaar is als volgt weer te geven:
2013 €
2012 €
Boekwaarde per 1 januari Bij: investeringen * Af: bijzondere waardeminderingen impairment Af: afschrijvingen Af: afschrijvingen economisch Af: desinvesteringen * Af: overheveling naar financiële vaste activa Af: eenmalige aansluiting activa
176.687.809 23.483.318 14.542.950 -163.246 1.407.905
173.168.545 30.419.393 6.924.224 13.503.110 1.037.046 5.435.990
-
-241
Boekwaarde per 31 december
184.383.518
176.687.809
Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen bijzondere waardevermindering Cumulatieve afschrijvingen Cumulatieve afschrijvingen economisch
295.087.720 6.924.224 99.941.978 3.838.000
283.145.450 6.924.224 95.538.930 3.994.487
*Dit zijn de bedragen na eliminatie van in het boekjaar gereed gekomen projecten Voor een nadere specificatie van het verloop van de WTZi-vergunningplichtige vaste activa, de WTZi-meldingsplichtige vaste activa, de WMG-gefinancierde vaste activa, de extramuraal zonder WTZi-vergunningsplichtige vaste activa, de nietWTZi / WMG-gefinancierde vaste activa en de Kleinschalige Woonvoorzieningen per activagroep wordt verwezen naar 5.6 mutatieoverzicht materiële / financiële vaste activa. In toelichting 5.7 projecten in uitvoering is het overzicht opgenomen van de onderhanden en gereedgekomen projecten. 2. Financiële vaste activa
2013 €
2012 €
Overige vorderingen: Te verrekenen afschrijvingen inzake buiten gebruik gestelde materiële vaste activa
1.273.812
1.592.244
Totaal financiële vaste activa
1.273.812
1.592.244
Toelichting financiële vaste activa: - Te verrekenen afschrijvingen inzake buiten gebruik gestelde materiële vaste activa In 2011 is een aanvraag ingediend bij de NZa voor compensatie vaste activa voor locaties waarbij sprake is van leegstand of sloop. Daarnaast is voor het voormalig OCB een aanvraag goedgekeurd voor asbestverwijdering. De stand ultimo 2011 zal in zes jaar door de NZa in het budget van de Amarant Groep worden vergoed.
51
in dienst van mensen met een beperking
Het verloop van de financiële vaste activa is als volgt:
2013 €
Boekwaarde per 1 januari Bij: compensatieregeling vaste activa (asbestsanering) Af: ontvangen aflossing leningen Af: afschrijvingen
1.592.244
Boekwaarde per 31 december
1.273.812
3. Voorraden
2013 €
-318.432
Totaal voorraden
2012 € 1
1
4. Onderhanden werk uit hoofde van DBC's
2013 €
2012 €
Onderhanden werk DBC’s
1.433.556
1.157.897
Totaal onderhanden werk
1.433.556
1.157.897
2013 €
2012 €
Vorderingen op debiteuren Nog te factureren omzet DBC's Overige vorderingen
1.222.161 1.540.813 943.002
1.073.669 790.887 72.719
Totaal vorderingen
3.705.976
1.937.275
Vooruitbetaalde bedragen Nog te ontvangen bedragen Overige overlopende activa
1.113.539 1.047.864 1.547
1.132.828 68.254 1.402
Totaal overlopende activa:
2.162.950
1.202.484
Totaal vorderingen en overlopende activa
5.868.926
3.139.759
5. Vorderingen en overlopende activa
Toelichting vorderingen en overlopende activa: De voorziening dubieuze debiteuren is volgens de statische methode berekend. Op de vordering op debiteuren is een voorziening van oninbaarheid in mindering gebracht van € 130.000. In het voorgaande verslagjaar bedroeg de voorziening voor oninbaarheid € 509.000. Een vordering van € 250.000 is in 2013 volledig afgeboekt.
Toelichting nog te ontvangen bedragen: In 2012 is in deze post een bedrag van € -900.585 opgenomen in verband met subsidieverlening door het ministerie VWS.
52
in dienst van mensen met een beperking
6. Vorderingen uit hoofde van financieringstekort en/of schulden uit hoofde van financieringsoverschot Vorderingen uit hoofde van bekostiging:
2013
2012
€
€
1. Vorderingen uit hoofde van financieringstekort
3.203.478
5.309.665
Totaal vorderingen uit hoofde van bekostiging
3.203.478
5.309.665
2013
2012
€
€
1. Schulden uit hoofde van financieringsoverschot
1.665.807
1.724.337
Totaal schulden uit hoofde van bekostiging
1.665.807
1.724.337
Schulden uit hoofde van bekostiging:
2011 € Saldo per 1 januari
2012 €
2013 €
Totaal €
280.240
3.305.088
-
3.585.328
Financieringsverschil boekjaar Correcties voorgaande jaren Mogelijk oninbaar toch ontvangen Betalingen/ontvangsten
-46.594 51.544 -285.190
12.693 2.164.509 -5.978.003
2.033.384 -
2.033.384 -33.901 2.216.053 -6.263.193
Subtotaal mutatie boekjaar
-280.240
-3.800.801
2.033.384
-2.047.657
Saldo per 31 december
-
-495.713
2.033.384
1.537.671
Stadium van vaststelling (per erkenning): - Amarant West-Brabant - Amarant Midden-Brabant - Amarant Noordoost-Brabant - Amarant Zuidoost-Brabant - Idris West- en Zuidoost-Brabant - Idris Midden- en Noordoost-Brabant - NSWAC Zorgkantoor West-Brabant - NSWAC Zorgkantoor Zwolle - NSWAC Zorgkantoor Amsterdam/Utrecht
c c c c c c c c c
c c c c c c c c c
a a a a a a a nvt a
a= interne berekening b= overeenstemming met zorgverzekeraars c= definitieve vaststelling NZa
Waarvan gepresenteerd als: - vorderingen uit hoofde van financieringstekort - schulden uit hoofde van financieringsoverschot
53
2013 €
2012 €
3.203.478 1.665.807
5.309.665 1.724.337
1.537.671
3.585.328
in dienst van mensen met een beperking
2013 €
Specificatie financieringsverschil in het boekjaar (AWBZ) Wettelijk budget aanvaardbare kosten Af: ontvangen voorschotten Af: voorziening mogelijk oninbaar
2012 €
249.876.494 246.694.773 386.761
248.424.008 242.600.751 2.164.509
Subtotaal financieringsverschil AWBZ
2.794.960
4.058.748
Specificatie financieringsverschil in het boekjaar (GGZ)
2013 €
2012 €
Wettelijk budget aanvaardbare kosten Af: Ontvangen voorschotten Af: Mutatie onderhanden werk DBC’s Af: Mutatie nog te ontvangen bedragen DBC’s Af: Voorziening mogelijk oninbaar Af: Correctie voorgaande jaren
3.312.835 2.478.216 275.659 749.926 34.096
3.067.869 5.777.346 -257.902 -1.766.489 -200.000 10.626
Subtotaal financieringsverschil GGZ
-225.062
-495.713
Specificatie financieringsverschil in het boekjaar (Justitie)
2013 €
2012 €
Wettelijk budget aanvaardbare kosten Af: Ontvangen voorschotten
468.721 1.005.235
340.203 598.149
-536.514
-257.946
2.033.384
3.305.088
Subtotaal financieringsverschil Justitie Totaal financieringsverschil in het boekjaar
54
in dienst van mensen met een beperking
7. Liquide middelen
2013 €
2012 €
Bankrekeningen Kassen
21.383.424 195.196
13.508.571 198.988
Totaal liquide middelen
21.578.620
13.707.559
PASSIVA 8. Eigen vermogen 2013 €
Het eigen vermogen bestaat uit de volgende componenten:
2012 €
Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
304.553 54.620.367 950.590
304.553 53.651.765 950.590
Totaal eigen vermogen
55.875.510
54.906.908
Overige Mutaties €
Saldo per 31-12-2013 €
Kapitaal Saldo per 01-01-2013 €
Resultaatbestemming €
Kapitaal
304.553
-
-
304.553
Totaal kapitaal
304.553
-
-
304.553
Het verloop is als volgt weer te geven:
Saldo per 01-01-2013 €
Resultaatbestemming €
Overige Mutaties €
Saldo per 31-12-2013 €
Reserve aanvaardbare kosten: - RAK - Egalisatie instandhouding
38.031.244 -
1.960.231 -
-
39.991.475 -
Totaal reserve aanvaardbare kosten
38.031.244
1.960.231
-
39.991.475
2.226.231 6.796.541 2.237.999 1.566.250 2.793.500
959.150 -725.529 -606.750 -618.500
-
2.226.231 7.755.691 1.512.470 959.500 2.175.000
Totaal bestemmingsreserves
15.620.521
-991.629
-
14.628.892
Totaal collectief gefinancierd gebonden vermogen
53.651.765
968.602
-
54.620.367
Het verloop is als volgt weer te geven:
Collectief gefinancierd gebonden vermogen
Bestemmingsreserves: - Vastgoed en facilitaire zaken - Kleinschalige woonvormen - Doelgroepenbeleid/kwaliteit van zorg - Frictiekosten overgang historische - reële budgetten - Marktontwikkeling en innovatie
55
in dienst van mensen met een beperking
Toelichting collectief gefinancierd gebonden vermogen Reserve aanvaardbare kosten De reserve aanvaardbare kosten wordt gevormd uit dat deel van de exploitatieresultaten, waarop geen nacalculatie door de tariefbeoordelende instanties plaatsvindt. Exploitatie-overschotten worden toegevoegd aan deze reserve, terwijl tekorten aan de reserve worden onttrokken. Bestemmingsreserve Aan de bestemmingsreserves is in het verslagjaar een bedrag van Aan de bestemmingsreserves is in het verslagjaar een bedrag van
€ 959.150 € 1.950.779
gedoteerd. onttrokken.
Per saldo betreft dit een bedrag van € -991.629. Hieronder wordt uiteengezet waar de dotaties en onttrekkingen specifiek betrekking op hebben. -
-
Een dotatie aan de bestemmingsreserve voor Vastgoed en Facilitaire Zaken: € Toelichting: de bestemmingsreserve voor Vastgoed en Facilitaire Zaken is bestemd voor de bekostiging van groot onderhoud op grootschalige locaties. Een dotatie aan de bestemmingsreserve voor kleinschalige woonvormen: € 959.150 Toelichting: de bestemmingreserve voor kleinschalige woonvormen is bestemd voor toekomstige lasten voortvloeiend uit onderhoud en instandhouding van kleinschalige woonvoorzieningen.
De hierna genoemde bestemmingsreserves hebben een ander karakter. Vanuit de RVE’s is de mogelijkheid geboden bestemmingsreserves te vormen. Deze dienen te passen binnen de strategische doelstellingen van Amarant. Daarnaast moet aan een vijftal criteria zijn voldaan, te weten: 1. de projecten dienen een incidenteel karakter te hebben (een duidelijk begin- en einddoel) met meetbaar eindresultaat; 2. de projecten moeten uiteindelijk ingepast worden in het structurele kader; 3. er dient een tijdspad te zijn met tussentijdse mijlpalen en op te leveren producten: 4. er dient onderbouwing te zijn in zowel kwalitatieve als in kwantitatieve zin; 5. eventuele consequenties voor andere RVE’s dienen in kaart gebracht te zijn. -
-
-
Een onttrekking aan de bestemmingsreserve voor Doelgroepenbeleid/Kwaliteit van zorg: € 725.529 Toelichting: in de zorgregio's Midden- en West-Brabant zijn een aantal knelpunten in de gehandicaptenzorg te onderkennen. De Amarant Groep zal zich in de komende jaren inspannen om deze knelpunten op te lossen. Hierbij valt te denken aan het oplossen van de LVG-problematiek, ontwikkelen specifieke ouderenzorg, autismezorg, gedragsproblematiek en verdere uitbouw van de Amarant Wijkzorg/Familiezorg. Projecten die zijn opgenomen onder de bestemmingsreserve doelgroepenbeleid zijn onder andere: leerwerkklimaat LVG, leergang Wijkzorg, uitrol FIT-programma en het terugdringen van verzuim. Gerealiseerd uit deze middelen in 2013 zijn o.a. PR WMO gemeenten, AVG Down poli, verzuimbeleid en leertraject Wijkzorg. Een onttrekking aan de bestemmingsreserve voor Frictiekosten overgang van historische naar reële budgetten: € 606.750 Toelichting: het komende jaar zal door de Amarant Groep een aantal projecten worden uitgevoerd voor de herontwikkeling van diverse locaties en automatisering. Tijdens deze overgangsfase zullen fricties optreden tussen het huidige en toekomstige budget van deze locaties. Om deze frictie te ondervangen is een bestemmingsreserve gevormd. Binnen de bestemmingsreserve is een gedeelte van de taakstelling op vervoer opgenomen, waarop in 2014 nadere acties zullen worden uitgezet. Een onttrekking aan de bestemmingsreserve voor Marktontwikkeling en innovatie: € 618.500 Toelichting: door de modernisering van de AWBZ volgen de ontwikkelingen in de gehandicaptenzorg elkaar snel op. Daarnaast is er sprake van toenemende concurrentie binnen de AWBZ. Deze ontwikkeling vereist een vraaggestuurde en actieve benadering van de markt. Hiertoe zijn een drietal projectmanagers aangesteld op het gebied van: Wmo, stelselwijziging Kind en Jeugd en SGEVG. Verder zal in de komende jaren in het kader van de Wmo samenwerking worden gezocht met collega zorgaanbieders. Tevens zijn middelen gereserveerd voor een verbeterde positionering van de Amarant Groep. Ook wordt geïnvesteerd in Amarant 2.0 (diverse automatiseringsprojecten) en de ontwikkeling van nieuw zorgaanbod (FACT) in de regio Zuidoost-Brabant.
Niet collectief gefinancierd vrij vermogen Saldo per 01-01-2013 €
Resultaatbestemming €
Algemene reserve
950.590
-
-
950.590
Totaal kapitaal
950.590
-
-
950.590
Het verloop is als volgt weer te geven:
56
Overige Mutaties €
Saldo per 31-12-2013 €
in dienst van mensen met een beperking
9. Voorzieningen Het verloop is als volgt weer te geven:
Voorziening groot onderhoud Voorziening langdurig zieken Voorziening uitgestelde beloningen Voorziening persoonlijk budget levensfase Voorziening verlieslatende contracten Voorziening meerzorg (extreme zorgbehoefte) Voorziening voor reorganisatiekosten Totaal voorzieningen
Saldo per 01-01-2013 €
Dotatie
Onttrekking /Vrijval €
Saldo per 31-12-2013 €
1.822.564 1.194.051 2.221.629 9.118.436 3.920.195 230.000 139.487
800.000 870.816 419.084 4.420.423 482.313 50.000 10.970.172
1.822.564 988.093 209.953 488.520 339.195 230.000 120.727
800.000 1.076.774 2.430.760 13.050.339 4.063.313 50.000 10.988.932
18.646.362
18.012.808
4.199.052
32.460.118
€
Toelichting in welke mate (het totaal van) de voorzieningen als langlopend moeten worden beschouwd:
Kortlopend deel van de voorzieningen (< 1 jaar) Langlopend deel van de voorzieningen (> 1 jaar) Totaal voorzieningen
31-12-2013 € 7.887.234 24.572.884 32.460.118
Hiervan langlopend (> 5 jaar)
3.702.649
Voorziening groot onderhoud De stand van de voorziening groot onderhoud is bepaald op: € 800.000 Binnen de Amarant Groep is er een aantal grootschalige locaties, die momenteel niet voldoen aan de door de Amarant Groep en landelijke partijen gestelde kwaliteitsnormen. Voor groot onderhoud op deze locaties is een voorziening getroffen. Voorziening langdurig zieken De stand van de voorziening voor langdurig zieken is bepaald op: € 1.076.774 De voorziening is getroffen voor langdurig zieken € 914.573, waarvan in redelijkheid kan worden aangenomen dat de betreffende werknemers ziek blijven en te zijner tijd de WIA zullen instromen, waardoor de Amarant Groep verplicht is het salaris door te betalen. Hierbij is zowel het eerste jaar loondoorbetaling (100 %) als het tweede jaar loondoorbetaling (70 %) meegerekend. De verplichting is gewaardeerd tegen nominale waarde. De Amarant Groep is eigenrisicodrager voor de WIA-WGA en heeft het eigen risico verzekerd bij Allianz Inkomensverzekering tot en met 31-12-2011. Voor de medewerkers die niet meeverzekerd zijn is een voorziening getroffen van € 162.200. Vanaf 01-01-2012 is het eigen risico verzekerd bij De Amersfoortse. De niet meeverzekerde medewerkers zijn opgenomen in de polis bij De Amersfoortse waarvoor een hogere premie wordt betaald. De verplichting is gewaardeerd tegen nominale waarde (4 %). Voorziening uitgestelde beloningen De stand van de voorziening uitgestelde beloningen is bepaald op: € 2.430.760 De voorziening wordt gevormd voor toekomstige verplichtingen als gevolg van jubileumuitkeringen en OBU- en pensioenuitkeringen. Het betreft uitkeringen ten behoeve van 12,5 jarige jubilarissen, 25 jarige jubilarissen en 40 jarige jubilarissen, die conform CAO Gehandicaptenzorg recht hebben op een uitkering. Daarnaast hebben werknemers die met de OBU of met pensioen gaan conform de CAO Gehandicaptenzorg recht op een uitkering. De verplichting is gewaardeerd tegen contante waarde (4 %) Voorziening persoonlijk budget levensfase De stand van de voorziening persoonlijk budget levensfase (PBL) is bepaald op: € 13.050.339 Vanaf 2009 is het persoonlijk budget levensfase opgenomen in de CAO Gehandicaptenzorg. De voorziening is als volgt uit te splitsen: Voor de openstaande PBL-uren per 31-12-2013 is een voorziening getroffen van € 11.463.696 . Voor de medewerkers in de leeftijd van 45-49 op peildatum 31-12-2009 is een voorziening getroffen van € 1.586.643. In de CAO is voor deze groep medewerkers een overgangsregeling opgenomen. Deze medewerkers hebben extra verlofrechten toegekend gekregen. De Amarant Groep heeft de verplichting om bij opname van de verlofrechten het loon door te betalen aan de medewerkers. De verplichting is gewaardeerd tegen contante waarde (4 %) Voorziening verlieslatende contracten In 2013 is de voorziening verlieslatende contracten bepaald op: € 4.063.313 Deze voorziening heeft betrekking op kleinschalige huurlocaties, waarbij de toekomstige NHC-financiering of de maximale huur bij overheveling naar Gemeenten van ZZP 1VG tot en 3VG niet toereikend is voor de financiering van de huisvestingslasten van deze locaties. De toekomstige verliezen uit deze contracten worden reeds genomen in 2013. De voorziening zal in de komende jaren vrijvallen om deze meerkosten te kunnen bekostigen.
57
in dienst van mensen met een beperking
Voorziening meerzorg (extreme zorgbehoefte) In 2013 is de voorziening meerzorg bepaald op € 50.000. Jaarlijks wordt door het CCE een toetsing uitgevoerd op het budget meerzorg van cliënten. Veelal zijn de resultaten van deze toetsing pas in de loop van het jaar bekend. Om te garanderen dat de cliënten reeds aan het begin van het jaar de gewenste zorg kunnen ontvangen is een voorziening gevormd. Mocht bij de toetsing blijken dat voor bepaalde cliënten de meerzorg zorg niet wordt gehonoreerd door het CCE, dan kan de niet vergoedde personeelsinzet worden bekostigd vanuit de voorziening meerzorg. De voorziening meerzorg is gewaardeerd tegen nominale waarde. Voorziening voor reorganisatiekosten In 2013 is de voorziening reorganisatiekosten bepaald op € 10.988.932. Voor berekening van de reorganisatievoorziening is uitgegaan van de gevolgen van het regeerakkoord ‘Bruggen Slaan’ en de hierop aansluitende hoofdlijnenbrief van VWS. De totale gevolgen voor de periode 2014-2017 bedragen € 26,1 miljoen. Voor de bezuiniging in formatie is voor de bezuinigingen binnen de Wmo uitgegaan van het feit dat de bezuiniging voor 100% in formatie zal plaatsvinden. Voor de overige stelselwijzigingen (Jeugdwet en Kern-AWBZ) is ervan uitgegaan dat de bezuiniging voor 68% in personele kosten zal plaatsvinden en 32% in materiële kosten.
10. Langlopende schulden
2013 €
2012 €
Schulden aan kredietinstellingen
83.838.318
66.863.416
Totaal langlopende schulden
83.838.318
66.863.416
2013 €
Het verloop is als volgt weer te geven:
2012 €
Stand per 1 januari Bij: nieuwe leningen Af: vervroegde aflossingen Af: aflossingen
85.099.667 23.172.253 14.629.946 5.705.912
91.661.208 3.913.854 5.865.109 4.610.286
Stand per 31 december
87.936.062
85.099.667
4.097.744
18.236.251
83.838.318
66.863.416
Af: aflossingsverplichting komend boekjaar Stand langlopende schulden per 31 december
Toelichting in welke mate (het totaal van) de langlopende schulden als langlopend moeten worden beschouwd: Kortlopend deel van de langlopende schulden (< 1 jaar), aflossingsverplichtingen Langlopend deel van de langlopende schulden (> 1 jaar) (balanspost) Hiervan langlopend (> 5 jaar)
4.097.744 83.838.318 69.564.717
18.236.251 66.863.416 54.766.169
Voor een nadere toelichting op de langlopende schulden wordt verwezen naar de bijlage 5.8 overzicht langlopende leningen. De aflossingsverplichtingen zijn verantwoord onder de kortlopende schulden. De volgende zekerheden zijn aan de Rabobank verstrekt: Rabobank: verpanding vorderingen betreffende naverrekening en vorderingen op derden, uit hoofde van exploitatiekrediet en investeringsfaciliteit. Waarborgfonds voor de Zorgsector: garantie Wfz, een positieve en negatieve hypotheekverklaring uit hoofde van investeringsfaciliteit. In 2013 is een hypotheek verstrekt over de totale onroerende goederen aan de Rabobank, Wfz en Provincie Noord-Brabant in verband met een nieuwe ongeborgde lening.
58
in dienst van mensen met een beperking
11. Kortlopende schulden en overlopende passiva
2013 €
Schulden aan kredietinstellingen Crediteuren Aflossingsverplichtingen langlopende leningen Belastingen en sociale premies Schulden terzake pensioenen Nog te betalen salarissen Overige schulden: - Teveel ontvangen subsidie Provincie - Overige schulden
5.672.525 4.097.744 7.500.319 2.560.099 168.482
1.181.056 8.281.589 18.236.251 6.777.349 1.479.144 88.006
233.842 3.092.778
67.500 2.648.106
23.325.789
38.759.001
Totaal kortlopende schulden
2012 €
2013 €
2012 €
9.721.423 5.970.037 2.560.713 1.878.264 445.932
8.413.029 5.724.076 3.078.447 3.469.012 10.346
Totaal overlopende passiva
20.576.369
20.694.910
Totaal kortlopende schulden en overlopende passiva
43.902.158
59.453.911
Overlopende passiva: Nog te betalen kosten Vakantiegeld Vakantiedagen Vooruitontvangen opbrengsten Overige passiva
De kredietfaciliteit van de Stichting Amarant Groep bij de Rabobank voor bouwprojecten is in 2013 afgelost. Het rekening-courantkrediet bij de Rabobank ter financiering van het werkkapitaal bedraagt € 15.000.000. Naast de bovenstaande kredietfaciliteiten bedroeg de stand van de faciliteit kasgeldleningen op balansdatum € 5.000.000.
12. Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Ultimo verslagjaar bestaan de volgende verplichtingen (op jaarbasis) uit hoofde van: Erfpacht-, huur- en leasecontracten van € 11.752.625 -
Obligoverplichting Waarborgfonds (WfZ) € 2.030.564 Dit bedrag heeft betrekking op de leningen die afgesloten zijn met zekerheid van het Waarborgfonds. Het Waarborgfonds heeft als zekerheid ingebouwd dat, indien het in financiële problemen komt, de deelnemers 3 % van de geborgde leningen als renteloze lening dienen te verstrekken aan het Waarborgfonds. Het totaal van de geborgde leningen bij het Waarborgfonds per einde verslagjaar bedraagt € 67.685.451.
-
Verplichting bouwprojecten € 3.891.215 Dit bedrag heeft betrekking op aangegane verplichtingen inzake bouwprojecten. Met aannemers zijn reeds financiële verplichtingen die in een later stadium gefactureerd zullen worden.
-
Persoonlijk budget levensfase € 12.105.000 Dit bedrag heeft - voor de Amarant Groep - op de overgangsregeling van het persoonlijk budget levensfase voor de medewerkers van 50 jaar en ouder. Het betreft de verplichting om loondoorbetaling bij opname van de extra verlofuren. Voor NSWAC is voor 2013 hiervoor € 226.063 opgenomen onder de voorziening.
De afgegeven bankgaranties betreffen: - Bankgarantie t.b.v. F.J.M. van de Pol (1995) - Bankgarantie t.b.v. Coöperatie Rabobank B.A. (1998) - Bankgarantie t.b.v. Woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda (1999) - Bankgarantie t.b.v. Segbregts Belegging en Beheer B.V. (2002) - Bankgarantie t.b.v. Nationaal Grondbezit B.V. (2010) - Bankgarantie t.b.v. Nationaal Grondbezit B.V. (2010) - Bankgarantie t.b.v. Nationaal Grondbezit B.V. (2012) - Bankgarantie t.b.v. SB&O B.V. (2011) - Bankgarantie t.b.v. De Ark Helmond B.V.
59
€ € € € € € € € €
7.397 68.067 9.270 8.508 66.000 21.500 21.300 15.000 7.500
in dienst van mensen met een beperking
Mutatieoverzicht materiële / financiële vaste activa 5.6.1 WTZi-vergunningplichtige materiële vaste activa Terreinvoorzieningen
Grond
Afschrijvingspercentage NZa Afschrijvingspercentage economisch
Gebouwen
Verbouwingen
Installaties
Bouwrente
Aanloopkosten
Onderhanden projecten 1)
SUBTOTAAL WTZiVERGUNNING
TOTAAL MATERIËLE VASTE ACTIVA
60
n.v.t. n.v.t.
5,00% 5,00%
2,00% 2,50%
5,00% 5,00%
5,00% 6,70%
2,50% 2,50%
2,50% 2,50%
n.v.t. n.v.t.
Stand per 1 januari 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
5.880.557 0 0 0
8.896.311 49.956 5.820.659 0
76.202.150 1.629.587 23.006.812 1.001.503
10.412.756 504.856 4.285.017 625.609
24.799.674 34.861 11.585.855 1.376.911
1.937.868 24.837 1.211.032 -
2.805.632 22.121 1.591.854 -
2.769.368 -
133.704.314 2.266.218 47.501.230 3.004.026
283.145.450 6.924.224 95.538.930 3.994.487
Boekwaarde per 1 januari 2013
5.880.557
3.025.693
50.564.248
4.997.274
11.802.047
701.998
1.191.657
2.769.368
80.932.840
176.687.809
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen NZa - afschrijvingen economische levensduur
112.176 -
257.055 418.235 43.363-
2.990.291 1.567.122 362.278
4.688.622 1.155.106 484.941-
2.154.936 1.285.500 20.733-
45.766 10.625-
114.650 9.458-
8.963.060 -
19.166.140 4.586.378 -206.842
44.607.522 14.542.950 -163.246
- terugname geheel afgeschreven activa aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch
-
611.519 611.519 -
208.721 208.721 -
-
1.661.879 1.661.879 -
-
-
-
2.482.119 2.482.119 -
8.600.684 8.600.684 -
- desinvesteringen aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch per saldo
99.320 99.320
-
183.149 137.172 45.978
-
-
34.015 25.276 8.739
-
10.203.080 10.203.080
10.519.565 162.447 10.357.118
24.064.569 1.539.219 -6.758 22.532.108
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
12.856
117.817-
1.014.913
4.018.457
890.169
-43.880
-105.192
-1.240.020
4.429.486
7.695.710
Stand per 31 december 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
5.893.412 -
8.541.846 49.956 5.627.375 43.363-
78.800.570 1.629.587 24.228.041 1.363.781
15.101.378 504.856 5.440.123 140.668
25.292.731 34.861 11.209.477 1.356.179
1.903.853 24.837 1.231.522 10.625-
2.805.632 22.121 1.706.504 9.458-
1.529.348 -
139.868.770 2.266.218 49.443.042 2.797.185
295.087.720 6.924.224 99.941.978 3.838.000
Boekwaarde per 31 december 2013
5.893.412
2.907.879
51.579.161
9.015.731
12.692.214
658.119
1.086.466
1.529.348
85.362.326
184.383.517
1) Per 01-01-2013 heeft een overheveling plaatsgevonden van projecten 2039, 2026, 2037, 2068, 991, 2076, 2064, 2067, 2071, 2085, 2098 van WTZi-meldingsplichtig naar WTZi-vergunningsplichtig € 689.349. Per 01-01-2013 heeft een overheveling plaatsgevonden van project 2054 van kleinschalig naar WTZi-vergunningsplichtig € 71.028 en project 2051 van extramuraal naar WTZi-vergunningsplichtig € 509.901.
5.6.2 WTZi-meldingsplichtige vaste activa Trekkingsrechten
Afschrijvingspercentage NZa Afschrijvingspercentage economisch
Instandhouding
Subtotaal
5,00% 10,00%
Onderhanden projecten 1)
Subtotaal
10,00% 10,00%
n.v.t. n.v.t.
SUBTOTAAL WTZi-MELDING
61
Stand per 1 januari 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
4.814.651 2.156.784 1.333.282
4.814.651 2.156.784 1.333.282
15.293.511 187.588 8.020.491 11
247.388 -
15.540.899 187.588 8.020.491 11
20.355.550 187.588 10.177.275 1.333.293
Boekwaarde per 1 januari 2013
1.324.585
1.324.585
7.085.421
247.388
7.332.809
8.657.394
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen NZa - afschrijvingen economische levensduur
240.733 511.761
240.733 511.761
474.854 1.452.715 72.735-
253.006 -
727.860 1.452.715 -72.735
727.860 1.693.447 439.026
- terugname geheel afgeschreven activa aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch
-
-
434.723 434.723 -
-
434.723 434.723 -
434.723 434.723 -
- desinvesteringen aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch per saldo
-
-
11.910 5.126 6.784
474.854 474.854
486.764 5.126 481.638
486.764 5.126 481.638
-752.493
-752.493
-911.910
-221.848
-1.133.758
-1.886.251
4.814.651 2.397.517 1.845.043
4.814.651 2.397.517 1.845.043
15.321.732 187.588 9.033.357 72.724-
25.540 -
15.347.272 187.588 9.033.357 72.724-
20.161.923 187.588 11.430.873 1.772.319
572.092
572.092
6.173.511
25.540
6.199.051
6.771.143
Mutaties in boekwaarde (per saldo) Stand per 31 december 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch Boekwaarde per 31 december 2013
1) Per 01-01-2013 heeft een overheveling plaatsgevonden van projecten 2039, 2026, 2037, 2068, 991, 2076, 2064, 2067, 2071, 2085, 2098 van WTZi-meldingsplichtig naar WTZi-vergunningsplichtig € 689.349. Per 01-01-2013 heeft een overheveling plaatsgevonden van projecten 2067 en 2098 van kleinschalig naar WTZi-meldingsplichtig € 75.786. Per 01-01-2013 heeft een overheveling plaatsgevonden van project 2046 van extramuraal naar WTZi-meldingsplichtig € 205.816.
5.6.3 WMG-gefinancierde vaste activa
Verbouwing
Afschrijvingspercentage NZa/economisch
Inventaris
Vervoermiddelen
SUBTOTAAL WMG
Automatisering
5,0%
10,0% of 14,29%
20,00%
20,00% / 33,33%
84.802
20.959.890 11.771.005 -
636.592 362.574 -
2.989.655 1.937.709 -
24.670.939 14.088.248 -
9.188.885
274.019
1.051.946
10.582.691
2.130.494 2.805.069 -
318.493 165.787 -
607.677 749.311 -
3.056.664 3.731.474 -
- terugname geheel afgeschreven activa Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. Cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch
4.084.645 4.084.645 -
68.304 68.304 -
557.553 557.553 -
4.710.502 4.710.502 -
- desinvesteringen Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch per saldo
58.181 8.456 49.725
35.209 27.742 7.467
-
93.390 36.198 57.192
-11.307
-724.300
145.239
-141.634
-732.002
84.802
18.947.558 10.482.973 -
851.572 432.315 -
3.039.779 2.129.467 -
22.923.711 13.073.022 -
8.464.585
419.257
910.312
9.850.689
Stand per 1 januari 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch Boekwaarde per 1 januari 2013 Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen NZa - afschrijvingen economische levensduur
62
Mutaties in boekwaarde (per saldo) Stand per 31 december 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch Boekwaarde per 31 december 2013
16.960
67.842
11.307
28.267
56.535
5.6.4 Kleinschalige Woonvoorzieningen Verbouwingen
Installaties
n.v.t. n.v.t.
5,00% 5,00%
2,50% 3,30%
5,00% 10,00%
5,00% 6,70%
10,00% 10,00%
2,50% 100,00%
14,29% 14,29%
33,33% 33,33%
2,50% 100,00%
n.v.t. n.v.t.
Stand per 1 januari 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
13.868.545 124.346 -
365.331 194.364 -
50.059.091 3.998.423 11.332.911 537.539-
10.212.795 471.995 5.556.308 4.417-
4.379.771 2.291.187 167.575
4.166.390 1.547.672 -
62.099 34.126 27.973
1.227.147 654.270 -
20.033 11.473 -
268.530 157.371 -
9.396.788 -
94.026.520 4.470.418 21.904.028 -346.408
Boekwaarde per 1 januari 2013
13.744.199
170.967
35.265.296
4.188.909
1.921.009
2.618.718
-
572.877
8.560
111.159
9.396.788
67.998.482
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen NZa - afschrijvingen economische levensduur
114.011 -
28.821 -
5.209.936 1.580.901 455.299-
138.520 954.017 19.346-
14.344 303.920 53.342
2.196.609 690.691 -
1.552 1.552-
111.913 261.858 -
2.102 5.915 -
17.534 128.693 -
7.934.420 -
15.739.389 3.956.369 -422.855
- terugname geheel afgeschreven activa Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch
-
3.601 3.601 -
32.782 32.782 -
245.079 245.079 -
136.746 136.746 -
325.194 325.194 -
-
36.999 36.999 -
5.394 5.394 -
-
-
785.795 785.795 -
- desinvesteringen Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch
386.723 -
-
1.504.309 739.780 7.170-
602.382 580.927 -
6.145 2.930 411
19.022 11.812 -
-
-
-
-
7.388.917 -
9.907.498 0 1.335.448 -6.758
-
771.699
21.456
2.804
7.210
-
-
-
-
7.388.917
8.578.808
-149.945
-3.813
-111.159
-272.712
-28.821
3.312.635
-817.607
-345.722
1.498.708
-
545.503
3.627.067
Stand per 31 december 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
13.595.833 124.346 -
361.730 219.584 -
53.731.936 3.998.423 12.141.250 985.668-
9.503.854 471.995 5.684.320 23.763-
4.251.224 2.455.431 220.506
6.018.782 1.901.357 -
62.099 35.678 26.421
1.302.061 879.129 -
16.741 11.994 -
286.064 286.064 -
9.942.292 -
99.072.615 4.470.418 23.739.153 762.505-
Boekwaarde per 31 december 2013
13.471.487
142.146
38.577.931
3.371.302
1.575.287
4.117.426
-
422.932
4.747
-
9.942.292
71.625.549
63
per saldo Mutaties in boekwaarde (per saldo)
386.723
Bouwrente
Automatisering
Inventaris
Aanloopkosten
SUBTOTAAL KLEINSCHALIG
Gebouwen
Afschrijvingspercentage NZa Afschrijvingspercentage economisch
Instandhouding
Onderhanden projecten 1)
Terreinvoorzieningen
Grond
1) Per 01-01-2013 heeft een overheveling plaatsgevonden van project 2091 van extramuraal naar Kleinschalig € 2.120 en van project 2054 van kleinschalig naar WTZi-vergunningsplichtig € 71.028. Per 01-01-2013 heeft een overheveling plaatsgevonden van projecten 2067 en 2098 van kleinschalig naar WTZi-meldingsplichtig € 75.786.
5.6.5 Extramuraal zonder WTZi-vergunning, niet-WTZi- en WMG-gefinancierde materiële vaste activa
Afschrijvingspercentage NZa Afschrijvingspercentage economisch Stand per 1 januari 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch
64
- terugname geheel afgeschreven activa Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch - desinvesteringen Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch per saldo
Mutaties in boekwaarde (per saldo) Stand per 31 december 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch Boekwaarde per 31 december 2013
Terreinvoorzieningen
Gebouwen
Verbouwingen
Installaties
Onderhanden projecten 1)
n.v.t. n.v.t.
5,00% 5,00%
2,50% 2,50%
10,00% 10,00%
10,00% 10,00%
n.v.t. n.v.t.
1.974.700 -
58.739 22.859 20-
5.063.663 1.011.184 2.690
2.394.734 512.857
-
Boekwaarde per 1 januari 2013 Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen - afschrijvingen bouwimpuls
Grond
423.351 179.231 906
-
SUBTOTAAL EXTRAMURAAL
244.400 -
10.159.587 1.726.131 3.576
SUBTOTAAL NIET-WTZi / WMG
Verbouwingen
228.540 142.018 -
-
228.540 142.018 -
1.974.700
35.900
4.049.789
1.881.877
243.214
244.400
8.429.880
86.522
86.522
750.000 -
9.112 6.329 -
1.951.120 304.061 21.187
199.309 -
347.120 53.468 6.238
2.860.117 -
5.917.469 563.168 27.425
12.114 -
12.114 -
-
-
-
-
110.553 110.553 -
25.630 25.630
51.361 51.361
-
187.544 187.544 -
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
3.057.352 -
-
-
-
-
-
750.000
2.782
1.625.872
-199.309
2.724.700 -
67.851 29.188 20-
6.904.230 1.204.692 23.877
2.369.104 686.536 -
-
-
-
3.057.352 -
-
3.057.352
3.057.352
-
-
287.414
-197.235
2.269.524
12.114-
12.114-
719.110 181.338 7.144
47.165 -
12.832.160 2.101.755 31.001
228.540 154.132 -
228.540 154.132
2.724.700
38.682
5.675.661
1.682.568
-
530.628
47.165
-
10.699.404
74.408
74.408
1) Per 01-01-2013 heeft een overheveling plaatsgevonden van project 2051 van extramuraal naar WTZi-vergunningsplichtig € 509.901, van project 2046 van extramuraal naar WTZi-meldingsplichtig € 205.816 en van project 2091 van extramuraal naar Kleinschalig € 2.120.
5.6.6 Financiële vaste activa Terreinvoorzieningen
Grond
Afschrijvingspercentage NZa Afschrijvingspercentage economisch
Gebouwen
Verbouwingen
Installaties
Instandhouding
Bouwrente
Aanloopkosten
TOTAAL FINANCIËLE VASTE ACTIVA
65
n.v.t. n.v.t.
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
Stand per 1 januari 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen
-
61.592 41.871
4.666.652 3.650.129
907.079 541.229
292.959 202.934
48.827 22.920
114.169 86.958
136.465 89.458
6.227.743 4.635.499
Boekwaarde per 1 januari 2013
-
19.721
1.016.523
365.850
90.025
25.907
27.211
47.007
1.592.244
-
3.945
203.306
73.172
18.004
5.181
5.442
9.403
318.454
-
-
-
-
-
-
-
21-
21 -
- terugname geheel afgeschreven activa Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen
-
-
-
-
-
-
-
-
-
- desinvesteringen Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen per saldo
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
-
3.945-
203.306-
73.172-
18.004-
5.181-
5.442-
-9.382
-318.432
Stand per 31 december 2013 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen
-
61.592 45.816
4.666.652 3.853.435
907.079 614.401
292.959 220.937
48.827 28.102
114.169 92.401
136.465 98.839
6.227.743 4.953.928
Boekwaarde per 31 december 2013
-
15.776
813.217
292.678
70.022
20.725
21.768
37.626
1.273.812
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen afschrijvingen economische levensduur
5.7 Projecten in uitvoering en mutaties in het verslagjaar Projectgegevens
Investeringen
66
Nr.
Briefnr.
Datum
Omschrijving
WTZi-type
939 2046 2094 2096 2116 2118 2121 2126 2127 2135 2136 2138 2139 2141 2143 2145 2146
LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP LTHP
Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding Interne melding
Bredaseweg 570, Tilburg Limburg Stirumlaan, Tilburg Leuvenaarstraat 82, Breda Bredaseweg 570, Tilburg Horensialaan 87, Helmond Spijkerstraat 3, Tilburg Lagestraat 8, Rijsbergen Gasthuisstraat 18, Oisterwijk Nieuwe Rielseweg 39a, Goirle Floralaan, Tilburg CV-ketels, Diverse gemeenten Betuwestraat 1, Tilburg Winkellaan 6, Tilburg Hoogteparcours, Tilburg Boerderijstraat 14, Tilburg Bredaseweg 412, Tilburg Rugdijk 5, Tilburg Subtotaal WZV-melding
WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding WZV-melding
t/m 2012
€ 22.212 205.816 12.100 7.260 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 247.388
2013
€ 3.328 19.000 -12.100 -7.260 16.286 12.100 7.649 36.332 51.531 17.456 4.167 18.177 6.978 12.700 6.771 8.873 51.018 253.006
Goedkeuringen
t/m 2013 Gereed Onderhanden
€
€ 0 224.816 0 0 16.286 12.100 7.649 36.332 51.531 17.456 4.167 18.177 6.978 12.700 6.771 8.873 51.018 474.854
25.540 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 25.540
Nominaal bedrag WTZi € 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 -
Indexering WTZi
Aangepaste goedkeuring
€
€ 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 -
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 -
Projectgegevens Nr.
67
244 916 981 989 991 993 994 2010 2025 2026 2037 2039 2044 2051 2054 2056 2064 2065 2067 2068 2071 2075 2076 2085 2098 2107 2108 2117 2119 2123 2125 2128 2129 2131 2136 2140 2147 2149 2151 2153 2155 2159 2164 2166
Investeringen
Briefnr.
Datum
Omschrijving
WTZi-type
D07151 Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning
28-9-2007 nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt
Herstructurering, Rijsbergen Herontwikkeling Leijkakker, Rijsbergen Frans Siemerpad 24, Tilburg Bredaseweg 375 DC, Tilburg Winkellaan 1, Tilburg Hamerstraat 2, Tilburg Pannenstraat 5, Tilburg Leijakker, Rijsbergen Leijakker, Rijsbergen Leijakkerplein combisteam, Rijsbergen Inspectie Zwembaden, Tilburg Dorpshuis, Rijsbergen Laguitensebaan, Rijsbergen Bredaseweg 371, Tilburg Middellaan 333-335, Breda Bredaseweg 570, Tilburg D. de Brouwerpark, Tilburg MMC Idris, West-Brabant Idris, Roosendaal Bredaseweg 375, Tilburg Torenplein 2, Tilburg Torenplein 3, Tilburg Torenplein 3, Winkellaan 1, Tilburg Winkellaan 3, Tilburg Leuvenaarstraat, Breda Laguitensebaan, Rijsbergen Bredaseweg 373, Tilburg Bredaseweg 375, Tilburg Pannenstraat 6, Tilburg Boerderijstraat 9, Tilburg Bredaseweg 570, Tilburg Floralaan, Tilburg Boerderijstraat 1, Tilburg Slot Loevesteinstraat 28, Tilburg CV-ketels, Diverse gemeenten Gouwberg 13-15, Rijsbergen Afzonderingsruimtes, Tilburg Spie 17, Tilburg Bredaseweg 373b, Tilburg Ringbaan West 225, Tilburg Winkellaan 4, Tilburg Leijakkerplein 4, Rijsbergen Middellaan 337, Breda Pannenstraat 2, Tilburg Subtotaal WZV-vergunning - extramuraal vergunning
WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning WZV-vergunning
t/m 2012
€ 352.087 20.046 64.741 124.754 33.073 19.303 27.672 0 0 53.889 58.744 355.433 316.094 509.901 71.028 0 86.046 574.393 39.120 250 56.910 0 -31.290 508 36.666 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 2.769.368
2013
€ 5.265.444 4.141 256.092 265.186 800.417 0 3.650 0 24.313 64.366 24.077 280.874 96.864 379.665 6.578 1.013 102.420 0 3.900 399.674 6.822 124.571 45.957 42.892 96.337 40.762 22.149 929 37.335 13.776 0 18.194 12.421 64.569 22.153 27.062 10.473 299.870 58.198 17.292 284 412 21.246 681 8.963.060
Goedkeuringen
t/m 2013 Gereed Onderhanden
€ 5.617.531 0 0 389.939 833.489 0 0 0 24.313 118.255 82.821 636.307 0 889.566 77.606 0 188.466 0 43.020 399.924 63.733 124.571 14.667 43.399 133.004 0 22.149 0 37.335 0 0 18.194 0 64.569 22.153 0 0 299.870 58.198 0 0 0 0 0 10.203.080
€ 0 24.187 320.833 0 0 19.303 31.321 0 0 0 0 0 412.958 0 0 1.013 0 574.393 0 0 0 0 0 0 0 40.762 0 929 0 13.776 0 0 12.421 0 0 27.062 10.473 0 0 17.292 284 412 21.246 681 1.529.348
Nominaal bedrag WTZi € 16.641.814
16.641.814
Indexering WTZi €
Aangepaste goedkeuring € 16.641.814
0
16.641.814
Projectgegevens Nr.
68
610 709 757 802 830 880 903 906 927 928 982 986 2025 2026 2034 2041 2047 2052 2053 2062 2066 2072 2073 2082 2083 2086 2089 2091 2092 2093 2100 2104 2105 2120 2124 2132 2136 2137 2142 2144 2148 2150 2167
Briefnr.
Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig
Datum
nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt
Omschrijving
Kaaistraat, Sint Willebrord Viveslaan appartementen, Breda Tilburgseweg 123-02, Goirle Molenstraat 98-98, Zundert Kerkstraat, Etten-Leur Bredaseweg 20, Chaam Pastoor van Beurdenstraat, Tilburg Mahlerstraat 95, Tilburg Veldhovenring 79, Tilburg Jacob Catssingel 14, Breda Leuvenaarstraat, Breda Bijsterveldenlaan 7-9, Tilburg Bredaseweg 410, Tilburg Combisteamers, diverse gemeenten IJssellaan 1, Bergen op Zoom Populierlaan, Bergen op Zoom Wethouder van Dijklaan, Dorst Enschotsestraat, Tilburg Sperwerstraat, Oosterhout Spaarnwoudelaan, Tilburg Idris, Rijen Beneluxlaan, Rijen Brabantialaan, Waalre Kalverstraat, Goirle Schaepmanstraat, Goirle Meijerij 24-26, Riel Schuilenburg, Breda Tamboerijn, Etten-leur Erf 24-26, Gemert Theresiaplein, Tilburg Kapelstraat 16-18, Etten-Leur Zouavenlaan 2-4, Tilburg Kasterenlaan 30, Tilburg Kasteellaan 25, Etten-Leur Minckelersstraat, Breda Bradfordstraat, Putte Ketelvernieuwing, Diverse gemeenten Zilvermeeuw, Etten-Leur Laarstraat 48, Tilburg Kasterenlaan 30, Tilburg Generaal de Kockstraat 4-6, Tilburg Zuringveld, Teteringen Kreitsberg 14, Zeeland Subtotaal Kleinschalig
Investeringen WTZi-type
Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig
t/m 2012
2013
€
€
Goedkeuringen
t/m 2013 Gereed Onderhanden
€
€
Nominaal bedrag WTZi €
Indexering WTZi
Aangepaste goedkeuring
€
€
4.425 353.215 41.274 940.497 168.672 2.068.713 126.589 2.234.796 2.283.329 8.698 143.520 226.650 18.884 0 185.447 0 295.354 0 1.404 34.931 41.978 147.436 7.140 0 0 976 0 2.120 44.825 10.997 4.917 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
127.341 11.197 66.884 1.654.917 5.546 292.086 14.850 701.450 2.340.704 46.684 674.423 9.836 116.290 76.742 17.809 0 119.532 141.678 0 9.962 4.200 468.560 -7.140 35.847 12.817 1.168 20.370 23.573 4.400 77.305 140.802 64.091 13.606 17.940 34.095 70.708 19.875 332.174 25.832 128.616 13.044 4.351 252
0 0 0 0 174.218 2.360.800 141.439 2.936.246 0 0 0 236.487 135.174 76.742 203.257 0 0 141.678 0 44.893 46.178 0 0 35.847 12.817 0 20.370 25.693 49.225 0 145.718 64.091 13.606 17.940 0 0 19.875 332.174 25.832 128.616
131.766 364.413 108.158 2.595.414 0 0 0 0 4.624.034 55.382 817.944 0 0 0 0 0 414.886 0 1.404 0 0 615.996 0 0 0 2.144 0 0 0 88.302 0 0 0 0 34.095 70.708 0 0 0 0 13.044 4.351 252
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
9.396.788
7.934.420
7.388.917
9.942.292
-
-
-
Projectgegevens Nr.
2024 2027 2079 2081 2102 2106 2134 2156 2157 2158 2160
Briefnr.
Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal
Datum
nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt
Investeringen
Omschrijving
WTZi-type
Veiligheid dagbesteding buiten centrumloc. Egeldonkstraat, Zundert Oostende 100, Helmond Doenradestraat 50, Breda Kantoor Helmond Oude Rielsebaan, Tilburg Tilburgseweg 209, Goirle Brouwerspad 11a, Zeeland Wethouder van Eschstraat 175, Oss Gezellelaan 11, Breda Princentuin 2a, Breda Subtotaal vergunning
Extramuraal
zonder
TOTAAL PROJECTEN IN UITVOERING
Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal
t/m 2012
2013
€
€
Goedkeuringen
t/m 2013 Gereed Onderhanden
€
€
Nominaal bedrag WTZi €
Aangepaste goedkeuring
€
€
21.378 2.447 3.213 207.500 9.862 -
-21.378 -2.447 0 2.849.852 -9.862 0 11.170 13.695 26.858 -11.431 3.660
0 0 0 3.057.352 0 0 0 0 0 0 0
0 0 3.213 0 0 0 11.170 13.695 26.858 -11.431 3.660
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
244.400
2.860.117
3.057.352
47.165
-
-
-
12.657.944
20.010.603
21.124.203
11.544.344
16.641.814
0
16.641.814
69 RECAPITULATIE WTZi-Meldingsplichtige investeringen Kleinschalige investeringen WTZi-Vergunningsplichtige investeringen Extramuraal zonder WTZi-vergunning Totaal
Indexering WTZi
t/m 2012 247.388 9.396.788 2.769.368 244.400 12.657.944
2013 253.006 7.934.420 8.963.060 2.860.117 20.010.603
Gereed
T/m 2013 Onderhanden
474.854 7.388.917 10.203.080 3.057.352 21.124.203
25.540 9.942.292 1.529.348 47.165 11.544.344
5.7.1 Specificatie van in het boekjaar gereedgekomen projecten Activa
Investeringen Kleinschalig
WTZi €
Grond Terreinvoorzieningen Gebouwen Instandhouding Verbouwingen Installaties Aanloopkosten Totaal
€ 112.176 257.055 2.990.291 106.990 4.688.622 2.154.936 10.310.070
114.011 5.183.035 2.091.871 7.388.917
Overige
Totaal
€
€ 750.000 9.112 1.951.120 367.864 347.120 3.425.216
Toekomstige lasten Afschrijving WTZi Rentekosten €
976.187 266.167 10.124.446 2.566.725 4.688.622 2.502.057 21.124.203
-
-
70
5.8 Overzicht langlopende leningen Leninggever
Datum
Hoofd-som
Totaal looptijd Jaar 40 jaar
71
BNG 40.0080082
01-06-1993
€ 1.926.297,02
BNG 40.0081912
30-12-1993
532.737,97
40 jaar
BNG 40.0085850
17-12-1996
653.398,13
28 jaar
BNG 40.0086146
17-03-1997
1.325.673,52
27 jaar
BNG 40.0086702
17-06-1997
596.857,12
28 jaar
BNG 40.0086708
17-06-1997
712.162,67
28 jaar
BNG 40.0090649
22-10-1997
2.348.993,29
18 jaar
BNG 40.0098381
15-11-2003
392.746,77
20 jaar
BNG 40.0099431
20-09-2004
5.000.000,00
39 jaar
BNG 40.0099432
20-09-2004
4.750.000,00
39 jaar
BNG 40.0099435
20-09-2004
250.000,00
40 jaar
BNG 40.0099434
20-09-2004
600.000,00
40 jaar
BNG 40.0099987
01-03-2005
394.164,00
9 jaar
BNG 40.0100253
02-05-2005
226.459,07
9 jaar
BNG 40.0103293
15-01-2008
5.000.000,00
30 jaar
BNG 40.0104402
01-10-2009
605.026,92
19 jaar
BNG 40.0105529
01-07-2010
5.672.252,68
25 jaar
BNG 40.0105974
01-12-2010
431.091,20
20 jaar
BNG 40.0106328
31-12-2013
5.672.252,64
20 jaar
BNG 40.0084449
16-02-1996
424.738,26
18 jaar
ABN/AMRO 520515811 ABN/AMRO 555310507 ABN/AMRO 536906688 ABN/AMRO 536904855 ABN/AMRO 555332233
01-04-1993
483.275,93
30 jaar
01-10-1994
291.543,81
30 jaar
01-11-2004
539.998,46
20 jaar
08-01-1992
1.588.230,76
30 jaar
31-12-1996
3.630.241,73
30 jaar
Soort lening
onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening annuiteiten lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening
Werkelijkerente % 2,6200
Rest-schuld 31-12-2012
per jaar
Aflossing 2014 € 48.157
4,6700
279.687
279.687
0
0
0 jaar
per jaar
0
3,5600
280.028
23.336
256.692
140.014
11 jaar
per jaar
23.336
4,2490
589.188
49.099
540.089
294.594
11 jaar
per jaar
49.099
4,2510
277.112
21.316
255.796
149.214
12 jaar
per jaar
21.316
€ 1.011.306
Nieuwe leningen in 2013 €
Aflossing in 2013
Restschuld 31-12-2013
Restschuld over 5 jaar
€ 48.157
€ 963.149
€ 722.361
Rest. looptijd eind 2013 Jaar 20 jaar
Aflossingswijze
4,2510
330.647
25.434
305.213
178.041
12 jaar
per jaar
25.434
5,8200
391.494
130.500
260.994
0
2 jaar
per jaar
130.500
Gestelde zekerheden
Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden borgstelling WFZ
1) 2)
4,4800
216.011
216.011
0
0
0 jaar
per jaar
0
4,1500
3.974.359
3.974.359
0
0
0 jaar
per jaar
0
Staat der Nederlanden borgstelling WFZ
4)
4,1500
3.775.641
3.775.641
0
0
0 jaar
per jaar
0
borgstelling WFZ
4)
4,2700
200.000
6.250
4,2700
480.000
3,4200
98.176
3,5000
50.324
4,8350 4,5600
193.750
162.500
31 jaar
per jaar
6.250
borgstelling WFZ
465.000
390.000
31 jaar
per jaar
15.000
borgstelling WFZ
48.263
49.913
0
1 jaar
25.162
0
1 jaar
annuiteit per jaar per jaar
49.913
25.162
4.333.333
166.667
4.166.667
3.333.333
25 jaar
per jaar
166.667
Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden borgstelling WFZ
509.496
31.844
477.653
318.435
15 jaar
per jaar
31.844
3,6600
5.218.472
226.890
4.991.582
3.857.132
22 jaar
per jaar
226.890
4,2500
387.982
4,3900
5.672.253
25.162
3)
Staat der Nederlanden borgstelling WFZ
21.555
366.428
258.655
17 jaar
per jaar
21.555
borgstelling WFZ
0
5.672.253
4.254.189
20 jaar
per jaar
283.613
borgstelling WFZ
5)
6,8750
47.193
23.597
23.597
0
1 jaar
per jaar
23.597
borgstelling WFZ
3,9700
177.201
177.201
0
0
0 jaar
per jaar
0
borgstelling WFZ
6)
4,3300
186.612
5.831
180.781
151.625
11 jaar
per jaar
5.831
borgstelling WFZ
7) *
3,9300
323.998
27.000
296.998
161.998
11 jaar
per jaar
27.000
borgstelling WFZ
2,6000
476.469
476.469
0
0
0 jaar
per jaar
0
borgstelling WFZ
8)
4,0100
2.178.145
90.756
2.087.389
1.633.609
13 jaar
per jaar
90.756
borgstelling WFZ
9) **
Leninggever
RABO 1512977004
Datum
21-07-1992
Hoofdsom
€ 571.763,07
Totaal looptijd
40 jaar
RABO CL000006556
30-12-1996
2.268.901,08
40 jaar
RABO OHL 04048
30-12-1996
1.134.450,54
20 jaar
RABO CL000005297
20-01-1994
11.344.505,4
20 jaar
RABO CL000006015
20-01-1994
11.344.505,4
40 jaar
RABO OHL 04454
21-07-1995
7.805.019,72
40 jaar
RABOBANK E1258303
01-11-1993
291.780,68
40 jaar
RABO OHL 03530 / 20435
30-06-2010
6.000.000,00
40 jaar
RABO OHL 03643 / 20436
31-12-2010
8.000.000,00
40 jaar
RABO OHL 03989 / 20437
30-06-2011
6.000.000,00
40 jaar
72
RABO 1168902576
15-04-2013
10.000.000,0
14 jaar
WATERSCHAPSBANK 10023471 WATERSCHAPSBANK 10023666 WATERSCHAPSBANK 10027157 WATERSCHAPSBANK 10027158 WATERSCHAPSBANK 10027159 WATERSCHAPSBANK 10027156 WATERSCHAPSBANK 10027076 WATERSCHAPSBANK 111434 Delta Lloyd (Erasmus)
02-12-2004
5.000.000,00
40 jaar
22-03-2005
927.640,00
10 jaar
01-04-2011
2.200.000,00
4 jaar
01-04-2011
2.250.000,00
25 jaar
01-04-2011
6.000.000,00
34 jaar
31-12-2012
3.913.854,00
23 jaar
Ned. Waterschapsbank BNG (vh. ABN/AMRO)
19-05-2013
7.500.000,00
30 jaar
15-04-2011
1.701.675,81
30 jaar
30-01-1997
1.304.618,12
27 jaar
3-7-2001
1.493.390,69
40 jaar
16-12-1998
1.194.349,53
40 jaar
BNG (vh. ABN/AMRO)
16-12-1998
1.109.038,85
40 jaar
BNG (vh. ABN/AMRO)
16-12-1998
1.962.145,65
40 jaar
BNG (vh.ABP) ASN
1-4-1996
1.998.448,07
40 jaar
15-2-1999
1.045.898,40
38 jaar
Soort lening
onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening
Werkelijkerente
Rest-schuld 31-12-2012
% 3,4000
€ 278.734
4,0400
1.361.341
4,0400
226.890
Nieuwe leningen in 2013 €
Aflossing in 2013
€ 278.734
Rest-schuld 31-12-2013
Rest-schuld over 5 jaar
€
€
Rest. looptijd eind 2013
Aflossingswijze
Aflossing 2014
Gestelde zekerheden
0
0
0 jaar
€ per half jaar
€
56.723
1.304.618
1.021.005
23 jaar
per jaar
56.723
56.723
170.168
0
3 jaar
per jaar
56.723
0
3,9500
567.225
567.225
0
0
0 jaar
per jaar
0
4,3500
5.955.865
5.955.865
0
0
0 jaar
per jaar
0
4,4200
4.487.886
195.125
4.292.761
3.317.133
22 jaar
per jaar
195.125
4,5000
153.185
153.185
0
0
0 jaar
per jaar
0
3,5200
5.700.000
150.000
5.550.000
4.800.000
37 jaar
per jaar
150.000
3,6200
7.600.000
200.000
7.400.000
6.400.000
37 jaar
per jaar
200.000
3,9500
5.850.000
150.000
5.700.000
4.950.000
38 jaar
per jaar
150.000
333.334
9.666.666
7.999.996
14 jaar
per half jaar
333.334
3,8600
3,8500 4.000.000
10.000.000,0
125.000
3.875.000
3.250.000
31 jaar
per jaar
125.000
3,7700
660.897
38.106
622.791
0
2 jaar
per jaar
38.106
2,4800
1.650.000
550.000
1.100.000
0
2 jaar
per jaar
550.000
3,7500
2.160.000
90.000
1.100.000
1.620.000
23 jaar
per jaar
90.000
3,7650
5.910.000
90.000
5.820.000
5.370.000
32 jaar
per jaar
90.000
4,2000
3.913.854
170.168
3.743.686
2.892.849
22 jaar
per jaar
170.168
4,1550
6.250.000
30 jaar
per jaar
250.000
3,9000
510.503
7.500.000,00 56.723
453.780
170.168
8 jaar
per jaar
56.723
7,3000
580.385
48.282
532.103
290.692
11 jaar
per jaar
48.282
5,5000
1.082.709
37.335
1.045.374
858.700
30 jaar
lineair
37.335
4,6000
776.328
29.859
746.469
597.175
27 jaar
lineair
29.859
4,6000
720.875
27.726
693.149
554.519
27 jaar
lineair
27.726
4,6000
1.275.395
49.054
1.226.341
981.073
27 jaar
lineair
49.054
4,2800
1.199.069
49.961
1.149.107
899.301
25 jaar
lineair
49.961
4,1500
673.017
28.683
644.333
500.917
26 jaar
lineair
28.683
borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ Staat der Nederlanden borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ hypotheek borgstelling WFZ Staat der Nederlanden borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ Garantie Provincie N-B Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden
10)
5)
11)
12)
***
****
4)
Leninggever
ASN Ned. Waterschapsbank
Totaal
Datum
Hoofdsom
15-2-1999
€ 1.652.958,60
30-12-2003
1.000.000,00
01-12-2011
160.000
Totaal looptijd
Soort lening
38 jaar 40 jaar 10 jaar
onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening
Werkelijkerente
Restschuld 31-122012
% 4,1500
€ 1.093.636
4,4100 3,0000
Restschuld 31-12-2013
Restschuld over 5 jaar
€ 43.025
€ 1.050.612
€ 835.488
26 jaar
€ lineair
€ 43.025
775.000
775.000
0
0
0
lineair
0
144.000
144.000
0
0
0
lineair
0
20.335.858
87.936.062
69.564.717
85.099.667
Nieuwe leningen in 2013
€
23.172.253
Aflossing in 2013
Rest. looptijd eind 2013
Aflossingswijze
Aflossing 2014
Gestelde zekerheden
Staat der Nederlanden borgstelling WFZ geen
4.097.744
73
* In 2024 zal eenmalig een bedrag van € 122.469,75 worden afgelost ** In 2026 zal eenmalig een bedrag van € 998.316,54 worden afgelost *** In 2015 zal eenmalig een bedrag van € 584.864,46 worden afgelost **** In 2045 zal eenmalig een bedrag van € 3.030.000,00 worden afgelost 1) Op 01-06-2013 liep de rentevastperiode van de leningen BNG 40.0080082 af. Het nieuwe rentepercentage is 2,62% 20 jaar vast (einde looptijd). 2) Op 30-12-2013 liep de rentevastperiode van de leningen BNG 40.0081912 af. Vanwege het lage restant van de lening kon de BNG geen goede rente aanbieden. Daarom is besloten om de lening geheel vervroegd af te lossen. 3) Op 15-11-2013 liep de rentevastperiode van de leningen BNG 40.0098381 af. Vanwege het lage restant van de lening kon de BNG geen goede rente aanbieden. Daarom is besloten om de lening geheel vervroegd af te lossen. 4) Op 19-05-2013 liep de rentevastperiode van de leningen BNG 40.0099431 en BNG 40.0099432 af. Om het renterisico te beperken zijn in 2011 al rente afspraken gemaakt. Besloten is om beide leningen van de BNG op 19-05-2013 geheel vervroegd af te lossen en te vervangen door één nieuwe NWB 10027076. Het rentepercentage van deze nieuwe lening per 19-05-2013 is 4,155%. 5) Op 31-12-2013 liep de rentevastperiode van lening Rabo CL000006015 af. Om het renterisico te beperken zijn in 2011 al rente afspraken gemaakt. Besloten is om de lening van de Rabobank op 31-12-2013 geheel vervroegd af te lossen en te vervangen door de nieuwe lening BNG 40.0106328. Het rentepercentage van deze nieuwe lening per 31-12-2013 is 4,39%. 6) I.v.m. het niet accepteren van het rentevoorstel is lening ABN/AMRO 520515811 per 01-03-2013 geheel vervroegd afgelost. 7) De ABN/AMRO heeft het leningnummer van lening 5250517636 gewijzigd in 555310507. 8) I.v.m. het niet accepteren van het rentevoorstel is lening ABN/AMRO 536904855 per 01-01-2013 geheel vervroegd afgelost. 9) De ABN/AMRO heeft het leningnummer van lening 5250526759 gewijzigd in 555332233. 10) Op 30-06-2013 liep de rentevastperiode van de leningen RABO 1512977004 af. De door de Rabobank aangeboden rente lag ruim boven de normrente. Daarom is besloten om de lening geheel vervroegd af te lossen. 11) I.v.m. de sloop van 't Zonnelicht is deze lening met Staatsgarantie op 01-11-2013 geheel vervroegd afgelost. 12) Dit betreft een nieuwe ongeborgde lening van de Rabobank met nummer 1168902576 ad 10.000.000,00. Het rentepercentage van deze lening is 3,85%.
5.9 Toelichting op de resultatenrekening BATEN 13. Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten (uit AWBZ/Zvw-zorg, exclusief subsidies) 2013 € Wettelijk budget aanvaardbare kosten voorgaand jaar Correcties voorgaande jaren Overloop kwaliteitsimpuls 2013 Wettelijk budget aanvaardbare kosten aanvang jaar Productieafspraken verslagjaar:
Overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling: - Prijsindexatie materiële kosten - Groei normatieve kapitaalslasten
2013 € 251.778.142 -1.190.875 1.644.813 252.232.080
2012 €
2012 € 233.601.511 -4.249.222 229.352.289
-2.303.957
3.609.940 401.104 265.244
2.892.794
3.786.248 420.694 -28.281 4.276.288
Uitbreiding erkenning en toelating: - Loonkosten - Materiële kosten - Normatieve kapitaalslasten
3.146.900 518.313 37.022
4.178.661 4.628.419 762.328 54.452
3.702.235 Beleidsmaatregelen overheid: - Wachtlijstverkorting (extramurale zorg) - Kwaliteitsimpuls (Agema-middelen) - Nacalculatie gerealiseerde productie - bezuiniging vervoer - Kleinschaligheid - Kapitaalslasten extramuraal - vervallen kindtoeslagen verblijfszorg - Meerzorg (extreme zorgbehoefte) - Opbrengst Dr. Leo Kannerhuis Brabant - Justitiële subsidies - Herallocatie ZZP - Huisvestingskosten van de KSWV
1.856.784 -5.068.000 128.902 -2.130.774 -494.335 81.528 -1.003.498 932.827 244.966 128.518 -189.272 -218.382
5.445.199 967.812 5.152.000 3.178.567 0 -1.505.554 -142.870 0 -192.761 226.703 340.203 -229.408 -298.021
-5.730.736 Nacalculeerbare kapitaalslasten: - Rente - Afschrijvingen - Bouwimpuls - Normatieve huisvestingscomponent - Overige (o.a. huren, vervoer)
-384.016 -146.272 0 2.997.177 -867.899
Subtotaal wettelijk budget boekjaar Overloop kwaliteitsimpuls 2013 Correcties voorgaande jaren Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
74
7.496.671
-2.386 -288.865 0 2.595.930 561.787 1.598.990
2.866.466
253.774.900
252.232.080
0 2.218.603
-1.644.813 1.190.875
255.993.503
251.778.142
in dienst van mensen met een beperking
14. Toelichting niet-gebudgetteerde zorgprestaties (incl. Wmo-huishoudelijke hulp)
2013 €
2012 €
Zorgprestaties tussen instellingen Persoonsgebonden en -volgende budgetten Opbrengsten uit Wmo-prestaties op het gebied van huishoudelijke hulp (incl. onderaanneming)
795.759 4.727.256 273.488
855.232 4.431.850 286.238
Totaal niet-gebudgetteerde zorgprestaties
5.796.503
5.573.320
15. Subsidies
2013 €
2012 €
Subsidies AWBZ/Zvw-zorg Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van Veiligheid en Justitie Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van VWS (waaronder opleidingsfonds) Subsidies vanwege Provincies en gemeenten (exclusief Wmo-huishoudelijke hulp; inclusief overige Wmo-prestaties, verslavingszorg, OGGZ) Overige subsidies, waaronder loonkostensubsidies en EU-subsidies
1.887.834
939.899
533.085
757.890
35.250
91.283
Totaal Subsidies
2.456.169
1.789.072
Toelichting subsidie Provincie De Amarant Groep biedt twee provinciaal gesubsidieerde activiteiten aan, te weten: Jeugdhulp Thuis en Observatiediagnostiek deeltijd. Voor de hulpvorm Jeugdhulp Thuis zijn in 2013 4.015,5 directe cliëntcontacturen (dccu) gerealiseerd, hetgeen resulteert in een opbrengst van € 497.320,-. Observatiediagnostiek heeft in 2013 153 dccu gerealiseerd, hetgeen resulteert in een opbrengst van € 24.099,-. Per 01-01-2013 waren 57 jeugdigen in zorg. In 2013 zijn er 87 jeugdigen ingestroomd en 64 uitgestroomd (waarvan 9 trajecten vroegtijdig beëindigd). Per 31-12-2013 waren er 80 jeugdigen in zorg. Het aantal (gemiddelde) FTE bedraagt voor 2013 8 FTE. Het aantal jeugdigen op de wachtlijst bedroeg 140 jeugdigen in 2013. Het gemiddeld aantal dagen op de wachtlijst bedroeg 42 dagen voor 2013. Amarant heeft een eenmalige subsidie ontvangen ad € 11.666 voor de Smaakmakers te Goirle. 16. Toelichting overige bedrijfsopbrengsten
2013 €
2012 €
Overige bedrijfsopbrengsten: - Doorberekende kosten (personeel/voeding) - Opbrengst therapeutisch werken - Overige bijdragen - Overige opbrengsten - Resultaat verkoop materiële vaste activa
299.811 3.180.359 50.242 3.702.992 -
256.449 2.709.453 37.206 3.623.779 852.053
Totaal overige bedrijfsopbrengsten
7.233.404
7.478.940
75
in dienst van mensen met een beperking
LASTEN 2013 €
17. Personeelskosten
2012 €
Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenpremies Andere personeelskosten
136.228.677 21.113.504 11.659.254 18.718.710
128.378.719 19.938.098 10.903.569 9.656.287
Subtotaal
187.720.145
168.876.673
5.393.385
7.056.436
193.113.530
175.933.109
3.647 8 3.655
3.567 8 3.575
Personeel niet in loondienst Totaal personeelskosten
In 2013 is onder de andere personeelskosten de mutatie aan de reorganisatievoorziening opgenomen van € 10.849.445.
Specificatie gemiddeld aantal personeelsleden (in FTE's): AWBZ/Zvw Provincie Gemiddeld aantal personeelsleden op basis van fulltime eenheden
2012 €
2013 €
18. Afschrijvingen vaste activa
Nacalculeerbare afschrijvingen: - Materiële vaste activa - Financiële vaste activa
4.586.378 318.432
4.168.795 318.454
Overige afschrijvingen: - Materiële vaste activa - Bijzondere waardeverminderingen impairment
9.793.327 0
10.371.361 6.924.224
14.698.137
21.782.834
Totaal afschrijvingen
Aansluiting afschrijvingen resultatenrekening - vergoeding nacalculeerbare afschrijvingslasten 2013 € Totaal afschrijvingslasten resultatenrekening - waarvan nacalculeerbare afschrijvingen
14.698.137 4.904.832
In het externe budget verwerkte vergoeding voor nacalculeerbare afschrijvingslasten: - WTZi-vergunningplichtige vaste activa - Financiële vaste activa Totaal vergoeding nacalculeerbare afschrijvingslasten Aanschafwaarde desbetreffende vaste activa Cumulatieve afschrijvingslasten desbetreffende vaste activa
4.586.378 318.454 4.904.832 146.096.513 54.396.970
76
in dienst van mensen met een beperking
2013 €
19. Overige bedrijfskosten
2012 €
Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten Algemene kosten Patiënt- en bewonersgebonden kosten
19.265.521 12.282.426 4.221.165
19.376.731 11.781.500 4.221.130
Onderhoud en energiekosten - Onderhoud - Energie gas - Energie stroom - Teruggaaf energiebelasting 2003 t/m 2012 - Energie transport en overig
5.873.871 2.840.667 1.714.821 -1.292.450 1.300.290
5.184.994 1.950.201 1.437.979 1.329.106
Subtotaal onderhoud en energiekosten
10.437.199
9.902.280
Huur en leasing Dotaties en vrijval voorzieningen
12.433.010 537.784
11.915.615 3.972.125
Totaal overige bedrijfskosten
59.177.106
61.169.381
2013 €
20. Financiële baten en lasten
2012 €
Rentelasten
-3.522.204
-3.527.424
Totaal financiële baten en lasten
-3.522.204
-3.527.424
77
in dienst van mensen met een beperking
5.9.1 Toelichting op de resultatenrekening 5.9.1.1 Gesegmenteerde resultatenrekening over 2013 AWBZ/Zvw
Ref. BEDRIJFSOPBRENGSTEN
2013 €
2012 €
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten (uit AWBZ/Zvw-zorg, exclusief subsidies)
13.
255.993.503
251.778.142
Niet-gebudgetteerde zorgprestaties (inclusief Wmo-huishoudelijke hulp)
14.
5.796.503
5.573.320
Subsidies
15.
1.934.750
1.031.182
Overige bedrijfsopbrengsten
16.
7.233.404
6.626.887
-
852.053
270.958.160
265.861.584
Resultaat verkoop MVA Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN Personeelskosten
17.
192.663.856
175.491.620
Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa
18.
14.697.276
14.858.101
-
6.924.224
59.133.556
60.831.488
Som der bedrijfslasten
266.494.688
258.105.433
BEDRIJFSRESULTAAT
4.463.472
7.756.151
-3.522.204
-3.527.425
941.268
4.228.726
-
-
941.268
4.228.726
Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa Overige bedrijfskosten
19.
Financiële baten en lasten
20.
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten
21.
RESULTAAT BOEKJAAR
Resultaatbestemming Het resultaat is als volgt verdeeld: 2013 € Toevoeging/onttrekking: Reserve aanvaardbare kosten Bestemmingsreserve kleinschalige woonvormen Bestemmingsreserve doelgroepenbeleid/kwaliteit van zorg Bestemmingsreserve frictie historische naar reële budgetten Bestemmingsreserve marktontwikkeling en innovatie Algemene reserve Totaal bestemming
78
2012 €
1.932.897 959.150 -725.529 -606.750 -618.500 -
2.146.120 954.650 338.352 218.750 560.500 10.354
941.268
4.228.726
in dienst van mensen met een beperking
5.9.1.2 Gesegmenteerde resultatenrekening over 2013 Provincie
Ref. BEDRIJFSOPBRENGSTEN
2013 €
2012 €
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten (uit AWBZ/Zvw-zorg, exclusief subsidies)
13.
-
-
Niet-gebudgetteerde zorgprestaties (inclusief Wmo-huishoudelijke hulp)
14.
-
-
Subsidies (exclusief Wmo-huishoudelijke hulp, inclusief overige Wmo-prestaties)
15.
521.419
757.890
Overige bedrijfsopbrengsten
16.
-
-
521.419
757.890
Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN Personeelskosten
17.
449.674
441.489
Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa
18.
861
509
Overige bedrijfskosten
19.
43.550
337.893
Som der bedrijfslasten
494.085
779.891
BEDRIJFSRESULTAAT
27.334
-22.001
-
-
27.334
-22.001
-
-
27.334
-22.001
Financiële baten en lasten
20.
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten
21.
RESULTAAT BOEKJAAR
Resultaatbestemming Het resultaat is als volgt verdeeld: 2013 €
2012 €
Toevoeging/onttrekking: Reserve aanvaardbare kosten
27.334
-22.001
Totaal bestemming
27.334
-22.001
79
in dienst van mensen met een beperking
5.9.2 Aansluiting totaal resultaat met resultaat segmenten 2013 €
2012 €
Resultaat volgens gesegmenteerde resultatenrekening: AWBZ/Zvw Provincie
Totaal bestemming
80
941.268 27.334
4.228.726 -22.001
968.602
4.206.725
968.602
4.206.726
in dienst van mensen met een beperking
5.10 Bezoldiging bestuurders en toezichthouders De Amarant Groep heeft een tweehoofdige Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur voert zijn taak als collegiaal bestuur uit. In 2013 is het bestuursmodel een eindverantwoordelijke Raad van Bestuur met Raad van Toezicht van toepassing. Voor een nadere toelichting op de verantwoordelijkheden en taakverdelingen wordt verwezen naar hoofdstuk 3 van het maatschappelijk verslag. 22. Bezoldiging bestuurders De bezoldiging van de bestuurders en toezichthouders over het jaar 2013 is als volgt: Dhr. Drs. R.A. Helder
1.
5.
Vanaf welke datum is de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie? Maakt de persoon op dit moment nog steeds deel uit van het bestuur? Zo nee: tot welke datum was de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie? Is deze gewezen bestuurder sindsdien nog in dienst van uw organisatie? Wat is de aard van de (arbeids)overeenkomst?
6.
Welke salarisregeling is toegepast?
7. 8.
Wat is de deeltijdfactor? (percentage) Bruto-inkomen, incl. vakantiegeld, eindejaarsuitkering, salaris en andere vaste toelagen a. Waarvan: verkoop verlofuren b. Waarvan: nabetalingen voorgaande jaren Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in natura (o.a. huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etc.)? Belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen - exclusief een BTW-bedrag van Werkgeversbijdrage sociale verzekeringspremies Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op termijn (o.a. werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etc.) Winstdelingen en bonusbetalingen Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband Totaal inkomen Totaal ontvangen declaraties exclusief BTW Cataloguswaarde auto van de zaak Eigen bijdrage auto van de zaak
2. 3. 4.
9.
10. 11. 12.
13. 14. 15. 16. 17.
Dhr. Ir. E.J. Borgmeijer
Voorzitter 01-01-2004
Lid 01-06-2005
Dhr. Drs. M.C.M. Bindels RC MAC Lid 01-05-2013
Dhr. Mr. A.F. Koeneman
Ja
Nee
Ja
Nee
N.v.t
01-05-2013
N.v.t.
31-12-2013
N.v.t.
Nee
N.v.t.
Ja
Onbepaalde tijd NVZD
Onbepaalde tijd NVZD
Extern ingehuurd NVTZ
100% € 170.479
Extern ingehuurd Detacheringscontract 100% -
100% € 101.000
100% -
-
-
-
-
€ 939 € 7.603 € 21.083
€ 70.407 € 14.785 -
€ 43 € 4.959 € 12.477
€ 213.710 € 44.879 -
-
-
-
-
€ 200.104 -
€ 70.407 -
€ 118.479 -
€ 213.710 -
Voorzitter 08-03-2011
Toelichting Per 1 januari 2013 is de bezoldigingsnorm WNT voor de Raad van Bestuur € 228.599. De norm is exclusief de sociale verzekeringspremies en indien van toepassing btw. Alle leden van de Raad van Bestuur blijven in 2013 onder deze norm. Dhr. Drs. R.A. Helder Dhr. Drs. R.A. Helder is sinds 1 januari 2004 in dienst voor onbepaalde tijd. Per 1 november 2012 is hij benoemd tot voorzitter Raad van Bestuur. Nevenfunctie(s): Bestuurslid VGN (met ingang van november 2008); Voorzitter Raad van Toezicht Stichting Dock. Dhr. Ir. E.J. Borgmeijer Dhr. Ir. E.J. Borgmeijer is als bestuurder werkzaam bij de Amarant Groep via het organisatie-adviesbureau Borgmeijer & Kroon te Bennekom. Door dit adviesbureau wordt op basis van een vooraf vastgesteld tarief via een factuur de kosten in rekening gebracht voor de verleende diensten. Dhr. Ir. E.J. Borgmeijer heeft in 2012, na ruim 7 jaar als voorzitter Raad van Bestuur, aangegeven zijn werkzaamheden voor de Amarant Groep te willen beëindigen. Hij wil ruimte maken voor een nieuwe uitdaging. Na de benoeming van het nieuwe lid Raad van Bestuur, Dhr. Drs. M.C.M. Bindels RC MAC, is het contract met Borgmeijer & Kroon ontbonden. Nevenfunctie(s): Partner organisatie- en adviesbureau Borgmeijer & Kroon; Voorzitter Raad van Toezicht Entrea, jeugdzorg en onderwijs.
81
in dienst van mensen met een beperking
Dhr. Drs. M.C.M. Bindels RC MAC Dhr. Drs. M.C.M. Bindels RC MAC is per 1 mei 2013 benoemd tot lid Raad van Bestuur op basis van een contract voor onbepaalde tijd. Nevenfunctie(s): Lid Raad van Toezicht Zorggroep Vlaardingen; Docent Leergang Controlling in de zorg ‘Optimalisatie Bedrijfsvoering’; Lid bestuursraad van de Coöperatieve Quli U.A. Dhr. Mr. A.F. Koeneman Per 1 april 2011 is Dhr. Mr. A.F. Koeneman aangesteld als interim-bestuurder bij NSWAC. Per 31 december 2013 is Stichting Amarant Groep gefuseerd met NSWAC, waarbij zijn bestuursfunctie is beëindigd. Nevenfunctie(s): N.v.t. 23. Bezoldiging toezichthouders De bezoldigingsnorm van de voorzitter Raad van Toezicht en de leden Raad van Toezicht Amarant Groep is op 12 november 2013 vastgesteld op respectievelijk 7,5% (€12.992) en 5% (€ 8.662) van de bezoldiging van de eigen bestuurder. Dit is conform de per 1 januari 2013 geldende Wet Normering Topinkomens. Alle leden van de Raad van Toezicht blijven in 2013 onder de bezoldigingsnorm. Bezoldiging Raad van Toezicht Amarant Groep
1. 2. 3. 4. 5.
6. 7. 8.
9. 10. 11.
Vanaf welke datum was de toezichthouder voor het eerst in de huidige functie van toezichthouder werkzaam binnen de organisatie? Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van de Raad van Toezicht geweest? Nevenfunctie(s): Beloning (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in natura (o.a. huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etc.)? Vaste en variabele onkostenvergoedingen Werkgeversbijdrage sociale verzekeringspremies Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op termijn (o.a. werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etc.) Winstdelingen en bonusbetalingen Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband Totaal bezoldiging (4 t/m 10)
Dhr. Drs. Y.C.Th.J. Kortmann Voorzitter 1-1-1997
Dhr. L.C.M. de Jaeger
Dhr. Drs. H.H.J. Mertens
Vice-voorzitter 14-11-2006
Secretaris 19-6-2006
Ja
Nee
Nee
* € 12.992
* € 8.662
* € 8.662
-
-
-
-
-
-
-
-
€ 12.992
€ 8.662
€ 8.662
Dhr. Drs. Y.C.Th.J. Kortmann Hoofdfunctie: Waarnemend burgemeester Gemeente Waalre met ingang van 1 januari 2014 Nevenfunctie(s): Lid Maatschappelijke adviesraad, Juridische Faculteit, Universiteit van Tilburg tot 01-10-2013; Lid Adviesraad IMS; Diverse beroeps- en bezwaarcommissies; Voorzitter Werkgroep Softdrugsbeleid Oost-Brabant; Parttime bestuurlijk adviseur Openbaar Ministerie Oost-Brabant; Voorzitter Streekraad Het Groene Woud; Voorzitter selectiecommissie Limburg Nationale Politie. Dhr. L.C.M. de Jaeger Hoofdfunctie: N.v.t. Nevenfunctie(s): Vicevoorzitter Raad van Toezicht Bibliotheek VanNu Voorzitter Stichting Behoud St. Josephkerk Lid Raad van Toezicht PSW (financiën) Voorzitter Stichting CABOD Secretaris/penningmeester Gedenkbos Roosendaal Voorzitter stuurgroep samenvoeging parochies Roosendaal Voorzitter stuurgroep Vroegsignalering Kwetsbare Ouderen (VKO) Lid Centraal Stembureau Roosendaal. Dhr. Drs. H.H.J. Mertens Hoofdfunctie: Adviseur Raad van Bestuur Rabobank Nederland Nevenfunctie(s): Voorzitter Stichting International Cultural Center, Oostelbeers; Voorzitter Stichting Hippisch Innovatieve projecten, Lage Mierde; Chairman of the Board of Directors Banco Terra, Mozambique.
82
in dienst van mensen met een beperking
Mw. Drs. G.P.M. van den Berg
1. 2. 3. 4. 5.
6. 7. 8.
9. 10. 11.
Vanaf welke datum was de toezichthouder voor het eerst in de huidige functie van toezichthouder werkzaam binnen de organisatie? Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van de Raad van Toezicht geweest? Nevenfunctie(s): Beloning (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in natura (o.a. huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etc.)? Vaste en variabele onkostenvergoedingen Werkgeversbijdrage sociale verzekeringspremies Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op termijn (o.a. werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etc.) Winstdelingen en bonusbetalingen Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband Totaal bezoldiging (4 t/m 10)
Lid 1-12-2007
Dhr. Drs. M.T.M. Dingenouts Lid 1-7-2009
Dhr. T.B. Jacobs
Nee
Nee
Nee
* € 8.662
* € 8.662
* € 8.662
-
-
-
-
-
-
€ 8.662
€ 8.662
€ 8.662
Lid 1-12-2007
Mw. Drs. G.P.M. van den Berg Hoofdfunctie: directeur P&O Stichting Cordaan te Amsterdam Nevenfunctie(s): N.v.t. Dhr. Drs. M.T.M. Dingenouts Hoofdfunctie: N.v.t. Nevenfunctie(s): Lid Raad van Toezicht Stichting Tangent, Palet van basisscholen en Peuterspeelzalen Tilburg e.o. Lid Commissie Sociale Begeleiding Stichting Prisma, Waalwijk Vice-voorzitter bestuur KBO Berkel-Enschot Bestuurslid KLOS-TV te Den Dolder, Multi-media ten behoeve van mensen met een beperking. Dhr. T.B. Jacobs Hoofdfunctie: Theo Jacobs Consultancy, consultant HRM Nevenfunctie(s): - Lid van diverse gemeentelijke commissies, zoals bezwarencommissie en functiewaarderingscommissie; - Lid Raad van Toezicht Stichting Traverse te Bergen op Zoom/Roosendaal.
83
in dienst van mensen met een beperking
1. 2. 3. 4. 5.
6. 7. 8.
9. 10. 11.
Vanaf welke datum was de toezichthouder voor het eerst in de huidige functie van toezichthouder werkzaam binnen de organisatie? Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van de Raad van Toezicht geweest? Nevenfunctie(s): Beloning (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in natura (o.a. huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etc.)? Vaste en variabele onkostenvergoedingen Werkgeversbijdrage sociale verzekeringspremies Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op termijn (o.a. werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etc.) Winstdelingen en bonusbetalingen Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband Totaal bezoldiging (4 t/m 10)
Dhr. Drs. J.H.C. Matijsen Lid 1-7-2009
Mw. J.E.M. Tacke-Groten Lid 1-4-1999
Nee
Nee
* € 8.662
* € 8.662
-
-
-
-
€ 8.662
€ 8.662
Dhr. Drs. J.H.C. Matijsen Hoofdfunctie: met ingang van 01-01-2013 Interim Financieel Expert, Directeur Matijsen Holding BV. Nevenfunctie(s): N.v.t. Mw. J.E.M. Tacke-Groten Hoofdfunctie(s): Docent sociale vaardigheden/ coach/ branchecoördinator VG/ projectleider zorgacademie MB zorgcliënt 2.0 op ROC Tilburg (school voor gezondheidszorg); Remedial teacher in eigen praktijk voor kinderen met leer- en gedragsproblemen. Nevenfunctie(s): Voorzitter Brabantse Raad voor Informele Zorg; Lid Programmaraad Zorgvernieuwing Psychogeriatrie; Manager van Heren 1 van HC Tilburg (hoofdklasse hockeyteam).
84
in dienst van mensen met een beperking
Dhr. Drs. P.P.M. de Roij
De bezoldiging leden Raad van Toezicht voormalig NSWAC
1. 2. 3. 4. 5.
6. 7. 8.
9. 10. 11.
Vanaf welke datum was de toezichthouder voor het eerst in de huidige functie van toezichthouder werkzaam binnen de organisatie? Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van de Raad van Toezicht geweest? Nevenfunctie(s): Beloning (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in natura (o.a. huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etc.)? Vaste en variabele onkostenvergoedingen Werkgeversbijdrage sociale verzekeringspremies Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op termijn (o.a. werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etc.) Winstdelingen en bonusbetalingen Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband Totaal bezoldiging (4 t/m 10)
Mw. Dr. Ing. C.M. Verkeste
Dhr. Mr. J.J.W. van Mens
Voorzitter 07-02-2011
Secretaris 14-05-2011
Lid 27-06-2011
Ja
Nee
Nee
* € 13.864
* € 11.898
* € 9.040
-
-
-
-
-
-
€ 13.864
€ 11.898
€ 9.040
Dhr. Drs. P.P.M. de Roij Hoofdfunctie: Directeur R&R Investment B.V. Nevenfunctie(s): Lid Raad van Toezicht Daelzicht; Lid Raad van Toezicht Tiwos; Lid Raad van Toezicht GGZ-E; Lid Raad van Toezicht Theaters Tilburg; Lid Raad van Toezicht Bibliotheek VANnu; Lid Raad van Toezicht Mytylschool Gabriël. Mw. Dr. Ing. C.M. Verkeste Hoofdfunctie(s): Eigenaar CV&CV organisatie-ontwikkeling; Eigenaar Natuurluk duursaam. Nevenfunctie(s): Lid externe klachtencommissie St. Valkenhof; M.i.v. 01-11-2013 lid Raad van Toezicht Radar te Maastricht. Dhr. Mr. J.J.W. van Mens Hoofdfunctie: AKD Advocaten en Notarissen NV. Nevenfunctie(s): N.v.t.
85
in dienst van mensen met een beperking
1. 2. 3. 4. 5.
6. 7. 8.
9. 10. 11.
Vanaf welke datum was de toezichthouder voor het eerst in de huidige functie van toezichthouder werkzaam binnen de organisatie? Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van de Raad van Toezicht geweest? Nevenfunctie(s): Beloning (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in natura (o.a. huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etc.)? Vaste en variabele onkostenvergoedingen Werkgeversbijdrage sociale verzekeringspremies Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op termijn (o.a. werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etc.) Winstdelingen en bonusbetalingen Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband Totaal bezoldiging (4 t/m 10)
Mw. Drs. K.E. Wiersema Lid 30-08-2010
Dhr. Drs. P.S. van Gennip Lid 22-05-2012
Nee
Nee
* € 9.270
* € 6.235
-
-
-
-
€ 9.270
€ 6.235
Mw. Drs. K.E. Wiersema Hoofdfunctie: Zorginkoper AWBZ verpleging en verzorging. Nevenfunctie(s): N.v.t. Dhr. Drs. P.S. van Gennip Hoofdfunctie: Raad van Bestuur Stichting het Parkhuis te Dordrecht. Nevenfuncties: Programmamanager Zorg, Welzijn, Onderwijs regio West-Brabant; Lid Raad van Toezicht Leijstromen; Lid Raad van Toezicht de Meentgroep.
24. Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) In 2013 wordt de WNT niet overschreden door (gewezen) topfunctionarissen. De Amarant Groep ziet af van publicatie van de bezoldigingsinformatie van extern ingehuurde niet-topfunctionarissen conform de brief van het Ministerie van BZK (kenmerk 2014-0000107212 d.d. 27-02-2014). De bezoldiging van de functionarissen die over 2013 in het kader van de WNT verantwoord worden, is als volgt:
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
Functionaris (functienaam) In dienst vanaf (datum) In dienst tot (datum) Deeltijdfactor (percentage) Bruto-inkomen (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Winstdelingen en bonusbetalingen Totaal beloning (5 en 6) Werkgeversbijdrage sociale lasten (vrijwillig) Bruto-onkostenvergoeding (vast en variabel) Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn (in €) Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband (in €) Totaal bezoldiging in kader van de WNT (7 tm. 11)
2013 Bestuurder 01-01-2004 100% € 170.479
2013 Bestuurder 01-06-2005 01-05-2013 100% -
2013 Bestuurder 01-05-2013 100% € 101.000
2013 Bestuurder a.i. 08-03-2011 100% -
€ 170.479 € 164 € 939 € 21.083
€ 70.407 -
€ 101.000 € 43 € 12.477
€ 213.710 -
-
-
-
-
€ 192.665
€ 70.407
€ 113.520
€ 213.710
86
in dienst van mensen met een beperking
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
Functionaris (functienaam) In dienst vanaf (datum) In dienst tot (datum) Deeltijdfactor (percentage) Bruto-inkomen (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Winstdelingen en bonusbetalingen Totaal beloning (5 en 6) Werkgeversbijdrage sociale lasten (vrijwillig) Bruto-onkostenvergoeding (vast en variabel) Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn (in €) Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband (in €) Totaal bezoldiging in kader van de WNT (7 tm. 11)
Functionaris (functienaam) In dienst vanaf (datum) In dienst tot (datum) Deeltijdfactor (percentage) Bruto-inkomen (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Winstdelingen en bonusbetalingen Totaal beloning (5 en 6) Werkgeversbijdrage sociale lasten (vrijwillig) Bruto-onkostenvergoeding (vast en variabel) Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn (in €) Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband (in €) Totaal bezoldiging in kader van de WNT (7 tm. 11)
Functionaris (functienaam) In dienst vanaf (datum) In dienst tot (datum) Deeltijdfactor (percentage) Bruto-inkomen (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Winstdelingen en bonusbetalingen Totaal beloning (5 en 6) Werkgeversbijdrage sociale lasten (vrijwillig) Bruto-onkostenvergoeding (vast en variabel) Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn (in €) Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband (in €) Totaal bezoldiging in kader van de WNT (7 tm. 11)
Functionaris (functienaam) In dienst vanaf (datum) In dienst tot (datum) Deeltijdfactor (percentage) Bruto-inkomen (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Winstdelingen en bonusbetalingen Totaal beloning (5 en 6) Werkgeversbijdrage sociale lasten (vrijwillig) Bruto-onkostenvergoeding (vast en variabel) Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn (in €) Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband (in €) Totaal bezoldiging in kader van de WNT (7 tm. 11)
2013 Toezichthouder 1-1-1997 € 12.992
2013 Toezichthouder 14-11-2006 € 8.662
2013 Toezichthouder 19-6-2006 € 8.662
2013 Toezichthouder 1-12-2007 € 8.662
-
-
-
-
-
-
-
-
€ 12.992
€ 8.662
€ 8.662
€ 8.662
2013 Toezichthouder 1-7-2009 € 8.662
2013 Toezichthouder 1-12-2007 € 8.662
2013 Toezichthouder 1-7-2009 € 8.662
2013 Toezichthouder 1-12-2007 € 8.662
-
-
-
-
-
-
-
-
€ 8.662
€ 8.662
€ 8.662
€ 8.662
2013 Toezichthouder 1-7-2009 € 8.662
2013 Toezichthouder 1-4-1999 € 8.662
2013 Toezichthouder 07-02-2011 € 13.864
2013 Toezichthouder 14-05-2007 € 11.898
-
-
-
-
-
-
-
-
€ 8.662
€ 8.662
€ 13.864
€ 11.898
2013 Toezichthouder 27-06-2011 € 9.040
2013 Toezichthouder 30-08-2010 € 9.270
2013 Toezichthouder 22-05-2012 € 6.235
-
-
-
-
-
-
€ 9.040
€ 9.270
€ 6.235
87
in dienst van mensen met een beperking
5.10.1 Honoraria accountant Controle van de jaarrekening Overige controlewerkzaamheden Niet-controle diensten Totaal honoraria accountant
Totaal Amarant Groep 2013 2012 122.536 119.491 66.856 114.896 416.676 368.773 606.068 603.160
88
in dienst van mensen met een beperking
5.11 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening De Raad van Bestuur van de Stichting Amarant Groep heeft de jaarrekening 2013 vastgesteld in de vergadering van 20-05-2014. De Raad van Toezicht van de Stichting Amarant Groep heeft de jaarrekening 2013 goedgekeurd in de vergadering van 21-05-2014.
5.11.1 Ondertekening bestuurders en toezichthouders
W.G. Dhr. Drs. R.A. Helder (Voorzitter Raad van Bestuur)
W.G. Dhr. Drs. M.C.M. Bindels RC MAC (Lid Raad van Bestuur)
W.G. Dhr. Drs. Y.C.Th.J. Kortmann (Voorzitter Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. L.C.M. de Jaeger (Vice-voorzitter Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. Drs. H.H.J. Mertens (Secretaris Raad van Toezicht)
W.G. Mw. Drs. G.P.M. van den Berg (Lid Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. Drs. M.T.M. Dingenouts (Lid Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. Th.B. Jacobs (Lid Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. Drs. J.H.C. Matijsen (Lid Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. Drs. P.P.M. de Roij (Lid Raad van Toezicht)
89
in dienst van mensen met een beperking
5.12 Overige gegevens 5.12.1 Transacties met verbonden partijen Er hebben zich geen transacties op niet-zakelijke grondslag met verbonden partijen voorgedaan.
5.12.2 Statutaire regeling resultaatbestemming In de statuten is geen regeling resultaatbestemming opgenomen.
5.12.3 Resultaatbestemming Het resultaat wordt verdeeld volgens de resultaatverdeling in paragraaf 5.2.1.
5.12.4 Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen noemenswaardige gebeurtenissen na balansdatum.
90
in dienst van mensen met een beperking
5.13
Controleverklaring
91
in dienst van mensen met een beperking
92
in dienst van mensen met een beperking
Lijst van afkortingen en begrippen APP Arbo AVG-arts AWBZ BGZ BIG BNG BOPZ BTW CAO CBS CCE CCR CFO CGW CIBG CIZ CQ-index CR DB DBC DCR DigiMV DKS DNV EMB (F)ACT FEC FTE GGZ GOUD GZ HbH HKZ HRM ICT IGZ IQ JMV JUS LCR LTHP (L)VG M&M MMC MMZ MO MV NHC NVTZ NVZD NWB NZa
Geautomatiseerd Persoonlijk Plan Arbeidsomstandigheden Arts voor Verstandelijk Gehandicapten Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten Bedrijfsgezondheidszorg Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (register officieel erkende gezondheidswerkers) Bank Nederlandse Gemeenten Wet Bijzondere Opname Psychiatrische Ziekenhuizen Belasting over de Toegevoegde Waarde (omzetbelasting) Collectieve Arbeidsovereenkomst Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Consultatie en Expertise Centrale Cliëntenraad Chief Financial Officer Competentie Gericht Werken Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg Centrum Indicatiestelling Zorg Consumer Quality Index Cliëntenraad Dagbesteding Diagnose Behandelcombinatie Districtscliëntenraad Webapplicatie op www.jaarverslagenzorg.nl (onderdeel van het Jaardocument) Dagelijks Kontrole Systeem Det Norske Veritas Ernstig meervoudig beperkt (Functional) Assertive Community Treatment Financieel-economische Commissie Full-time equivalent Geestelijke Gezondheidszorg Gezond ouder worden Gehandicaptenzorg Hulp bij het Huishouden Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector Human Resource Management Informatie- en communicatietechnologie Inspectie voor de Gezondheidszorg Intelligentiequotiënt Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording Jaarurensystematiek Lokale Cliëntenraad Lange Termijn Huisvestingsplan (Licht) verstandelijk gehandicapt Middelen & Maatregelen Multi Modulair Centrum Medewerker Maatschappelijke Zorg Managementoverleg Maatschappelijke Verantwoording Normatieve Huisvestingscomponent Nederlandse Vereniging Toezichthouders in Zorginstellingen Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisdirecteuren Nederlandse Waterschapsbank Nederlandse Zorgautoriteit
93
in dienst van mensen met een beperking
OBU OC OCB OR PGB PBL P&O PR PV PVB RAK RI&E RVE SCR SGEVG SMART SOEC UWV VG VGN VOBC VPP VWS WAJONG WCZ WfZ WGA WGBO WIA WMCZ WKCZ WLZ WMG Wmo WOR WTZi WW Zvw ZZP
Overbruggingsuitkering Onderdeelcommissie (Ondernemingsraad op districtsniveau) Orthopedagogisch Centrum Brabant Ondernemingsraad Persoonsgebonden Budget Persoonlijk Budget Levensfase Personeel & Organisatie Public Relations Persoonlijke Verzorging Persoonsvolgend budget Reserve aanvaardbare kosten Risico-Inventarisatie en Evaluatie Resultaatverantwoordelijke eenheid Sectorcliëntenraad Sterk Gedragsgestoord Ernstig Verstandelijk Gehandicapt Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden Stichting Opleiding Erkenning Care Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen Verstandelijk gehandicapt Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland Vereniging Orthopedagogische Behandelcentra Vereenvoudigd Persoonlijk Plan Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten Wet Cliëntrechten Zorg Waarborgfonds voor de Zorgsector Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (onderdeel van de WIA) Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector Wet Langdurige Zorg Wet Marktordening Gezondheidszorg Wet Maatschappelijke Ondersteuning Wet op de Ondernemingsraden Wet Toelating Zorginstellingen Werklooosheidswet Zorgverzekeringswet Zorgzwaartepakket
94
in dienst van mensen met een beperking